Extra middelen voor stages, opleidingen en innovatie in de zorg

De ministerraad heeft op voorstel van minister Klink en staatssecretaris Bussemaker van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) ingestemd met toezending aan de Tweede Kamer van de Arbeidsmarktbrief 2007, getiteld 'Werken aan zorg.' Uit de brief blijkt dat er bij ongewijzigd beleid in 2020 bijna 500.000 mensen extra nodig zijn in de zorg. Voor kabinet en zorgsector is het een gezamenlijke uitdaging om voldoende én gekwalificeerd personeel te vinden om in de toenemende vraag naar zorg te voorzien en te zoeken naar nieuwe zorgconcepten.

Om vraag en aanbod in de zorg op elkaar af te stemmen is meer nodig dan menskracht. Instellingen zullen efficiënter moeten werken en meer gebruik maken van innovatie. Dat kan ook bijdragen aan meer zelfstandigheid van cliënten. Om de organisatie van zorgprocessen te verbeteren en het personeel gericht in te zetten, komt er een innovatieplatform voor de zorg. Daarnaast worden er trajecten gestart om innovaties vanaf de werkvloer te stimuleren, de zogenaamde 'sociale innovatie'. Ook wordt het gebruik van technologie (ICT) verder gestimuleerd met een impuls van 4 miljoen euro in 2008 (oplopend tot 30 miljoen euro in 2011). Dit leidt tot vermindering van werkdruk, tijdbesparing en het aantrekkelijker worden van werken in de zorg.

Ten tweede wordt geïnvesteerd in personeel dat al in de zorg werkt. Zij moeten worden behouden voor de zorg. Daarom is er vanuit het stagefonds 26 miljoen beschikbaar om via opleidingen het doorstromen van personeel te bevorderen. Verder kunnen instellingen deeltijders stimuleren om meer uren per week te gaan werken. Dit kan bijvoorbeeld door efficiënter roosteren. Als deeltijders twee uur meer zouden werken, staat dat gelijk aan 75.000 banen. Het kabinet neemt ook de nodige maatregelen, zoals het uitbreiden van de kinderopvang en het verbeteren van de regeling voor ouderschapsverlof.

Ten derde moet er meer personeel de zorg instromen. Daarom stelt het kabinet 45 miljoen euro beschikbaar voor het stagefonds in 2008 (oplopend tot 65 miljoen in 2011). Als de stage-ervaring goed is, kiezen studenten vaker voor een baan in de zorg. Daarnaast komt er ruim 23 miljoen euro extra in het opleidingsfonds in 2008 (oplopend tot bijna 42 miljoen extra in 2011). Dit fonds is in 2007 opgericht om ervoor te zorgen dat er genoeg medici en gespecialiseerde verpleegkundigen worden opgeleid. Ook wordt geïnvesteerd in het werven en opleiden van lager opgeleiden en allochtone vrouwen. Dit jaar zijn een aantal regionale proefprojecten gestart waarin lager opgeleiden worden geworven voor functies op het niveau van helpende. Zij kunnen daarna binnen de instelling verder worden opgeleid naar een baan als verzorgende.

Alle maatregelen zijn gericht op de korte en middellange termijn, maar ook met al die maatregelen zal vraag en aanbod nog niet op elkaar aansluiten en moet er meer gebeuren. Daarom zal er een commissie komen, die advies moet geven over de vraag hoe we op de lange termijn de toenemende zorgvraag met gerichte inzet van menskracht zullen kunnen oplossen. Daarbij zal innovatie, nieuwe zorgconcepten en werving van nieuw personeel centraal staan. Daarmee kan op kwalitatief verantwoorde wijze aan de toenemende zorgvraag tegemoet worden gekomen.