Extra geld voor complexe zorg aan ouderen

Met het programma Ouderenzorg stelt staatssecretaris Bussemaker 80 miljoen beschikbaar voor complexe zorg aan ouderen.

Dit schrijft zij vandaag in een brief aan de Tweede Kamer. Het geld is bedoeld om de zorg aan ouderen met meerdere aandoeningen te verbeteren. Deze zorg is complex, omdat er veel zorgverleners bij betrokken zijn. Nu werken ze vaak langs elkaar heen.

Overdracht

Zo schrijven verschillende specialisten medicijnen voor die elkaar niet verdragen, met kans op bijwerkingen en in het ernstigste geval een ziekenhuisopname. Elke arts bekijkt de patiënt vanuit zijn eigen specialisme, maar vaak ontbreekt dan het overzicht over het hele ziektebeeld van de patiënt. Maar ook de overdracht tussen bijvoorbeeld de huisarts, de thuiszorgmedeweker en de medisch specialist verloopt niet altijd goed. Daarom is het van belang dat zij met elkaar samenwerken en verder kijken dan het eigen, bekende terrein. De patiënt moet centraal staan door integrale zorgverlening. De samenwerking moet vooral meerwaarde, zoals meer mobiliteit, meer zelfredzaamheid en minder behandelbelasting, voor cliënten opleveren.

Nederlanders leven steeds langer, maar dat betekent ook dat het aantal mensen met chronische ziektes en vaak ook meerdere aandoeningen naast elkaar, toeneemt. Op dit moment is 14 procent van de Nederlandse bevolking 65 jaar of ouder. In 2040, het hoogtepunt van de vergrijzing, zal dat 25 procent zijn. En met het steeds maar ouder worden neemt de kans op een combinatie van verschillende ziekten, zoals hoge bloeddruk, dementie en artrose, toe.

ZonMW trekt het programma en er werken verschillende organisaties in een aantal regio’s samen. De universitaire medische centra coördineren de regionale projecten en werken samen met algemene ziekenhuizen, verpleeghuizen, thuiszorgorganisaties, cliëntorganisaties en gemeentelijke diensten. Het project duurt vier jaar.