Presentatie van het ODIN-rapport (JOB)

Dames en heren, studenten, docenten en schoolleiders,

Odin betekent voluit Ons Doel Is Nuttig. Nou, dat is het zeker. Wat is er nou mooier dan studenten die tevreden zijn over hun onderwijs? Door dat doel na te streven krijgen studenten een grotere kans op een mooie plek in de maatschappij, En wordt er meteen gewerkt aan een goed opgeleide beroepsbevolking. Daar hebben we dus met z’n állen baat bij.

Maar het jaarlijkse Odinrapport betekent méér: ik zie het óók als een belangrijke, een onmisbare slijpsteen. Een slijpsteen voor kwaliteit, waaraan de mbo-scholen in ons land zich kunnen scherpen. Werken aan kwaliteit houdt niet op bij klanttevredenheid. De ambitie om het voortdurend beter te willen doen, moet centraal staan. En daar heb je de kritische feed back van je omgeving voortdurend bij nodig.

Ik ben nu honderd dagen staatssecretaris van onderwijs. En het beroepsonderwijs valt binnen mijn portefeuille. En (jullie mogen het gerust weten) ik hèb er iets mee.
Er gebeuren mooie dingen in het mbo. Er werken gedreven mensen. En (geloof het of niet) ook voor mijn eigen carrière legde ik de basis in het beroepsonderwijs.
Maar, daar zijn we het met z’n allen over eens: een aantal zaken moeten gewoon beter.

Daar ga ik me de komende vier jaar hard voor maken.
Heel direct door scholen te beoordelen op het niveau van de kwaliteit. Ook op het gebied van onderwijstijd ben ik aan zet. Daar moeten scholen gewoon aan voldoen.
De klachten van mbo’ers sterken me in die ambitie: gebrek aan begeleiding stond in de postzak hooggenoteerd. En ik zie het terug in Odin 4.

De Inspectie is daarbij mijn bondgenoot. Maar zie ons als een waakhond, die alleen uit zijn hok komt als het nodig is. De scholen waar het goed gaat, die hun kwaliteitszorg goed op orde hebben, die willen we met rust laten.

Een ándere, heel belangrijke manier om de kwaliteit te verbeteren, ligt in eerste instantie bij scholen zelf. Ik zei het al: scholen moeten zich (veel meer dan vroeger) scherpen aan de mening van de mensen waar ze in de praktijk, dag in dag uit mee te maken hebben.

-Dat zijn bijvoorbeeld de bedrijven. Opleiders van stageleerlingen. En straks afnemers van beroepskrachten. Die hebben belang bij goede opleidingen.

-Ik noem ook de ouders, de gemeente en ook andere scholen, waar een school zich mee kan vergelijken.

-Maar last but not least, en daar gaat het vandaag over, noem ik de leerlinge, jullie.
De school levert een heel waardevol product, waar je je hele leven mee verder moeten kunnen. Daarom vind ik het heel belangrijk dat mbo’ers zelf goed mee kunnen praten en hun stem kunnen laten horen over de kwaliteit van het onderwijs. Voor de leerlingen dóen we het uiteindelijk.

De Job-monitor laat dit jaar zien dat dat gesprek nog niet voldoende tot stand komt. Dat leerlingen zich door scholen niet voldoende gehoord voelen.
Dat komt voor mij niet als een verrassing. Ik heb de klachten gezien die in die zeven postzakken zaten, ik noemde het net al even. Dat was een signaal, want het is nogal een omweg om kritiek te uiten via de Hoftoren. Een recent verslag van de Inspectie wees ook uit dat het klopt: dat de dialoog met leerlingen in het mbo nog een heel stuk beter kan. Met name, tussen leerlingen en leraren, op de werkvloer.

Ik ga mbo-scholen dus flink stimuleren om dat gesprek met jullie beter te organiseren. Het is zelfs wettelijk verplicht. De scholen moeten hun oren wijd open zetten voor de signalen die jullie afgeven. Structureel gehoor geven aan jullie kritiek. En laten zien dat ze er iets mee doen.
Dan kunnen scholen hun kwaliteit tijdens de rit voortdurend bijsturen
Nu hoopt de kritiek zich op, er komt een soort vulkaanuitbarsting, en creëert de kritiek een scherpe situatie. Dat hadden we kunnen voorkomen.

Achmed Sadat had het er net over. Groeien door kritiek. Elkaar af en toe eens stevig de waarheid zeggen. Dat geeft ruimte, inzicht in wat er goed gaat en waar de zwakke plekken zitten. Het houdt je relatie dynamisch. Het zorgt ervoor dat je weer met elkaar verder kunt. Kritiek leveren is dus juist een uiting van betrokkenheid. Dat heeft Achmed heel goed gezien.

Ik weet dat die ‘horizontale verantwoording’ nieuw is voor scholen. Ze moeten met elkaar uitvinden hoe dat zo goed mogelijk te organiseren.
Maar het past bij de verantwoordelijkheid van een moderne maatschappelijke onderneming, die de school in deze tijd is. De Inspectie neemt het mee in de beoordeling.

Ik zei net dat ik dat gesprek wil stimuleren. Hoe?

[Hier richt je je specifiek tot de studenten: kijk ze aan]

Eén van de manieren om dat heel concreet te doen, is een medezeggenschap ‘nieuwe stijl’. De huidige vormgeving van medezeggenschap werkt het gevoel van niet gehoord worden, teveel in de hand.
Het probleem is dat jullie nu meelopen in het grote overleg, waar alle schoolse zaken, van kapotte wc’s tot de secundaire arbeidsverhoudingen van de leraren aan bod komen. Op zo’n Poolse landdag wordt de stem van studenten niet met genoeg aandacht gehoord.

Daarom proberen we te regelen dat medezeggenschap voor leerlingen een eigen podium krijgt. Wel met alle bobo’s aan tafel, maar jullie agenda centraal. Zaken als de vraag waaraan de ouderbijdrage wordt besteed bijvoorbeeld. Of over de roosters (groot pijnpunt, zoals uit het Odin-rapport blijkt). Of de stagebegeleiding vanuit school. We willen (zoals het in technische termen heet) van ongedeeld naar gedeeld medezeggenschap.

Over dit voorstel moeten verschillende partijen (maatschappelijk en politiek) het eens worden.
Of dat gaat lukken weet ik nu nog niet, maar ik ga er keihard voor vechten. En volgens mij heb ik jullie in die strijd achter me staan. […]

Daarnaast willen we jullie stem ook meer gewicht geven: naast het adviesrecht willen we ervoor zorgen dat jullie concrete invloed groter wordt.
Daar horen jullie later meer over!

De volwassen relatie die jullie met scholen aangaan vergt overigens ook iets van studenten, van jullie. Kritiek geven kan gratuit zijn. Zorg er wel voor dat je echt alle middelen hebt uitgeprobeerd om je stem te laten horen. Ik zag in het rapport dat 69 procent van de mbo’ers nog niet weten dat er een studentenraad is. Dat moet veranderen. Ik vraag dan ook je collega’s op school nog meer te mobiliseren. De tool kit is daar een mooi, creatief instrument voor, complimenten!

Dames en heren, studenten, docenten, schoolleiders en andere betrokkenen,

Ik heb me nu geconcentreerd op het onderwerp van de medezeggenschap, op het gesprek van studenten en school over kwaliteit. Op het kritiekpunt dat leerlingen zich te weinig gehoord voelen.
Er zijn nog een aantal andere, springende punten van kritiek op het middelbaar beroepsonderwijs. Ik wil daar graag op ingaan, maar dat doe ik grotendeels in het debat dat hierop volgt.
Dan kunnen we het gesprek daarover gelijkwaardig voeren. In open dialoog. Ik wil dan graag ingaan op de stellingen over de stagebegeleiding, over vermeende discriminatie op de arbeidsmarkt en de faciliteiten op het gebied van ICT.

JOB wil ik danken voor de uitnodiging hier te spreken en de inzet om jongeren te betrekken bij het gesprek over kwaliteit in het MBO.
In de power point luidde de vierde aanbeveling: zorg voor kwaliteit. Ik zeg daarop: dat is een zorg van ons allemaal! Laten we de schouders eronder zetten!