Audit operationele sterkte

Gegeven de discussie rondom de betaalbaarheid van de sterkte van de Nederlandse politie
bestaat al enige tijd de behoefte om een betere koppeling te kunnen maken tussen sterkte en
budget. Hiertoe is in 2009 een definitie voor de operationele sterkte van de Nederlandse politie
opgesteld door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) in
samenspraak met het ministerie van Justitie en het Korpsbeheerdersberaad.
Na het vaststellen van de definitie van operationele sterkte zijn in 2009 door het ministerie van
BZK, in samenspraak met het ministerie van Justitie en het Korpsbeheerdersberaad, de functies uit
het landelijk functiehuis1 volgens PolBIS2 (stand van zaken d.d. 31-12-2008) gecategoriseerd als
zijnde een operationele of niet-operationele functie. De categorisering heeft geleid tot een meting
van de operationele en niet-operationele sterkte per 31-12-2008 (de zogenoemde nulmeting).
De minister van BZK heeft de Tweede Kamer toegezegd een externe audit te laten uitvoeren naar
de juistheid van deze nulmeting. Deze externe audit op de operationele sterkte is in de periode
mei-juni van 2010 door PricewaterhouseCoopers uitgevoerd. De doelen van de audit operationele
sterkte zijn:
1. Vaststellen, aan de hand van de vraag welke functies in het regionaal functiehuis voldoen aan de definitie operationele sterkte, of de omzetting van de regionale functiehuizen naar het landelijk functiehuis betrouwbaar is.
2. Indien in de audit verschillen worden geconstateerd: vaststellen of de operationele sterkte zoals gemeten op basis van de gegevens uit PolBIS (de nulmeting) valide is en wat het effect van verschillen op de nulmeting van de operationele sterkte is.
In de audit is, op basis van een steekproef, bekeken of de functies uit de regionale functiehuizen naar de juiste categorie (operationeel of niet-operationeel) zijn omgezet in het landelijk functiehuis.
Op basis van de statistische steekproefanalyse kan gesteld worden dat de gemeten operationele sterkte (nulmeting) op basis van de gegevens uit PolBIS valide is.

Uit de steekproef is gebleken dat van de 150 items in de steekproef 139 naar de juiste categorie in
het landelijk functiehuis zijn omgezet. In totaal zijn 10 items (uitgaande van de formele functieomschrijving) ten onrechte als operationeel of niet-operationeel zijn aangemerkt. Hiervan zijn 6 items ten onrechte aangemerkt als operationeel en 4 items ten onrechte aangemerkt als nietoperationeel in de categorisering van het landelijk functiehuis. Voor 1 item was het niet mogelijk de juistheid van de omzetting te toetsen, omdat er geen officiële functiebeschrijving beschikbaar was.
Aangezien er zowel onjuiste omzettingen zijn van operationeel naar niet-operationeel als van nietoperationeel
naar operationeel worden voor het bepalen van het netto-effect beide typen onjuistheden gesaldeerd. Hoewel in de omzetting van de regionale functiehuizen naar het landelijkfunctiehuis een significant aantal onjuistheden is aangetroffen, kan na saldering van de in de omzetting gemaakte fouten gesteld worden dat er geen significante afwijking ten opzichte van de gemeten operationele sterkte d.d. 31-12-2008 is aangetroffen in de steekproef.