Stage mag geen afknapper zijn

'Leerlingen in de zorg- en welzijnssector moeten goede stageplaatsen krijgen. Ze moeten er wat van opsteken en enthousiast worden voor hun beroepskeuze. Helaas is dat niet altijd het geval.' Dat zei staatssecretaris Bussemaker tijdens de opening van de 200ste Leerafdeling bij Stichting Het Raamwerk in Noordwijkerhout.

Dames en heren,

Stagelopen en er ook daadwerkelijk iets van opsteken. Het ligt voor de hand. Net zoals je van een zeilboot verwacht dat ze vaart en van een auto dat hij rijdt. Helaas is de stagepraktijk vaak weerbarstiger. Niet zelden wordt iemand die een stageplek heeft van het kastje naar de muur gestuurd. Of, betere gezegd, van de keuken naar de linnenkamer.

Andere stagairs maken het mee dat ze vanaf dag 1 in het diepe worden gegooid. Zonder fatsoenlijke begeleiding krijgen ze een afdeling met cliënten toegewezen en dan moeten ze zich maar zien te redden.

Je kunt gerust stellen dat een dergelijke stage een mislukte stage is. Het beantwoordt niet aan de verwachtingen van de stagiair. Die wil zijn schoolkennis in de praktijk brengen, wil mensen verzorgen en ervaring op doen en wil zich nuttig voelen. Een leerling automonteur wil ook tijdens zijn stage auto’s repareren en niet alleen koffie zetten voor zijn collega’s en de werkplaats aanvegen.

En zoals een leerling automonteur na zijn studie alles moet weten van autoreparaties, moet een leerling in de zorg- en welzijnssector alles weten van cliënten.
Het is daarom van groot belang dat alle stages kwalitatief goed in orde zijn. Dat de stagairs terecht komen op afdelingen waar ze wat kunnen leren en dat ze daar de noodzakelijke begeleiding krijgen. Zodat ze niet teleurgesteld raken in hun toekomstige werk en vroegtijdig afhaken.

Om het creëren van stageplaatsen te stimuleren en om de kwaliteit van de stages te waarborgen heb ik ruim twee jaar geleden een stagefonds voor de zorgsector opgericht. Dit jaar gaat 99 miljoen euro uit het fonds naar leerwerkbedrijven. Daarmee zijn 4200 fulltime stageplaatsen voor 9300 stagiairs mogelijk gemaakt.

Dat geld wordt dus goed besteed. Daarnaast zijn er gelukkig ook andere initiatieven die moeten leiden tot kwalitatief goede stages. Eén daarvan zijn de leerafdelingen die door Calibris zijn ontwikkeld. Overigens kunnen ook de leerafdelingen voor de stagairs een tegemoetkoming uit het stagefonds ontvangen.

Ik zie veel positieve kanten aan deze leerafdelingen, waarvan vandaag de 200ste start.

Allereerst profiteert de cliënt – en die staat centraal in de zorg - van een leerafdeling. Als er op een afdeling naast het al aanwezige personeel 8 of 10 stagairs komen, betekent dat, dat de cliënten meer aandacht krijgen.
Zoals ik al zei, is goede begeleiding van de stagairs hiervoor onontbeerlijk, anders wordt het voordeel een nadeel.

Op de tweede plaats is een leerafdeling voor de leerling erg prettig. Hij of zij kan meteen aan de bak. Stagiairs krijgen een grote verantwoordelijkheid, krijgen een goed beeld van wat het werk inhoudt en kunnen onderling ervaring uitwisselen omdat ze samenwerken. De kloof onderwijs – praktijk wordt zo zo klein mogelijk.
Bovendien zal een aantrekkelijke stage er voor zorgen dat een leerling niet tussentijds zijn studie stopt. Dat risico lopen we natuurlijk wel als de stage niet aansluit op wat de leerling verwacht.

Tot slot is een leerafdeling ook voor het leerbedrijf gunstig. Met aansprekende stages kan het toekomstige werknemers aan zich binden. Gezien de krapte op de arbeidsmarkt is dat een belangrijke investering in de toekomst.

Deze voordelen gelden voor een leerafdeling, maar zouden natuurlijk voor elke stageplaats moeten gelden.
Iedereen die stage loopt op het terrein van zorg en welzijn moet daar een goed gevoel aan over houden en zich gesterkt voelen in zijn keuze voor een baan in deze sector.

Gelukkig zien steeds meer bedrijven de voordelen in van goede stageplaatsen. En ook de leerafdelingen zijn populair. Dat succes blijkt duidelijk uit het grote aantal afdelingen dat de afgelopen drie jaar is opgericht. Met een gemiddelde van meer dan één per week verspreidt het zich als een olievlek over het land. En vandaag start de 200ste. Maar het mogen er van mij best meer worden.

Om te onderstrepen dat ik een goede stageplaats erg belangrijk vind – zowel voor de cliënt, de leerling als het onderwijs en het bedrijf – ben ik graag op de uitnodiging ingegaan om deze leerafdeling te openen.

Bovendien wil ik graag mijn complimenten maken aan Het Raamwerk. Instellingen die gehandicaptenzorg leveren, hebben het vaak al erg druk om de zorg goed te organiseren.
Het Raamwerk heeft daarnaast toch de tijd gezien om een leerafdeling in te richten. Zoiets vergt een behoorlijke investering. Maar ongetwijfeld weet Het Raamwerk ook dat het op de langere termijn voordeel kan opleveren.

Dames en heren,

Goed personeel voor de zorg- en welzijnssector krijg je niet zomaar. Dat lukt alleen als we voor de juiste omstandigheden zorgen. Zoals voor goed onderwijs. En voor goede stageplaatsen, plaatsen waar leerlingen écht iets leren en waar ze alleen maar enthousiaster worden voor de beroepskeuze die ze hebben gemaakt.
Ik hoop dan ook dat alle leerbedrijven dit inzien en dat we binnen afzienbare tijd overal leerafdelingen of vergelijkbare stageplaatsen zien.