Starters hebben het niet zo moeilijk

Vaak wordt gedacht dat starters het moeilijk hebben op de woningmarkt. Starters blijken vaker hun verhuiswens te realiseren dan doorstromers.

Veel onderzoek kijkt òf vooraf naar verhuisplannen òf achteraf naar daadwerkelijke verhuizingen. De WoON 2006 module Wens & Werkelijkheid bekijkt beide. VROM vroeg naar verhuisplannen en (twee jaar later) of deze plannen zijn uitgevoerd.

Hoeveel starters zijn er?

Nederland telt 7 miljoen huishoudens. Het grootste deel daarvan (ruim 5 miljoen) heeft geen plannen om op korte termijn (binnen 2 jaar) te verhuizen. Circa 1,9 miljoen huishoudens – waarvan 577.000 starters - hebben wel een verhuiswens.

Wie zijn die starters?

Starters zijn huishoudens die nog niet zelfstandig wonen en na de verhuizing hoofdbewoners van een woning worden. De meeste starters (353.000) wonen nog bij hun ouders thuis. Verder zijn een kleine 129.000 starters die in een onzelfstandige woning wonen (bv in een studentenhuis), op zoek naar een zelfstandige woning. Daarnaast zijn er 96.000 semi-starters: mensen waarvan de woning wordt gesloopt of mensen die gaan scheiden.

Een groot deel van de starters is ten tijde van het interview dus nog onderdeel van een gezin; ze wonen immers nog bij hun ouders. Een kwart van de starters woont alleen. Bijna 90% van hen blijft (ook na de verhuizing) alleen wonen. Het zal niet verbazen dat starters veelal jong zijn: van de starters is ruim 80% jonger dan 35 jaar, bij de doorstromers is dat ruim eenderde.

Wat willen starters?

Tweederde van de starters is op zoek naar een huurwoning. Om preciezer te zijn: Een huurappartement is wat bijna de helft van de starters in het hoofd heeft. Bijna de helft (45%) van de starters wil een driekamerwoning. Starters die eengezinswoning zoeken, willen veelal een drie- of vierkamerwoning, terwijl starters die een appartement zoeken een wat kleinere woning (twee of drie kamers) willen.

Starters die een koopwoning zoeken, willen een wat grotere woning dan starters die een huurwoning willen. De combinatie van deze wensen is in de figuur in beeld gebracht.

Starters realiseren vaker hun verhuiswens dan doorstromers

Na twee jaar blijkt dat meer dan 300.000 starters oftewel 54% van de starters inderdaad zijn verhuisd, tegenover 38% van de doorstromers (zie figuur). Dat hangt niet alleen samen met hun positie als starter op de woningmarkt, maar ook met leeftijd. Jongere starters realiseren vaker hun verhuiswens dan starters van 35 jaar en ouder.

Uit onderzoek van Brounen & Neuteboom naar koopstarters blijkt dat ruim driekwart van de woningen die worden aangeboden betaalbaar zijn voor koopstarters. Veel huishoudens die willen kopen, slagen daar dan ook in. Brounen & Neuteboom concluderen dan ook dat het vooral aan het wensenpakket van (koop)starters ligt dat zij hun verhuiswens niet realiseren. Om hun verhuiswens te realiseren, moeten deze (koop)starters hun wensenpakket aanpassen. Uit het onderzoek voor de module Wens & Werkelijkheid blijkt dat de meeste starters (zowel in de koop als in de huur) wel bereid zijn hun wensenpakket aan te passen. Starters willen veelal verhuizen om op zichzelf te gaan wonen of om te gaan samenwonen. Zij zetten hun eerste stap op de woningmarkt en blijken dan ook bereid hun wensen bij te stellen. Daarom is een groter deel van de starters erin geslaagd de verhuiswens te realiseren in vergelijking met doorstromers. Doorstromers blijken minder bereid te zijn hun wensen bij te stellen.

Bron

Deze factsheet is voornamelijk gebaseerd op de module Wens & Werkelijkheid van het WoON 2006.

Het essay 'Starters in de knel, of gewoon business-as-usual' van Brounen en Neuteboom.