Kabinet en Kamer debatteren over Staat van de Europese Unie

Wat is de visie van het kabinet op de grote Europese vraagstukken, waar legt het prioriteiten en wat zal de Nederlandse inzet zijn? Daarover sprak het kabinet dinsdag met de Tweede Kamer, tijdens het jaarlijkse debat over de ‘ Staat van de Europese Unie’.

De Staat van de Europese Unie beschrijft de Europese agenda voor het komende jaar vanuit Nederlands perspectief. In het rapport, dat jaarlijks wordt gepresenteerd op Prinsjesdag, zet het kabinet uiteen wat voor Nederland de belangrijkste Europese vraagstukken zijn en welke koers het daarbij wil varen.

In de Staat van de Europese Unie 2007-2008 zet het kabinet in op een ‘ concreet Europa’, dat oplossingen kan bieden voor grote uitdagingen zoals klimaatverandering, energievoorziening, terrorisme, asiel en migratie en het versterken van de Europese concurrentiekracht. Ook staat het kabinet stil bij het politieke en maatschappelijke debat over Europa. Doel is de dialoog met het parlement, het maatschappelijk middenveld en de Nederlandse bevolking te versterken. Hoe het kabinet dat wil aanpakken, staat beschreven in de kamerbrief over Europacommunicatie die staatssecretaris Timmermans (Europese Zaken) onlangs aan het parlement stuurde.

Tijdens het debat onderstreepte Timmermans het streven van het kabinet om de discussie en communicatie over Europa samen met de Tweede Kamer en maatschappelijke organisaties te voeren. “Het debat over Europa is een zaak van iedereen, ik hoop dus ook dat iedereen hieraan meedoet en ook echt zijn verantwoordelijkheid neemt”, aldus Timmermans. Ook meerdere Kamerleden benadrukten het belang van een actieve communicatie met de burger.

Minister Verhagen (Buitenlandse Zaken) benadrukte dat de Europese samenwerking hard nodig is om de belangen van Nederland vorm te geven in de wereld. In de strijd tegen het terrorisme, het bevorderen van vrede en veiligheid, en het respect voor de mensenrechten is de EU onmisbaar. “Ik ben blij dat de Unie bijvoorbeeld verantwoordelijkheid neemt voor de stabiliteit in Kosovo. Want problemen in de achtertuin van Europa levert, behalve alle ellende voor de mensen daar, ook problemen op bij ons.”