Voorbereiding op spoorwegongevallen

Doel van het onderzoek: vaststellen of regio's naar behoren zijn voorbereid op de bestrijding van spoorwegongevallen.

Het onderzoek is gehouden bij negen gemeenten. Op basis van dit onderzoek kunnen geen landelijk geldende conclusies worden getrokken.

Twee van de negen onderzochte gemeenten hebben zich goed op spoorwegongevallen voorbereid. Zes gemeenten hebben zich matig tot voldoende voorbereid en één gemeente heeft zich slecht voorbereid. Acht van de negen onderzochte gemeenten bevinden zich daarmee aan de goede kant van de streep.

Vijf van de negen onderzochte gemeenten hebben naar de huidige bepalingen een goed of uitstekend (ramp)bestrijdingsplan voor spoorwegongevallen en één gemeente heeft een matig tot voldoende (ramp)bestrijdingsplan. Drie gemeenten krijgen een onvoldoende voor hun (ramp)bestrijdingsplan.

Met de huidige opzet van rampbestrijdingsplannen ervaren zes van de negen onderzochte gemeenten problemen. Het belangrijkste probleem is dat de nadruk voornamelijk ligt op het ‘hebben’ van rampbestrijdingsplannen en nauwelijks op in de praktijk ‘bruikbare’ plannen.