Antwoorden op kamervragen van Agema over de berichtgeving over een jonge vrouw die is overleden na een cosmetische ingreep

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

CZ-K-U-2767241

21 juni 2007

Antwoorden van minister Klink op kamervragen van het Kamerlid Agema over de berichtgeving over een jonge vrouw die is overleden na een cosmetische ingreep (2060713250).

Vraag 1
Bent u bekend met de berichtgeving 1) over een jonge vrouw die door liposuctie en een borsthersteloperatie is overleden?

Antwoord 1
Ja.

Vraag 2
Deelt u de mening van een bestuurslid van de Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie dat de controle op privéklinieken verscherpt moet worden? Zo neen, waarom niet?

Vraag 3
Bent u tevens met hem van mening dat het toezicht op de privéklinieken faalt, en dat het tijd wordt dat de Inspectie voor de Gezondheidszorg daar werk van moet maken? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 2 en 3
De wijze van toezicht die de IGZ houdt, is gerelateerd aan de mate van risico-inschatting.
Dit betekent dat wanneer de IGZ er aanleiding toe ziet om een privé-kliniek te bezoeken, de IGZ dit ook zal doen.

Vraag 4
Bent u voorts met hem van mening dat privéklinieken zich verplicht in plaats van vrijblijvend bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg moeten registreren, omdat - wanneer niet bekend is welke privéklinieken op welke terreinen actief zijn - er ook geen controle kan worden uitgeoefend? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 4
Zoals ik tijdens het AO van 14 juni jongstleden meldde, zal ik een registratieplicht invoeren. Ik wil de komende tijd gaan onderzoeken hoe ik deze plicht in wetgeving kan vastleggen en bepalen wie er bijvoorbeeld toeziet op het naleven van deze plicht. Ik zal de Tweede Kamer naar verwachting in het najaar van 2007 berichten over de wijze waarop ik de wet zal vormgeven.

Vraag 5
Deelt u de mening dat reclameadvertenties voor cosmetische ingrepen moeten wijzen op de risico’s van deze ingrepen, vergelijkbaar met de regels die gelden voor tabaksreclame en de financiële bijsluiter bij financiële producten? Zo ja, per wanneer kunt en gaat u dit invoeren? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 5
Het is aan de hulpverlener zelf om te kiezen op welke wijze hij de patiënt informeert, mits hij voldoet aan de wettelijke verplichting uit de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO). Op grond van de WGBO is de hulpverlener, en daaronder valt ook de behandelend arts bij cosmetische ingrepen, verplicht de patiënt op duidelijke wijze, en desgevraagd schriftelijk, in te lichten over de voorgestelde behandeling, de te verwachten gevolgen en risico’s voor de gezondheid van de patiënt.
Voor de patiënt zal specifieke, op de eigen gezondheidssituatie toegesneden informatie veel nuttiger zijn om concrete risico’s af te wegen dan een algemene waarschuwing in een reclameadvertentie.

1) NRC, Vrouw overlijdt na liposuctie, 18 april 2007
RTV Utrecht, Inspectie onderzoekt liposuctie-operatie, 18 april 2007
De Gelderlander, Hoe veilig is liposuctie?, 19 april 2007
De Volkskrant, Jonge vrouw overlijdt na liposuctie, 19 april 2007
AD, Justitie onderzoekt fatale operatie, 19 april 2007