Belangrijke stap vooruit in Chora

De nieuwe Nederlandse patrouillebasis Mirwais in het Choradistrict is zo goed als af. Na de Slag bij Chora zorgde de Task Force Uruzgan (TFU) voor een permanente militaire aanwezigheid om de Taliban te verhinderen opnieuw gevechten aan te gaan. Met de komst van de nieuwe patrouillebasis wordt de White Compound binnenkort weer teruggegeven aan de District Chief.

Permanente aanwezigheid

De afronding van de patrouillebasis Mirwais betekent een belangrijke stap vooruit voor het gebied. In juni 2007 werd bij de Slag om Chora vier dagen lang hevig gevochten waarbij de Taliban probeerden in een grote aanval meerdere politieposten ten val te brengen. Chora is van groot strategisch belang. Met de Afghanen werd het gebied, tijdens het hevigste gevecht dat jaar, onder controle gebracht. Vanaf dat moment bleven de Nederlandse militairen en de Afghan National Army (ANA) in Chora, waarbij de Nederlanders patrouilleerden vanuit de White Compound. Daaruit volgde direct het plan een eigen patrouillebasis en een ANA-kazerne te bouwen om de veiligheid te blijven garanderen. De ANA-kazerne Mirwais is sinds april 2008 in gebruik. Daarnaast werden diverse wachtposten vernieuwd zoals Niazi, Sarab en Kala Kala.

Mirwais

In het bijna voltooide Mirwais ontbreekt alleen nog de watervoorziening. De basis, gebouwd door Nederlandse genisten, grenst aan de Afghaanse kazerne. Deze locatie is bewust gekozen vanwege de ligging vlakbij de ‘groene zone’ aan, maar behoudt afstand omdat Mirwais op een heuvel staat. Nederlandse militairen, die veel samenwerken met de ANA, kunnen zo binnen een minuut bij elkaar op het kamp staan. De White Compound wordt opgeknapt en over drie maanden teruggegeven aan de District Chief van Chora, Mohammed Daoud.

Focus

Commandant TFU brigadegeneraal Tom Middendorp en Civiel Vertegenwoordiger Joep Wijnands, bezochten 24 februari de beide patrouillebases. Met de ANA Deputychief spraken ze over de problemen in het gebied, de vooruitgang en de landverdeling. De deputy liet duidelijk blijken dat zowel de bevolking als de ANA erg blij zijn met de aanwezigheid van de Nederlandse troepen. Middendorp en Wijnands bezochten tevens patrouillebasis Mashal in de Baluchivallei waar zij spraken met een luitenant van het Australische Operational Mentor and Liason Team en een luitenant van de Battlegroup. “We zijn nu bezig vertrouwen op te bouwen met de mensen. We merken dat ze niet meer bang zijn om met ons te praten”, aldus de luitenant van de Battlegroup volgens wie de bevolking uit angst voor de Taliban in het begin niet met hen in contact durfde te treden. Dankzij de permanente aanwezigheid van de Afghaanse militairen in Chora is er nu ruimte om de aandacht op de Baluchivallei te focussen. De bevolking en het bestuur boeken ook veel vooruitgang op het gebied van ontwikkeling