Beantwoording kamervragen kinderopvangtoeslag

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA ‘S-GRAVENHAGE

Uw brief (Kenmerk) 12 maart 2007 (2060709210)

Ons kenmerk: DGB 2007-1409 M

Geachte voorzitter,

Hierbij doe ik u, mede namens de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, mevrouw Dijksma, de antwoorden toekomen op de vragen van het lid Hamer (PvdA) over de trage uitbetaling van de Belastingdienst/ Toeslagen met betrekking tot de kinderopvangtoeslag.

Hoogachtend,

de staatssecretaris van Financiën,

mr. drs. J.C. de Jager

2060709210

Vragen van het lid Hamer (PvdA) aan de staatssecretaris van Financiën en de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw Dijksma, over de trage uitbetaling van de Belastingdienst/ Toeslagen met betrekking tot de kinderopvangtoeslag (Ingezonden 12 maart 2007)

1.
Krijgt u ook signalen dat er problemen zijn bij de verwerking en de doorlo optijd bij de Belastingdienst / Toeslagen met betrekking tot de kinderopvangtoeslag? 1)

Antwoord op vraag 1

Ja.

2.
Is het waar dat de doorlooptijd bij een nieuwe aanvraag of wijziging voor kinderopvangtoeslag 12 weken is, waardoor ouders 12 weken niet de juiste of zelfs géén toeslag krijgen uitgekeerd?

4.
Wat gaat u ondernemen om dit probleem op te lossen?

Antwoord op de vragen 2 en 4

De verwerking van wijzigingen voor het jaar 2007 is moeizaam verlopen. De aanpassing van het automatiseringssysteem voor 2007 heeft tot problemen geleid, waardoor de productie langzaam op gang kwam. Door deze problemen is er een achterstand ontstaan bij de verwerking van de ingediende wijzigingen, waardoor de wettelijke termijn van 8 weken in de meeste gevallen is overschreden. Ook de eerste aanvragen zijn hierdoor vertraagd in behandeling genomen.

Tot nu toe zijn er ongeveer 149.500 wijzigingen ontvangen. Sinds begin maart is de productie weer op gang gekomen en is ruim 85% van de wijzigingsformulieren verwerkt.
De overige bijna 20.000 wijzigingen zijn nog niet verwerkt, omdat er bij deze wijzigingen gegevens ontbreken, of omdat de gegevens vragen oproepen (bijvoorbeeld doordat er een zeer hoog aantal uren kinderopvang is ingevuld). Deze ouders zouden een zogenoemde vragenbrief moeten krijgen. Daarom geldt voor deze aanvragen niet de 8 weken termijn. Wel is duidelijk dat door de genoemde problemen de Belastingdienst/Toeslagen deze posten nog niet heeft kunnen oppakken. Ongeveer 60%, 11.600 posten, van deze wijzigingen zijn ouder dan 8 weken.

Daarnaast zijn er tot nu toe ongeveer 49.000 nieuwe aanvragen voor 2007 ingediend. Hiervan heeft de Belastingdienst/Toeslagen er bijna 90% verwerkt. Ook hier geldt dat de wettelijke grens van 8 weken in veel gevallen is overschreden.
De overige 5.500 aanvragen zijn nog niet verwerkt. Net als bij de wijzigingen ontbreken gegevens of roepen de gegevens vragen op. Ongeveer 45% van deze aanvragen, 2.450 aanvragen, zijn ouder dan 8 weken.

Voor de niet verwerkte aanvragen/wijzigingen geldt dat contact moet worden gezocht met de betreffende ouders. De komende week zullen zij telefonisch benaderd worden. Wanneer zij snel reageren, dan kunnen deze achterstanden voor 15 april weggewerkt zijn.

Aanvragen en wijzigingen die nu ingediend worden, voor zover ze volledig zi jn en geen vragen oproepen, vanaf nu binnen 8 weken afgedaan.

Als ouders in grote financiële problemen komen, dan bestaat de mogelijkheid om een spoedbetaling te vragen bij de Belastingtelefoon. De Belastingtelefoon biedt dit desgewenst ook aan. Een spoedbetaling leidt normaal gesproken binnen 10 dagen tot een uitbetaling aan de ouders. Omdat er meer verzoeken binnenkomen, kan het voorkomen dat de 10 dagentermijn met enkele dagen wordt overschreden. Er zal extra capaciteit in worden gezet, om de spoedbetalingen weer binnen de 10 dagen uit te betalen. In totaal hebben vanaf december 2006 ongeveer 2.500 ouders een spoedbetaling ontvangen.

3.
Bent u ervan op de hoogte dat kinderopvanginstellingen in financiële problemen komen door deze trage verwerkingtijd?

Antwoord op vraag 3

In die gevallen dat ouders de kinderopvangtoeslag direct aan de kinderopvanginstelling laten overmaken, kan het voorkomen dat die kinderopvanginstellingen een toeslag ontvangen die gebaseerd is op de oude gegevens of nog geen toeslag hebben ontvangen. Als er daardoor financiële problemen ontstaan, dan kunnen ouders een spoedbetaling vragen en het geld over laten maken naar de kinderopvanginstelling.
Kinderopvanginstellingen kunnen overigens geen beroep doen op een spoedbetaling. Zij zijn geen partij bij de aanvraag en uitbetaling van de kinderopvangtoeslag.

5.
Klopt het dat er geen “Opgaaf kinderopvangtoeslag” over 2006 meer is verzonden, waardoor ouders opeens zelf het initiatief moeten nemen of er wijzigingen noodzakelijk waren? Klopt het dat hierover alleen via de website van de Belastingdienst/ Toeslagen is gecommuniceerd?

Antwoord op vraag 5

Vanaf 2006 volgt de kinderopvangtoeslag het regime van de Awir. De Awir gaat ervan uit dat aanvragers gehouden zijn aan de wettelijke verplichting om een relevante wijziging in de omstandigheden die van belang is voor de beoordeling van de aanspraak op of de bepaling van de hoogte van de tegemoetkoming te melden aan de Belastingdienst/Toeslagen. In brochures en op de website is hier aandacht aan besteed.

Belastingdienst/Toeslagen heeft onderkend dat veel ouders nog geen wijziging hebben doorgegeven. Daarom zal de Belastingdienst/Toeslagen de komende weken ouders, waarvan er nog geen wijziging over 2006 is binnengekomen, actief gaan benaderen. Hen zal worden verzocht alsnog een wijziging in te dienen.

1) Stentor, 5 februari 2007, Problemen bij fiscus nog lang niet opgelost