Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Leijten over herstellingsoord Wilhelminahuis

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

DLZ-K-U-2951868

9 september 2009

Geachte voorzitter,

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Leijten (SP) over herstellingsoord Wilhelminahuis.

Hoogachtend,
de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

mw. dr. J. Bussemaker


Vraag 1

Wat is uw reactie op het bericht dat het herstellingsoord Het Wilhelminahuis in Valburg in financiële problemen is?

Ik heb kennis genomen van het bericht hierover in de regionale pers van 11 augustus 2009.

Vraag 2

Bent u van mening dat het herstellingsoord een belangrijke vorm van zorg geeft aan mensen met geestelijke of lichamelijke nood om daarvan te herstellen? Kunt u uw antwoord toelichten.

Ik acht alle zorg behorend tot de AWBZ-aanspraak en ook de zorg krachtens de Zvw van belang.

Vraag 3

Deelt u het oordeel dat Het Wilhelminahuis in financiële problemen is geraakt door de sterk verminderde inkomsten uit de AWBZ? Zo ja, welke maatregelen gaat u treffen? Zo nee, waarom niet?

Neen, dat oordeel deel ik niet met u. De AWBZ-zorg die in Het Wilhelminahuis geleverd wordt, is extramurale zorg. Vanaf 1-1-2009 is de functie Begeleiding opnieuw omschreven. In overleg met de Kamer is er een overgangsjaar 2009 afgesproken voor de cliënten met een lichte zorgbehoefte, die al in zorg waren.
Nu zullen in het herstellingsoord relatief veel nieuw geïndiceerde cliënten komen, die wel of niet onder de nieuwe aanspraak op begeleiding vallen. Het zorgkantoor heeft hiermee uiteraard rekening gehouden bij het maken van de productieafspraken begeleiding. De effecten van de nieuwe aanspraak begeleiding kunnen in dit geval eerder zichtbaar worden.
Er kan door het herformuleren van de aanspraak echter geen sprake zijn van financiële problemen.

Vraag 4

Erkent u dat de kwaliteit van zorg onder druk komt te staan door de bezuinigingen van de AWBZ? Zo ja, welke maatregelen gaat u treffen. Zo nee, kunt u uw antwoord toelichten?

Het herformuleren van de aanspraak leidt niet tot kwaliteitsverlies, maar tot een beperking van de aanspraak.

Vraag 5

Bent u van mening dat de bezuinigingen in de AWBZ tot fusies leiden? Zo ja wat gaat u er aan doen? Zo nee, kunt u uw antwoord toelichten?

Fusies in de zorg ontstaan uit bedrijfsmatige overwegingen van instellingsbestuurders en kunnen getoetst worden door de NMA.

Vraag 6

Erkent u dat het voornemen tot fusie grote onrust teweeg brengt onder de medewerkers en de zorgvragers? Zo nee, kunt u uw antwoord toelichten?

Ik begrijp dat deze onrustgevoelens kunnen ontstaan in een dergelijke situatie, maar het is zaak van de bestuurders van de betrokken instellingen om daarmee rekening te houden en er adequaat op in te spelen door transparant over het fusieproces te zijn. Voor de opvatting van het kabinet over o.a. fusies verwijs ik naar de brief “ruimte en rekenschap” d.d. 9 juli 2009 van de minister van VWS en mij.

Vraag 7

Bent u van mening dat een fusie altijd instemming moet hebben van het personeel en de zorgvragers. Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe gaat u dit regelen?

De wijze waarop personeel betrokken wordt bij fusies is geregeld in de Wet op de Ondernemingsraden. Wat betreft zorgvrager is het mijn verantwoordelijkheid een zodanig aanbod van zorg te organiseren dat zij een redelijke mate van keuzevrijheid hebben. Zie ook mijn antwoord op vraag 6.

Vraag 8

Bent u bereid maatregelen te treffen zodat geen zorgpersoneel verloren gaat wanneer er ontslagen vallen bij Het Wilhelminahuis? Zo ja, hoe gaat u dit doen? Zo nee waarom niet?

Nee, ik kan en zal geen maatregelen treffen. Desalniettemin ben ik het wel met u eens dat hierdoor als het even kan geen zorgpersoneel van de zorg verloren mag gaan. Ik ga er vanuit dat de betrokkenen hier net zo over denken als u en ik.