Ondertekening Koplopersovereenkomst homo-emancipatie vier grote gemeentes

Koninklijke hoogheid, dames en heren,

• Hartelijk welkom in de Paleiskerk, waar zo meteen de Koplopersovereenkomst wordt getekend door de betrokken wethouders van de vier grote steden: Tjeerd Herrema van Amsterdam, Orhan Kaya van Rotterdam, Cees van Eijk van Utrecht en Bert van Alphen van Den Haag. U onderschrijft hiermee de voortrekkersrol die uw gemeentes spelen op het gebied van homo-emancipatie en de aanpak van discriminatie.
• Een speciaal welkom voor prinses Máxima. Nederland blijft internationaal een voortrekkersrol spelen, het is vandaag voor het eerst dat een lid van het Koninklijk Huis aanwezig is bij het ondertekenen van een overeenkomst die zo belangrijk is voor de homo-emancipatie, daarmee betuigt u nadrukkelijk steun aan de homobeweging. Onze toekomstige koningin, in dit gezelschap mag ik u ‘our future queen’ noemen, wij zijn allemaal trots op u!
• In veel landen kun je in de gevangenis belanden wanneer je uiting geeft aan je seksuele geaardheid; in sommige landen staat zelfs de doodstraf op homoseksuele handelingen. Dit kabinet probeert de positie van homoseksuelen te verbeteren in landen waar deze groep ernstig gediscrimineerd wordt. Onder meer door met de autoriteiten van die landen te praten en natuurlijk door zelf het goede voorbeeld te geven, bijvoorbeeld met een convenant als de Koplopersovereenkomst van vandaag.
• Deze overeenkomst is een van de eerste belangrijke resultaten van de nota ‘Gewoon homo zijn’. Na het einde van de strafbaarheid en na de wettelijke gelijkstelling is deze nota de aanjager van de derde emancipatiegolf: de sociale acceptatie. Dat is nog heel lastig, laatst was ik op werkbezoek bij een school van zo’n 1000 leerlingen en 50 docenten groot; toen ik ernaar vroeg, zeiden ze dat er op hun school geen homoseksualiteit voorkwam! Dat kan natuurlijk niet. Ook in elk voetbalelftal – als je het reservebankje meetelt – zit minstens één homo, want pakweg één op de vijftien mensen is homoseksueel, ongeveer een miljoen Nederlanders.
• Hoe je het ook wendt of keert: de homo-emancipatie is nog niet voltooid. De sociale acceptatie is nu 85%, maar bij sommige etnische minderheden en orthodox levensbeschouwelijke bevolkingsgroepen nog lang niet vanzelfsprekend. Met name in die kringen is nog veel werk te doen, daar is nog veel winst te behalen. Bovendien is de acceptatie bij de genoemde 85% hier en daar flinterdun. Mensen als Jos Brink en Paul de Leeuw hebben homoseksualiteit zichtbaar en bespreekbaar gemaakt, maar dat zijn artiesten met een bijzondere status, ook gewone mensen moeten geaccepteerd worden als homo.
• Met het ondertekenen van de Koplopersovereenkomst geven de vier grote steden een duidelijk signaal af, dat iedere burger een plek heeft in hun stad, ongeacht zijn of haar achtergrond, ongeacht zijn of haar seksuele voorkeur. Maar het is méér dan een signaal, er worden ook concrete maatregelen genomen om discriminatie, intimidatie en geweld krachtiger te bestrijden. Dat is helaas hard nodig, want er zijn sterke aanwijzingen dat de acceptatie van homoseksuele mannen en lesbische vrouwen de afgelopen jaren minder is geworden. Een miljoen burgers hebben de afgelopen jaren een groter gevoel van onveiligheid gekregen wegens hun seksuele geaardheid. Dat vind ik niet acceptabel.
• De Koplopersovereenkomst van vandaag zie ik als de eerste stap. Op 17 april wordt er een vergelijkbare overeenkomst met 17 andere gemeentes getekend. Maar de grote vier hebben het voortouw genomen. Dat doen ze al langer, denk aan de Gay Games 1998 Amsterdam en de Lantaarnprijs (voor best presterende gemeente homo-emancipatie) van Rotterdam, de Gay Pride met de Canal Parade in Amsterdam, het jaarlijkse Midzomergracht festival en de Euro Games 2006 in Utrecht, de Euro Games 1992 en 1993 en Roze Zaterdag 2009 in Den Haag… Dat zijn allemaal heel zichtbare evenementen, maar achter de schermen gebeurt er nog veel meer om de acceptatie van homo’s te bevorderen.
• Maar wat goed is, kan altijd nog beter. Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht doen er daarom een schepje bovenop, ze gaan bijvoorbeeld intensiever samenwerken, ervaringen uitwisselingen, van elkaar leren. Dat lijkt me ook heel praktisch. Ook omdat je ziet dat grote groepen homoseksuele allochtonen uit de ene stad gaan stappen in de andere stad, zodat de kans op herkenning door familieleden en vrienden een stuk kleiner wordt. Het lijkt me goed als de gemeentes dat van elkaar weten. Ook allochtonen moeten uit de kast kunnen komen, juist zij moeten als extra kwetsbare groep op bescherming kunnen rekenen. Daarom is het zo belangrijk dat de steden in hun lokale beleid vooral inzetten op veiligheid, opvang, acceptatie en zichtbaarheid, het een kun je niet los zien van het ander.
• Voor de uitvoering van het homo-emancipatiebeleid stelt het kabinet dit jaar 2,5 miljoen beschikbaar, voor het hele homo-actieterrein, dus niet alleen voor de koplopergemeentes. Tot 2011 loopt dat bedrag op, er is nu meer aandacht en geld voor homobeleid dan ooit. We gaan werken met verschillende organisaties in de homobeweging. Daarbij is een grote rol weggelegd voor de oudste belangenbehartiger van homo’s in ons land, COC Nederland. Omdat het kabinet het COC beschouwt als een onmisbare partner bij het realiseren van de doelen uit het homo-emancipatiebeleid, hebben we besloten om hen te ondersteunen met 300.000 per jaar voor de periode 2008-2011. Dat nieuws is vorige week bekend gemaakt. Daar wil ik overigens meteen aan toevoegen dat ook andere landelijke homo-organisaties voor steun in aanmerking blijven komen. De homobeweging is pluriform, dat is ook goed, daarom staan er nog achttien andere organisaties benoemd in de kabinetsnota. Maar de ondersteuning voor COC Nederland is voortaan van langere duur.
• Terug naar de gemeentes. Koplopers doen méér, voor hun extra inspanningen verdienen ze ook een extra beloning. Daarom ga ik voor de vier grote gemeentes per Koplopergemeente twee ton vrijmaken, plus adviesuren van Movisie. Ik bied u een conferentie aan die u samen met Movisie mag organiseren om vóór de volgende gemeenteraadsverkiezingen succesvolle praktijkvoorbeelden uit uw homobeleid te bespreken.
• Het is dit kabinet menens met de homo-emancipatie, we willen grote stappen zetten. Vorige week maakten we de langdurige steun voor het COC bekend. Ook kon u toen de kamerdebatten over de kabinetsnota ‘Gewoon homo zijn’ volgen. Nog maar een paar jaar geleden waren alle woordvoerders bij die debatten zelf homo, maar dat stadium van belangenbehartiging zijn we voorbij, het besef is gegroeid dat dit ons allemaal aangaat. Daarom ben ik ook zo blij met de Gay Straight Alliances, dat er ook wordt opgekomen voor anderen die homo zijn. Maar ook vandaag, nu we hier bij elkaar gekomen zijn om de Koplopersovereenkomsten te tekenen, heb ik nóg een nieuwtje voor u. Op zaterdag 2 augustus aanstaande zal er bij de Canal Parade, het populairste of in ieder geval het meest bekeken onderdeel van de Gay Pride in Amsterdam, ook een OCW boot meevaren, ik heb dit schip van staat al de OC-Gay boot horen noemen.
• Je leeft maar één keer. In die ene keer willen we dat je vrij en veilig kunt leven, geaccepteerd zoals je bent, en daar hoort een vrije beleving van je seksualiteit bij, voor hetero’s én homo’s. Het is toch tragisch als je oud wordt, en dan terugkijkend moet constateren dat je niet het leven hebt geleefd dat je eigenlijk wilde? Voor die emancipatie, voor die beweging staan we hier vandaag.
• Prinses Maxima, nogmaals bedankt voor uw komst, voor ons allemaal een grote eer. Dan geef ik nu het woord aan de dagvoorzitter.