€ 17 miljoen voor ontwikkelen van dierziektenvaccins

Minister Maxime Verhagen van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie steekt € 17 miljoen in kennisontwikkeling en hoogwaardige infrastructuur voor het ontwikkelen van vaccins tegen zoönosen.

Zoönosen zijn ziekten die van dieren op mensen kunnen overgaan, bijvoorbeeld Q-koorts en vogelgriep. De financiering gebeurt in het kader van het economisch topgebied Life Sciences.

'De verspreiding van infectieziekten bij mens en dier neemt toe', aldus minister Verhagen. 'Omdat Nederland zeer dichtbevolkt is, zijn wij gevoeliger voor een snelle verspreiding van deze ziektes. Daarom wil Nederland de ontwikkeling van vaccins in eigen hand houden. Dat aan het buitenland overlaten, zou onverantwoord zijn.'

Er is een nationale onderzoeksfaciliteit nodig voor het ontwikkelen van vaccins tegen zoönoses bij landbouwhuisdieren. Deze zal gebouwd worden bij het Centraal Veterinair Instituut (CVI) in Lelystad, onderdeel van Wageningen UR. Deze faciliteit is bedoeld voor publiek en privaat gebruik en biedt de mogelijkheid om zoönosenonderzoek te doen dat momenteel niet in Nederland uitgevoerd kan worden. De bouw van deze onderzoeksfaciliteit wordt tevens financieel ondersteund door de provincie Flevoland en is in de loop van 2013 gereed.

De investering biedt kansen om in Nederland unieke kennis op te bouwen en die ook commercieel toe te passen. Daarom wordt de € 17 miljoen verstrekt aan een publiek-privaat consortium onder leiding van de faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit van Utrecht. Andere deelnemers aan het consortium zijn Wageningen UR en diergeneesmiddelenfabrikant Intervet in Boxmeer. Verder is het RIVM/Nederlands Vaccin Instituut erbij betrokken.

Infrastructuur vaccinontwikkeling

Behalve de onderzoeksfaciliteit is ook een meerjarig onderzoeksprogramma nodig voor het ontwikkelen van kennis over zoönosenvaccins. Het meerjarig onderzoeksprogramma behelst een plan om zoönosen effectiever te bestrijden met vaccins. Dat geldt niet alleen voor in Nederland reeds voorkomende zoönosen, maar ook voor ziekten waar we in Nederland nog niet mee kampen, zoals West-Nijlvirus en Rift Valley Fever. In het onderzoeksprogramma zal een substantieel deel van de inspanningen geleverd worden door Intervet, dat zelf ook investeert in dit programma.

Volgens minister Verhagen past de financiering uitstekend in het beleid van de regering, dat gericht is op economische groei en werkgelegenheid in de sector van het topgebied Life Sciences. Voor de bestrijding van zoönosen is de samenwerking tussen de veterinaire en humane gezondheidswereld van groot belang. Deze samenwerking krijgt met dit project weer meer vorm en het biedt ook kansen om kennis voor de markt te genereren en kan zo ook de werkgelegenheid stimuleren. Bovendien bouwt het voort op het EmZoo onderzoek van het RIVM, dat onlangs is gepresenteerd. Het EmZoo-rapport is een inventarisatie van zoönosen die Nederland zouden kunnen aandoen.