Opbouw in Uruzgan; er is nog veel te doen

Een Afghaanse senator en de directeur van een Afghaanse hulporganisatie deden vanochtend in Den Haag verslag van wat er in Uruzgan (Afghanistan) is bereikt met Nederlands geld voor wederopbouw.

De Nederlandse ambassade in Kabul ondersteunt meerdere opbouwprojecten in Uruzgan. Die projecten beslaan verschillende terreinen als onderwijs, landbouw en veiligheid. De directeur van de Afghaanse hulporganisatie, Abdul Wali Wafa, beschreef hoe met Nederlands geld 24 kanalen zijn aangelegd die dorpen van schoon drinkwater voorzien. Verder heeft een aantal dorpen nu handmatige waterpompen. De organisatie probeert boeren ook te helpen met alternatieven voor papaverteelt, door bijvoorbeeld amandelbomen en graan aan te leveren.

De Afghaanse senator, Omar Sherzad, liet tijdens een persconferentie op het ministerie weten dat er, ondanks alle inspanningen, nog veel te doen is. Als voorbeelden noemde hij onder andere de veiligheidsproblemen en een wijd verspreid gebrek aan schoon drinkwater, werk en medische voorzieningen. Wel benadrukte hij dat het leven van Afghanen "relatief is verbeterd". Ook zei Sherzad dat de internationale gemeenschap voor wat betreft het halen van de opbouwdoelen in Afghanistan, een verantwoordelijkheid te nemen heeft.

Fotograaf Hans Stakelbeek maakte in opdracht van Buitenlandse Zaken foto's van de opbouw in Uruzgan.