Motie herstel clawback apotheekhoudende

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

GMT/VDG-2896155

5 december 2008

Naar aanleiding van de uitkomsten van het onderzoek van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) naar de praktijkkosten en de inkoopvoordelen van apotheekhoudenden heeft de heer Van der Veen (PvdA) cs. tijdens de behandeling van de begroting van VWS op 5 november 2008 een motie ingediend.

In de motie wordt de regering gevraagd om te bevorderen dat de per 1 juli 2008 geschorste clawback wordt hersteld en het percentage van de clawback wordt aangepast waardoor de inkoopvoordelen 2008 zo snel mogelijk worden teruggehaald. Daarnaast roept de motie op om een per inkoopkanaal gedifferentieerde clawback in te voeren voor het jaar 2009 op basis van de cijfers uit het NZa-onderzoek. Tenslotte verzoekt de motie de regering om uiterlijk 1 december te laten weten op welke wijze herstel en aanpassing van de clawback precies wordt vormgegeven opdat de inkoopvoordelen voor apotheekhoudenden over 2008 en 2009 zullen worden teruggehaald.

Tijdens de begrotingsbehandeling heb ik aangegeven dat het vaststellen van tarieven voor apotheekhoudenden (waaronder de hoogte van de clawback) primair een aangelegenheid van de NZa is en dat de NZa de clawback zal herstellen. In een persbericht van 3 november 2008 heeft de NZa laten weten de clawback te herstellen en de tijdelijke schorsing van de clawback in het tarief per 1 januari 2009 te verrekenen door middel van een aanvullende clawback-korting. De NZa zal op 3 december 2008 een beslissing nemen over het tarief voor 2009 (inclusief de hoogte van de clawback). In een technisch overleg hebben betrokken partijen met de NZa van gedachten gewisseld over het onderzoek naar de praktijkkosten en inkoopvoordelen en over een aantal mogelijke tariefvarianten voor 2009. In november is eveneens de Adviescommissie cure vrije beroepsbeoefenaren van de NZa bijeengeweest in voorbereiding op de beslissing van de Raad van Bestuur van de NZa over het tarief 2009 op 3 december 2008.

Op dit moment kan ik u dus nog niet laten weten op welke wijze herstel en aanpassing van de clawback precies wordt vormgegeven. Overigens heeft de NZa aangekondigd in 2009 een aanvullend onderzoek te zullen doen naar de definitieve effecten van het preferentiebeleid op de inkomsten uit kortingen en bonussen in 2008. Aan de uitkomsten van dat onderzoek kan de NZa wederom tariefconsequenties verbinden.

De achterliggende gedachte van de motie dat de uit het onderzoek van de NZa gebleken bovenmatige kortingen en bonussen ten goede moeten komen aan de premiebetaler is mij sympathiek. Wel hecht ik er aan nogmaals de kanttekening te plaatsen die ik al heb gemaakt tijdens de begrotingsbehandeling. Het volledig afromen van de gemiddelde “overwinsten” van apotheken kan er toe leiden dat een groot aantal apotheken failliet zal gaan vanwege de onevenwichtige spreiding van de inkoopvoordelen en de praktijkkosten over de verschillende apotheken. Sluiting van apotheken op grote schaal zal niet alleen een probleem vormen voor het voorzieningenniveau van de farmaceutische zorg maar daarmee ook voor de zorgplicht van zorgverzekeraars. Het is realistisch en verantwoord dat de NZa rekening houdt met een zekere veiligheidsmarge. Deze veiligheidsmarge geeft apotheken de tijd om zonodig een efficiency-slag te maken en zich aan te passen aan de nieuwe omstandigheden.

De motie roept eveneens op de invoering van een selectieve gedifferentieerde clawback per inkoopkanaal op basis van de cijfers uit het NZa-onderzoek te bevorderen. Een gedifferentieerde clawback spreekt mij aan voor zover het instrument van de clawback ook op de lange termijn gehanteerd moet blijven worden. Met een dergelijke clawback kan immers in beginsel beter worden aangesloten bij de daadwerkelijk gehanteerde kortingspercentages per categorie van geneesmiddelen. Maar aan de introductie van een gedifferentieerde clawback zitten juridische haken en ogen die een gedegen onderzoek vooraf vergen. Daarnaast is de praktische uitwerking van een gedifferentieerde clawback van dien aard dat de rechter daaraan in het verleden ook juridische consequenties heeft verbonden. Met name de bij eerder gelegenheid door de rechter vereist gestelde vertaling van een dergelijke clawback in de declaratiesoftware, nadat de formele procedure voor het vaststellen van deze clawback bij de NZa is afgerond, neemt geruime tijd in beslag.

De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

dr. A. Klink