Toespraak minister Ter Horst bij herdenkingsbijeenkomst vliegtuigramp TK 1951

De datum van 25 februari zal voor ons allen nooit meer een gewone datum zijn. Voor altijd zal deze dag verbonden zijn met het vliegtuigongeluk van anderhalve week geleden.
Iets wat niet mag gebeuren, iets wat eigenlijk ook niet voorstelbaar is, is plotseling realiteit. 135 mensen maakten zich op voor een weerzien met familie en vrienden, of bereidden zich voor op een zakelijke bespreking. Toen was er de klap. De ravage. De pijn en de verwarring. De wereld is veranderd.

Vandaag herdenken we de slachtoffers. Vandaag laten we aan de nabestaanden, familie en vrienden zien dat we met hen meevoelen. In gedachten zijn we bij de mensen die in het ziekenhuis, of thuis, vechten voor hun herstel. Het is ook de tijd om dankbaar te zijn voor het feit dat zovelen het hebben overleefd.

De herinneringen aan woensdag 25 februari zijn nog vers.
Niet alleen bij de nabestaanden en overlevenden, maar ook bij de hulpverleners voor wie het een indringend heftige dag is geweest.
Ik heb afgelopen maandag met velen van hen gesproken en ook met de mensen die nog bij het wrak aan het werk waren.

De aanblik van het wrak is onthutsend.
Een vliegtuig hoort er niet zo uit te zien.
Een vliegtuig hoort helemaal niet op die plek.
Op die akker hoort een boer te ploegen, te zaaien en te oogsten. Het is een plek waar iets uit de grond moet groeien en niet uit de lucht moet vallen.

Een blik op de binnenkant van het vliegtuig riep beelden op wat er zich heeft afgespeeld. Er zijn nog een heleboel vragen. Het verlangen naar de antwoorden is groot. Hoe heeft dit kunnen gebeuren? Hoe kunnen we dit voorkomen?

De heer Van Vollenhoven heeft deze week namens de Onderzoeksraad voor de Veiligheid eerste indicaties kunnen geven van de oorzaken. Belangrijk is dat we de feiten accepteren omdat we daarvan kunnen leren. Niemand is gebaat bij speculeren. Wat ons allen in dit opzicht bindt kan maar één ding zijn: het achterhalen van de werkelijke oorzaken van het ongeval om herhaling te voorkomen. Ik roep alle partijen op om zich te scharen achter wat ik een van de overlevenden hoorde zeggen: “Het belangrijkste is nu om lessen te trekken.”

Namens de Nederlandse regering wens ik alle nabestaanden veel sterkte toe met het verwerken van hun verlies.
En u, die nog werkt aan uw herstel, en u, die nog moet verwerken wat er allemaal is gebeurd: wij wensen u heel veel kracht toe.

Het is ook de tijd om onze waardering en dank uit te spreken aan alle hulpverleners die zich op een uitstekende wijze hebben ingezet. Niet alleen de professionele hulpverleners, maar ook de omwonenden, en de mensen die toevallig ter plekke waren en meehielpen.

25 februari is nog maar anderhalve week geleden.
Te kort voor wonden om te helen.
Te kort om de pijn en het verdriet niet meer te voelen.
Te kort voor het beantwoorden van álle vragen.

Maar het is juist nu de tijd om mensen bij te staan in hun verdriet. En steun te bieden voor wie dit nodig heeft. Ik wens iedereen veel sterkte.