Toespraak staatssecretaris Bijleveld bij Dag van de Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht)

Dames en heren,

De afgelopen jaren is er nogal flink gemorreld aan de definitie van de rol van de overheid.
In het verleden was de overheid de macht die de maatschappij leidde. Met inachtneming van de democratische spelregels bepaalde de overheid uiteindelijk wat er moest gebeuren. De burger was in deze opvatting onderdaan. De overheid mocht de burger vragen stellen en regels opleggen en – als het haar behaagde – kon ze de burger vergunning geven iets te doen. Alles was – bij wijze van spreken - verboden, wat niet nadrukkelijk was toegestaan.

Daar volgde een omslag op. De burger – en als ik burgers zeg bedoel ik ook: bedrijven – werd opeens gezien als klant. De klant is koning en als die wat wil moet je zeker proberen die klant tevreden te stellen.
Als leverancier heb je niet veel te maken met de klant zolang je maar geen klachten krijgt.

Omdat iedereen ook wel inzag dat de overheid niet veel concurrenten had moesten er speciale cursussen gegeven worden in klantvriendelijkheid.

Je kreeg het bizarre verschijnsel dat beschaafde omgangsvormen opeens als nieuwigheid moesten worden aangeleerd. “Klap niet opeens het luikje van het loket dicht voor de neus van de mensen die al uren wachten!“ , dat soort aanbevelingen.

Inmiddels zijn we tussen deze twee uitersten geraakt.
De overheid is niet vergelijkbaar met willekeurig welk bedrijf. De overheid heeft een unieke positie.
Maar dat unieke is niet de basis waaraan de overheid macht kan ontlenen.
De overheid is het instrument dat de burgers samen, als collectief in het leven hebben geroepen om bepaalde zaken te regelen. De overheid staat ten dienste van de burgers en moet vanuit die rol haar activiteiten bepalen.
Dat is onder andere de reden dat de dienstverlening beter moet.

We weten dat mensen zich ergeren als ze niet weten wanneer de door de overheid beloofde zaken rond zullen komen.
Ze ergeren zich als ze steeds opnieuw dezelfde gegevens moeten doorgeven, als ze voor een eenvoudig verzoek enorm ingewikkelde formulieren moeten invullen. Ze willen dat de overheid luistert en meedenkt aan oplossingen in plaats te vertellen waarom iets niet kan.
En mensen willen niet – en ik weet zeker, dat ik veel van u aan mijn zijde vind – voor één project allerlei verschillende vergunningen en aanvragen moeten doen, waarbij ze dan ook nog eens als postbode moeten dienen tussen verschillende overheidsinstanties.
Dat soort ergernissen wil je niet hebben van een organisatie die er is om jouw leven en jouw zaken soepeler te laten lopen.
En dat is precies waar ik –en mijn medewerkers- mee bezig zijn.
Er is een lijst van de tien dingen waar mensen zich – als het om de overheid gaat – het meest aan ergeren: wachttijden, onbegrijpelijke taal, steeds alles moeten herhalen; noem maar op. Die klachtenlijst van de mensen is onze prioriteitenlijst.

De eerste stap was om veel van wat bij allerlei verschillende overheden lag – wat extra bureaucratie oplevert – bij de gemeente neer te leggen. Want die weet wat lokaal speelt en nodig is.
De tweede stap was, en is nog steeds, om zoveel mogelijk te digitaliseren, zodat de burgers op elk gewenst moment de overheid kunnen benaderen.
En de derde stap is om alle spelregels door te nemen om te zien wat weg kan of wat makkelijker kan.
We willen de administratieve lasten voor bedrijven en burgers zo klein mogelijk maken.
En dat is denk ik de belangrijkste reden dat de bouwers onder u hier vandaag aanwezig zijn: een regeling van vooral VROM: de Wet algemene Bepalingen Omgevingsrecht: de WABO.

U hoort daar vandaag nog veel over, maar de WABO is een goed voorbeeld van waar we mee bezig zijn.
Het gaat om vijfentwintig regelingen die opgaan in één vergunning.
We werken hard aan de bouw van een Landelijke Voorziening Omgevingsloket.
Daardoor wordt het mogelijk dat straks uw aanvraag via het digitaal loket van de gemeente wordt doorgelinkt.
En dat wordt weer een stuk makkelijker door de I.T. voorzieningen waar we al een tijd aan werken zoals DigiD en de GBA.
In de digitale wereld hoort alles aan elkaar te zitten en op elkaar aan te sluiten. Daar zorgen we nu voor.

Een project dat ook een flinke bijdrage levert aan een betere dienstverlening en er voor zorgt dat zaken op elkaar aansluiten is “Antwoord”.

Nog steeds moeten bedrijven en mensen zich suf googlen om uit te vinden waar ze de informatie kunnen vinden van de overheid.
Als de kraan niet loopt moet ik dan bij het waterschap zijn? Voor een vergunning om een grote bruiloftstent neer te zetten, moet ik dan bij de burgerlijke stand zijn en moet ik voor een dakkapel een muziekvergunning aanvragen?
Het is al lastig om je vraag goed te formuleren, maar het is vaak nog lastiger om uit te vinden aan wie je die moet stellen.
Maar daar hebben we wat op gevonden en dat heet “Antwoord”. Het gaat er van uit dat de gemeente voor velen het eerste en vanzelfsprekende aanspreekpunt is en we willen dat in 2015 gemeenten de herkenbare ingang is voor alle vragen aan de overheid.

Voor nagenoeg alle vragen en transacties kunnen burgers in de toekomst terecht aan de balie in een gemeentehuis, op internet of door te bellen via het herkenbare 14+netnummer met het klantcontactcentrum in hun gemeente.
De invoering van dit geheel onder de naam Antwoord© is een belangrijke stap in het creëren van één uniforme en transparante overheid die de burger centraal stelt. Welk kanaal iemand ook kiest, de informatie die hij of zij krijgt is altijd hetzelfde en betrouwbaar.

Het vergt nog wel wat inspanning om Antwoord© te realiseren.
Gemeenten moeten toegang hebben tot de juiste informatie, medewerkers die burgers te woord staan dienen te worden opgeleid en veel partijen moeten hun informatie óók aan de gemeenten te leveren.
Om als gemeente echt dat ambitieuze doel van Antwoord© te halen is er een verandering en samenwerking nodig. Alleen door onderlinge samenwerking komen de gemeenten verder

Antwoord© is inmiddels een zeer breed gedragen concept en veel gemeenten zijn er ook al mee aan de slag gegaan. Zo zijn onder andere Amsterdam, Den Haag, Delft, Zoetermeer, Rotterdam al bereikbaar via het herkenbare 14+netnummer. In totaal kunnen ruim 2 miljoen burgers op dit moment hun eigen gemeente al bereiken via deze telefonische ingang.

Sommige gemeenten zijn groot genoeg om Antwoord© alleen in te voeren, voor andere kleinere gemeenten is samenwerking de oplossing.
De regio Drechtsteden - Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik Ido Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijdrecht - grijpen Antwoord© aan om gezamenlijk te onderzoeken hoe zij hun publieke dienstverlening in samenwerking efficiënter en beter kunnen vormgeven.

Voor ondernemers is Antwoord© voor bedrijven ingericht. Via de website, de telefoon, e-mail of een online chatfunctie wordt direct antwoord gegeven op vragen of direct doorverwezen naar de juiste overheidsinstantie.

Dames en heren,
de volledige invoering van Antwoord© is weer een stap naar een snellere, efficiëntere, goedkopere en betere overheid.
Een burger, bedrijf of instelling zal sneller het juiste antwoord krijgen op een vraag, ongeacht of men aan de balie staat, de telefoon pakt of de gemeentelijke website bezoekt.
Een burger, bedrijf of instelling zal bij gemeenten terecht kunnen met vragen over de héle overheid en het is de bedoeling dat het klantcontactcenter van gemeenten gemiddeld 80% van de vragen aan de overheid in één keer en goed afhandelt.

Nog een ding ter voorkoming van misverstanden: móet u ook altijd naar een gemeente toe? Nee, u weet dat u bij de belastingdienst moet zijn of bij de Provincie, dan staat die weg nog altijd open. Het gaat er om wat ú wilt.!