Ter Horst overlegt met VNG over richtlijnen gebruik Mosquito

Mosquito

Minister Ter Horst blijft niet enthousiast over het gebruik van de Mosquito tegen hangjongeren: "onnodig en onwenselijk". Dat zei ze tijdens een debat in de Tweede Kamer op dinsdag 17 februari. Het kabinet wil dan ook geen wettelijke regeling maken om de Mosquito ondubbelzinnig wettelijk mogelijk te maken. Wel gaat de minister met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) overleggen om te komen tot VNG-richtlijnen over het gebruik van de Mosquito door gemeenten. Daarin neemt de minister ook het gebruik door private partijen (bedrijven, winkelcentra) van de Mosquito mee.

De Mosquito is een apparaatje dat een voor jongeren hinderlijke zoemtoon laat horen met als doel overlastgevende jongeren van hangplaatsen weg te jagen. Ouderen - boven de pakweg 25 jaar - kunnen de toon niet horen.

In een eerdere juridische verkenning bleef onduidelijk of het apparaat in strijd is met de Grondwet of met grondrechten als de integriteit van het menselijk lichaam, de vrijheid van beweging of het discriminatieverbod. Alleen een eventuele rechtszaak kan hierover uitsluitsel geven. Gemeenten moeten zelf afwegen of zij de Mosquito willen inzetten als "uiterste redmiddel" tegen jongeren die overlast veroorzaken, vindt Ter Horst.

De SP en de PvdA dienden een motie in waarin zij ervoor pleiten om de inzet van mosquito’s in de openbare ruimte alleen na goedkeuring door het lokale bestuur mogelijk te maken. Hierdoor zouden gemeenten ook het gebruik door particulieren moeten reguleren. De minister heeft toegezegd dit mee te nemen in de besprekingen met de VNG over de richtlijn. Het CDA, de VVD en de SGP dienden juist een motie in om inzet van het apparaat wettelijk te regelen.