Antwoorden op kamervragen van Schippers over de uitbreiding van het aantal PCI-centra

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

CZ-K-U-2772765

12 juni 2007

Antwoorden van minister Klink op kamervragen van het Kamerlid Schippers over de uitbreiding van het aantal PCI-centra (2060715270).

Vraag 1
Bent u bekend met het advies van de Gezondheidsraad inzake percutane coronaire interventies (PCI)?

Antwoord 1
Ja.

Vraag 2
Op welke wijze is dit advies van de Gezondheidsraad tot stand gekomen? Hoe is de adviescommissie samengesteld? Deelt u de mening van critici dat dit rapport de gevestigde belangen van de bestaande 19 PCI-centra teveel benadrukt en dat dit voornamelijk het gevolg is van de samenstelling van de adviescommissie? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 2
Deze adviescommissie is, zoals gebruikelijk, samengesteld op basis van de individuele wetenschappelijke en klinische deskundigheid van de beoogde leden, waarbij een brede samenstelling is nagestreefd (in dit geval: cardiologie, kindercardiologie, hartchirurgie, gezondheidseconomie, Inspectie Gezondheidszorg). Naast deskundigheid is onafhankelijkheid ten opzichte van gevestigde organisaties of belangen daarbij het uitgangspunt.
De leden van de commissie hebben zitting zonder last of ruggespraak, wat wil zeggen dat zij geen vereniging of organisatie van beroepsbeoefenaren vertegenwoordigen, noch een ziekenhuis of zorginstelling. Bovendien vindt vooraf een toetsing van belangen plaats. Hierbij vergewist de voorzitter van de Gezondheidsraad zich ervan dat de samenstelling van de commissie garant staat voor een onafhankelijke en transparante advisering op basis van de stand van kennis. Tijdens het adviestraject heeft de commissie hoorzittingen gehouden met de beroepsverenigingen en externe deskundigen geraadpleegd. Alvorens het eindadvies werd uitgebracht is – volgens een vaste procedure van de Gezondheidsraad – het document integraal getoetst door een breed samengestelde beraadsgroep die toeziet op de wetenschappelijke kwaliteit, klinische relevantie, en onafhankelijkheid van uit te brengen adviezen.

Ik ga er derhalve van uit dat de adviescommissie tot een onafhankelijk, wetenschappelijk oordeel is gekomen.

Vraag 3
Bent u bekend met het feit dat dit advies van de Gezondheidsraad stamt uit april 2006?

Antwoord 3
Ja. Het advies uit 2006 is een deeladvies. In januari 2007 is het gehele advies over hartinterventies uitgebracht. Het advies over PCI’s is hierin nog enigszins aangepast. In tegenstelling tot het eerdere advies is in het definitieve en bredere advies uitbreiding van het aantal PCI-centra in de toekomst voorzien.

Vraag 4
Wanneer gaat u een besluit nemen over de uitbreiding van het aantal PCI-centra in Nederland? Waarom duurt het zo lang voordat u een besluit neemt over het advies van de Gezondheidsraad over de uitbreiding van het aantal PCI-centra?

Vraag 5
Bent u op de hoogte van de lopende vergunningsaanvragen van maar liefst elf ziekenhuizen? Hoe lang moeten deze instellingen nog wachten voordat zij een reactie krijgen op hun vergunningsaanvraag?

Antwoord 4 en 5
Mijn voorganger heeft de besluitvorming over het Gezondheidsraad advies en de actualisatie van de regelgeving omtrent de vergunningen zorgvuldig voorbereid en was voornemens om kort na de verschijning van het definitieve advies hierover besluit te nemen. Uw Kamer heeft destijds verzocht deze besluitvorming over te laten aan het nieuwe kabinet (07-VWS-B-003). Mijn voorganger heeft u in reactie op dat verzoek laten weten dat hierdoor ook de besluitvorming ten aanzien van de vergunningsaanvragen vertraging op zou lopen (CZ-CB-U-2746535).

Ik heb mij in de afgelopen periode georiënteerd op de Wet Bijzondere Medische Verrichtingen en de regelgeving rond de bijzondere interventies aan het hart. Ik streef ernaar om nog voor het zomerreces een besluit te nemen over de actualisatie van de regelgeving. In de weken daarna zullen vervolgens ook de individuele vergunningaanvragen worden behandeld.

Vraag 6
In hoeverre gaat deze langzame procedure over de uitbreiding van het aantal PCI-centra ten koste van de kwaliteit, toegankelijkheid en kostenefficiency voor de patiënt?

Vraag 7
In hoeverre gaat een dergelijk langzame procedure ten koste van innovaties in de zorg? Hoe zal dat in de toekomst zoveel mogelijk worden voorkomen? Vindt u het verantwoord om een vergunningsaanvraag meer dan een jaar te laten liggen? Wat betekent dit voor de kosten?

Antwoord 6 en 7
De adviescommissie van de Gezondheidsraad heeft ten aanzien van de PCI procedures aangegeven dat uitbreiding van het aantal centra vooralsnog niet noodzakelijk is, aangezien de huidige centra de vraag naar procedures aankunnen. Hoewel ik begrijp dat snelle besluitvorming voor de aanvragende centra wenselijk is, ben ik niet van mening dat hierdoor de kwaliteit, toegankelijkheid of efficiency in gevaar zijn. Voor de nabije toekomst wordt in het advies wel ingegaan op de uitbreiding van het aantal centra.