Antwoorden op kamervragen van Agema over de verkoop van alcohol aan minderjarigen

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

VGP-K-U-2771716

15 juni 2007

Antwoorden van minister Klink en mede namens de Minister voor Jeugd en Gezin, op Kamervragen van het Kamerlid Agema over de verkoop van alcohol aan minderjarigen (2060715110).

Vraag 1
Bent u bekend met het bericht dat 4 van de 5 onderzochte Albert Heijn-supermarkten in Utrecht alcohol verkoopt aan 14-jarigen, ook als zij aangeven dat ze geen identiteitsbewijs bij zich hebben? 1)

Antwoord 1
Ja.

Vraag 2
Deelt u de mening dat kan worden geconcludeerd dat de negatieve gevolgen van overmatig alcoholgebruik zoals levercirrose, krimpen van de hersenen, achteruitgang van het geheugen en het risico op kanker en hart- en vaatziekten, kennelijk onvoldoende bekend zijn, omdat de Drank- en Horecawet met betrekking tot de alcoholleeftijdsgrens onvoldoende wordt
nageleefd? Zo ja, hoe bent u van plan deze negatieve gevolgen bekend te maken bij alcoholverkopers, jongeren en hun ouders?

Antwoord 2
Ik ben van mening dat uit deze proef blijkt dat de caissières van deze Albert Heijn supermarkten de leeftijdsgrenzen voor alcoholverkoop slecht naleven. Ik betwijfel of dat niet-naleven van de leeftijdsgrenzen het gevolg is van onbekendheid met de schadelijke gevolgen van overmatig alcoholgebruik. Ik weet immers dat de door u genoemde alcoholgerelateerde schade bij het algemene publiek vrij goed bekend is. Maar het probleem is dat die wetenschap onvoldoende vertaald wordt naar de praktijk van alle dag. Wéten dat alcoholgebruik slecht is voor jongeren wil blijkbaar niet zeggen dat de leeftijdsgrenzen goed worden nageleefd. Daarom blijft praktijkgerichte voorlichting, gecombineerd met intensief toezicht op de verstrekking van drank aan jongeren, van essentieel belang.
Ik zal op diverse wijzen bevorderen dat de handhaving zal worden verscherpt en dat de voorlichting aan jongeren en hun ouders zal worden gecontinueerd. Het instrueren en trainen van caissières en andere alcoholverkopers, bijvoorbeeld over hoe te handelen als de jonge koper geen identiteitsbewijs bij zich heeft, is en blijft echter primair de verantwoordelijkheid van de betrokken ondernemers.

Vraag 3
Deelt u de mening dat de wettelijke leeftijdsgrens moet worden nageleefd? Zo ja, hoe gaat u bewerkstelligen dat deze naleving ook daadwerkelijk gebeurd?

Antwoord 3
Ik vind het uitermate belangrijk dat de wettelijke leeftijdsgrenzen uit de Drank- en Horecawet worden nageleefd. De afgelopen 5 jaar is het aantal controleurs belast met het toezicht op deze wet aanzienlijk toegenomen. In het Coalitieakkoord is opgenomen dat het toezicht op de naleving van de leeftijdsgrenzen in deze kabinetsperiode verder zal worden verscherpt. Ik streef in dat kader naar uitbreiding van de toezichtscapaciteit. Ook ben ik voornemens de

burgemeester in de Drank- en Horecawet de bevoegdheid te geven lokale toezichthouders aan te wijzen. Tegen die achtergrond start ik samen met BZK een pilot om te bezien hoe het toezicht op de Drank- en Horecawet in de toekomst het beste kan worden verdeeld.

1) http://www.trouw.nl/laatstenieuws/laatstenieuws/article711910.ece/Albert_Heijn_verkoopt_drank_aan_14-jarigen