Antwoorden op kamervragen over werkdruk bij de politie

Antwoorden op kamervragen van de leden Wilders en Brinkman (beiden PVV) over werkdruk bij de politie.

Vraag 1
Hebt u kennisgenomen van het artikel 1) “Alarm over werkdruk bij politie”?

Antwoord 1
Ja.

Vraag 2
Deelt u de mening dat het onaanvaardbaar is dat de politie in Limburg-Noord 600 misdrijven niet kan afhandelen, waaronder kennelijk 150 zwaardere misdrijven? Zo ja, wat gaat u hieraan doen? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 2
Het is van belang dat er in politieregio’s voldoende capaciteit beschikbaar is om opsporingsonderzoeken te kunnen uitvoeren, dus ook in de politieregio Limburg-Noord. Elk nieuw opsporingsonderzoek dwingt echter tot het maken van keuzes rond de inzet van schaarse capaciteit en expertise. Het stellen van prioriteiten met betrekking tot het werkaanbod en het, als gevolg daarvan inzetten of verschuiven van menskracht en middelen, zijn verantwoordelijkheden die primair op regionaal niveau liggen bij respectievelijk het Openbaar Ministerie en de korpsbeheerder.

Vraag 3
Hebben ook andere regiokorpsen dergelijke achterstanden? Zo ja, welke regio’s zijn dat en hoe hoog is de achterstand voor welk soort misdrijven? Wat gaat u hiertegen ondernemen?

Antwoord 3
Vooralsnog is bij mij niet bekend dat er in de andere regiokorpsen sprake is van een soortgelijke achterstand in de afhandeling van de zogeheten plankzaken. Met het opnemen van de indicator ‘aantal verdachten aan Openbaar Ministerie aanleveren’ in de prestatieafspraken met de politie hebben veel korpsen, net als Limburg-Noord, bewust gestuurd op het wegwerken van de plankzaken. Desondanks is het werkaanbod vaak groter dan de capaciteit toelaat waardoor het risico blijft bestaan dat er zaken zijn die niet (direct) opgepakt kunnen worden.

Vraag 4
Kunt u de Kamer meedelen wat de stand van zaken is van de resultaten van de “Task Force Personeelsvoorziening” en kunt u aangeven in hoeverre deze resultaten de politiekorpsen kunnen helpen bij het oplossen van de tekorten in de personeelsvoorziening?

Antwoord 4
De Taskforce Personeelsvoorziening is een gezamenlijk initiatief van de Raad van Hoofdcommissarissen, de Politieacademie en het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De doelstelling van de Taskforce is om landelijke trends en regionale personeelsbewegingen te monitoren, om op landelijk niveau tijdig ontwikkelingen te signaleren en om te adviseren over de bijsturingmaatregelen die nodig zijn voor een evenwichtige samenstelling van het personeelsbestand.

De analyses die de Taskforce heeft uitgevoerd, worden op dit moment met de korpsen gedeeld. Rond de zomer worden de resultaten gepresenteerd aan de Raad van Hoofdcommissarissen en vormen daarmee input voor een verbeterde personeelsplanning van de korpsen.

Vraag 5
Wilt u er zo spoedig mogelijk voor zorgen dat het politiekorps Limburg-Noord wordt uitgebreid met meer politiepersoneel zodat misdrijven opgelost kunnen worden? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 5
Nee. Op 1 januari 2007 jl. is het nieuwe budgetverdeelsysteem ingevoerd bij de korpsen. Het systeem houdt rekening met de veiligheidssituatie in de regio’s. Hierbij is ook gekeken naar de consequenties voor grensregio’s. Voor Limburg-Noord heeft dit een positief effect op hun aandeel binnen het nieuwe budgetverdeelsysteem.

Bij de introductie van het nieuwe budgetverdeelsysteem is met de korpsen in de grensregio’s afgesproken dat de met de grensligging samenhangende consequenties voor de werklast onderzocht worden en bij de vierjaarlijkse herijking van het nieuwe budgetverdeelsysteem worden betrokken.

1) De Limburger, 16 april 2007