Uitvoeringsplan Herziening Interbestuurlijk Toezicht

Op 19 mei jl. is het uitvoeringsplan Herziening Interbestuurlijk Toezicht vastgesteld door het rijk, het IPO en de VNG. Het plan is de vervolgstap op het kabinetsstandpunt over interbestuurlijk toezicht, in reactie op het advies van de Commissie Doorlichting Interbestuurlijke Toezichtarrangementen (commissie Oosting).

In de visie van het kabinet is interbestuurlijk toezicht alleen aan de orde als een decentrale overheid handelt in strijd met het recht of het algemeen belang, of bij verwaarlozing van medebewindstaken. Dan kan in beginsel worden volstaan met de generieke instrumenten (schorsing, vernietiging van besluiten en in de plaats treden bij taakverwaarlozing). Specifiek interbestuurlijk toezicht wordt verminderd en afgeschaft. Gelijktijdig wordt de horizontale verantwoording en kwaliteitszorg vergroot, zoals past in het huidige dualistische stelsel.

Beoogd is om de herziening van het interbestuurlijke toezicht nog deze kabinetsperiode te hebben gerealiseerd.