Persconferentie na ministerraad van 12 december 2008

Vice-minister-president Bos heeft in de wekelijkse persconferentie een toelichting gegeven op de besluitvorming in de ministerraad. Ook ging hij in op het economisch herstelplan van de Europese Unie en het EU-akkoord over het klimaat.

Vice-minister-president Bos:

Goedemiddag, excuus voor de vertraging. Dat was niet omdat ik een heel uitgebreide inleiding moest voorbereiden, want we kunnen het denk ik redelijk kort houden vandaag. In de ministerraad is veel gepraat over de actualiteit, over de debatten van afgelopen week en over de tsunami aan debatten die ons in de laatste week voor het reces nog te wachten staat. En dat debat en die discussie is uiteraard vandaag ook begonnen met de stand van zaken in de economie. Ook terugkijkend op het debat dat we de afgelopen week met de Tweede Kamer gehad hebben over hoe we met de economische neergang, de crisis zo u wilt, omgaan. We hebben met tevredenheid geconstateerd dat er enerzijds Kamerbreed steun is voor de aanpak die het kabinet heeft uitgestippeld en anderzijds we onszelf natuurlijk ook het nodige huiswerk hebben gegeven om op een aantal gebieden van zeg maar spaarloon tot woningmarkt nog eens even goed na te denken welke verdere initiatieven er op welk moment en op welke manier vereist zijn.

We hebben uiteraard gedurende de dag ook contact gehouden, in ieder geval geldt dat voor mezelf, met Brussel, waar ook over de economie en het Europese stimuleringsplan is overlegd. Ik geloof dat de minister-president inmiddels zelf ook al een persconferentie achter de rug heeft in Brussel. Maar ik ben blij dat de opdracht die we onszelf hadden meegegeven dat die ook binnengehaald lijkt te zijn. Dat wil zeggen, Europabrede overeenstemming dat er behoefte is aan een vorm van stimuleringsbeleid. Dat een richtgetal van om en nabij anderhalf procent van het bruto nationaal product daarbij geschikt lijkt te zijn, maar dat het vervolgens wel aan lidstaten zelf is om te bepalen hoe ze dat gaan invullen.

En dat is, om even uit te leggen, niet zonder belang, omdat bijvoorbeeld een land als Nederland heeft alleen al aan initiatieven gericht op de financiële sector voor 14% van het bruto nationaal product uitgaven gedaan. Er staat natuurlijk ook wel wat tegenover, maar niettemin 14% van het nationaal product. En in de eerdere teksten die verspreid waren als conceptconclusies voor vandaag, mocht je dat soort initiatieven bijvoorbeeld helemaal niet meerekenen. Net zo goed als het feit dat Nederland vanwege de teruglopende aardgasbaten hele grote automatische stabilisatoren heeft. Ons overschot van plus 1 procent loopt in één jaar terug naar een tekort van meer dan min 1 procent. Daar zit dus al een stimuleringseffect in van ongeveer 2 procent van het bruto nationaal product. Ook dat zouden we niet hebben mogen meerekenen. En in de teksten die nu gekomen zijn, is veel meer ruimte om rekening te houden met gewoon de specifieke situatie waarin landen zitten en de maatregelen die zij nemen. Er is ten slotte ook het groeistabiliteitspact overeind gehouden. Er is begrip als landen door de 3 procent heen schieten, maar wel meteen alle normale procedures in werking zetten zodat men op termijn weer terugkomt op het ooit beoogde pad. En daarmee is de inzet die Nederland had in die besprekingen gerealiseerd.

Dat geldt ook voor het akkoord dat gesloten is over het klimaat. We zijn ontzaglijk blij dat de doelstellingen die Europa zichzelf gesteld had op het gebied van het klimaatbeleid niet verwaterd zijn tijdens deze onderhandelingen. De manier waarop we er komen, daar moeten we wel constateren dat er uiteindelijk niet zoveel geveild zal worden als Nederland het liefst had gezien. Maar dat is uiteindelijk meer het instrument dat je inzet en de doelstellingen zelf staan gelukkig niet ter discussie.

Drie punten die dan kort nog ook in besluitvormende zin aan de orde zijn geweest tijdens de raad van vandaag. Allereerst is er een nieuw wetsvoorstel dat ziet op de voeding en ook vervolgens de aanwending van de FES-wet is door de ministerraad aangenomen. In het coalitieakkoord staat dat we eigenlijk af moeten van de voeding van het Fonds Economische Structuurversterking die direct gekoppeld is aan fluctuerende aardgasbaten, omdat als dat op en neer gaat daarmee ook de hoeveelheid geld die het fonds ingaat continu op en neer gaat. En er dus een enorme onzekerheid gaat ontstaan bij investeerders over hoeveel geld er nou op termijn beschikbaar is. Want dat fluctueert en daar kan men geen plan op trekken. Er is nu gekozen voor een nieuwe systematiek met een stabiele voeding waardoor er langetermijnzekerheid geboden wordt dat er elk jaar minstens 1,7 miljard euro in dat fonds zit. En dat per kabinetsperiode de kabinetten ook kunnen besluiten om dat bedrag voor die periode nog verder te verhogen.

Een tweede besluit dat vandaag genomen is, is gerelateerd aan de problematiek van gezinnen waar jongeren aanwezig zijn die teveel overlast veroorzaken. En de constatering dat er soms patstellingen ontstaan waardoor het eigenlijk onmogelijk is om daar effectief in te grijpen, omdat bijvoorbeeld de ouders daar niet aan mee willen werken. Het kabinet heeft er vandaag voor gekozen om de positie van burgemeesters in zo'n situatie te versterken. En vooral in het geval dat er een patstelling ontstaat omdat de Raad van de Kinderbescherming en de burgemeester het met elkaar oneens zijn over bijvoorbeeld de noodzaak van verplichte opvoedingsondersteuning, is vandaag besloten dat de burgemeester de Raad van de Kinderbescherming kan dwingen om de zaak aan de kinderrechter voor te leggen. En de kinderrechter kan dan een oordeel vellen dat gedwongen opvoedingsondersteuning alsnog aan de orde is. Ik denk dat dat een heel belangrijke doorbraak is op dit dossier.

Ten slotte een laatste onderwerp waar we in eerste ronde vooral ook over gediscussieerd hebben. Er lag een uitgebreid voorstel conform de randvoorwaarde van het coalitieakkoord van de collega's Ter Horst en Hirsch Ballin voor een nieuwe Politiewet. Een zo goed als afgeronde poging om de noodzaak om de politie en het werk van de politie lokaal in te bedden, te combineren met de mogelijkheid om een aantal zaken bovenlokaal te organiseren zodat daardoor matigheidsvoordelen gerealiseerd worden. Dat voorstel heeft in grote lijnen op instemming van de raad kunnen rekenen. Er zal op een aantal punten nog verdere duidelijkheid geboden worden. En dan komt dat volgende week voor afrondende besluitvorming in de ministerraad terug. En dat waren de belangrijkste punten van de ministerraad van vandaag.