Aangifte inkomstenbelasting uiterlijk 6 april indienen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 AE DEN HAAG

Uw brief (Kenmerk) 28 maart 2007 07-Fin-B-12

Ons kenmerk: DGB 2007-01659 U

Geachte voorzitter,

Met uw brief van 28 maart jl. (07-Fin-B-12) vraagt u mij of voor de indiening van de aangifte 2006 wel of niet een coulanceregeling wordt toegepast.

De dienstverlening door de Belastingdienst is de afgelopen weken niet in gevaar geweest. Eigenlijk is alles vooral doorgegaan. Belastingplichtigen konden gewoon terecht bij de Belastingtelefoon. De internetsite van de Belastingdienst was de afgelopen weken doorlopend te raadplegen. De Belastingdienst biedt als in voorgaande jaren op 45 locaties in het land hulp-bij-aangifte (huba). En ik ben erg blij dat ook de ouderenbonden en de vakbonden dit jaar weer met grote inzet een belangrijke bijdrage leveren bij het invullen van aangiftebiljetten. De bijleenregeling is niet gewijzigd ten opzichte van vorig jaar. De problemen die er onder oudere Windows-versies een aantal weken geleden waren met het aangifteprogramma, waren binnen enkele dagen opgelost. Er is dan ook geen aanleiding om met de inlevertermijn voor de aangifte inkomstenbelasting 2006 om de hiervoor genoemde redenen coulance te betrachten.

Ik stel vast dat de inlevertermijn voor de aangifte de afgelopen dagen in het zicht van 1 april ter discussie is komen te staan. Die discussie is op dit moment nog niet tot een einde gekomen. Ik kan mij voorstellen dat deze discussie belastingplichtigen in onzekerheid brengt over de vraag waar zij met hun aangifte aan toe zijn. Sommige belastingplichtigen doen hun aangifte nu eenmaal op het laatste nippertje en staan nu voor de vraag wanneer hun aangifte binnen moet zijn.

Juist omdat veel belastingplichtigen hun aangifte op het laatste moment indienen, hanteert de Belastingdienst een onuitgesproken marge van enkele dagen voor aangiftes die om wat voor reden dan ook in de eerste dagen van april binnenkomen. Deze aangiftes vallen buiten de officiële garantiedatum van 1 juli. Teruggaves op grond van die aangiftes worden echter normaal gesproken vóór 1 juli vastgesteld. Ik meen dat ik er van mijn zijde alles aan moet doen om de onzekerheid die in de afgelopen dagen over de inlevertermijn is gecreëerd weg te nemen. Om die reden voel ik mij genoodzaakt met deze handelwijze naar buiten te treden. Daarbij merk ik op dat 1 april dit jaar op een zondag valt. De Algemene termijnenwet leidt ertoe dat aangiftes die op 2 april binnenkomen sowieso tijdig zijn. Het voorgaande geeft mij aanleiding ook alle aangiftes die uiterlijk 6 april a.s. worden ingediend dit jaar als tijdig aan te merken.

Zoals ik tijdens het vragenuurtje heb gezegd, kan ik niet de garantie geven dat de 1 juli garantiedatum in alle gevallen wordt gehaald. Natuurlijk zetten wij ons daarvoor wel volledig in. Mocht 1 juli voor een aantal aangiftes niet worden gehaald, dan worden belastingplichtigen daarover geïnformeerd zoals dat ook in het verleden gebruikelijk is geweest.

Hoogachtend,

De staatssecretaris van Financiën,

mr. drs. J.C. de Jager