Nieuwjaarsdiner Deltalinqs

Speech van de minister van Infrastructuur en Milieu, Melanie Schultz van Haegen, Nieuwjaarsdiner Deltalinqs, World Trade Centre Rotterdam, maandag 17 januari 2011, 18.30 uur

Meneer Aboutaleb, Meneer Van Sluis, dames en heren,

Ik ben blij in uw midden te zijn tijdens uw Nieuwjaarsdiner.
De branden bij Chemie-Pack in Moerdijk en op de Kijfhoek waren geen goed begin van 2011.
Maar verder is het nieuwe jaar voor u hoopgevend begonnen.
Ik ben echt onder de indruk van de groei die de Rotterdamse haven het afgelopen jaar heeft gerealiseerd. Een groei met dubbele cijfers, van meer dan 10 procent! Het recordjaar 2008 is zelfs overtroffen.

U bent daarmee de sleepboot van de Nederlandse economie.
Een sleepboot met een enorme power die gewoon dóórvaart, ook bij tegenwind en hoge golven.

Ik wens u ook voor dit jaar alle goeds toe, op alle fronten. Want het leven bestaat natuurlijk uit méér dan mooie overslagcijfers.
Veel geluk, gezondheid en goede zin toegewenst!

Rotterdam heeft een prominente plek in mijn agenda. Vorige week maandag was ik hier de hele dag op werkbezoek.

Ik heb toen op uw uitnodiging het havengebied per helikopter en per boot verkend. En de Tweede Maasvlakte per jeep. Als minister van Infrastructuur en Milieu moet je tenslotte voeling houden met alle vormen van transport.
En ik heb uitgebreid gesproken met Wim van Sluis, Hans Smits en vele anderen.

Ik vind het belangrijk te weten wat er bij u leeft. Daarom ben ik vanavond ook hier.
Rotterdam - met zijn haven - is een van de drie regio’s in Nederland waaraan ik prioriteit wil geven.
De andere twee zijn Amsterdam en Eindhoven.

Waarom die focus op Rotterdam?
Omdat Rotterdam ons belangrijkste verbindingspunt is met de wereldeconomie. En daarmee van levensbelang voor onze welvaart als handelsland.

Met grote belangstelling volg ik dan ook de initiatieven van Hans Smits en Eddy Bruininckx (Havenbedrijf Antwerpen) om nauwer samen te gaan werken, onder meer bij het versterken van knooppunten in het achterland.
Een strategische stap die getuigt van ambitie, en een mooie aanvulling op de samenwerking tussen de Nederlandse zeehavens.

Deltalinqs bestaat tien jaar. Misschien denkt u nog wel eens terug aan de periode rond de eeuwwisseling.
Het marktaandeel van de Rotterdamse haven in Noordwest-Europa stond toen onder druk.

Die trend is gekeerd. Rotterdam geldt weer als ‘the place to be’. China en andere partners in het Verre Oosten kiezen steeds meer voor ons.

Deltalinqs heeft daar, samen met u als ondernemers in deze haven, hard voor geknokt.

Maar ik denk dat er nog iets anders meespeelt. Een serieuze succesfactor is dat wij als Nederland laten zien dat we vierkant achter onze haven staan. Dat we een reëel toekomstperspectief bieden aan de Tweede Maasvlakte. Een project dat in omvang en ambitie zelfs de Chinezen imponeert.
Zelfs de oceaanreuzen die nu nog alleen op de tekentafel bestaan, kunnen straks aanmeren op de Tweede Maasvlakte. We zijn de toekomst dus vóór.

En dan het vervolg.
Ik ken het pleidooi voor een koepelvergunning voor de Tweede Maasvlakte. De gedachte daarachter spreekt me zeker aan. Als we de beschikbare milieugebruiksruimte voor het hele gebied reguleren, vermindert dat de administratieve rompslomp voor bedrijven.

Daarbij is het wel belangrijk dat overheden en u als gebruikers van de haven het hierover eens zijn. Een breed gedragen voorstel uit de regio, waarin de belangen van alle betrokken partijen zijn geborgd, is nodig.
Ik nodig u uit om daarmee te komen. In dat geval biedt de Crisis- en herstelwet mogelijk kansen.

Ik ben trots op de grenzen die we met de Tweede Maasvlakte verleggen. Infrastructureel, ruimtelijk, technisch en logistiek. Twee weken geleden was ik in Dubai. Daar hoeven we nu niet meer naar toe, want we hebben een prachtig voorbeeld van landaanwinning dichtbij.

Een ander mooi initiatief is het plan voor windturbines op de buitencontour van de Tweede Maasvlakte. Ik sta daar positief tegenover, maar het mag de veiligheid niet in het geding brengen. Daarom laat ik de technische haalbaarheid van windturbines op die plek nu onderzoeken.
In februari zijn de concept-resultaten bekend. Dan hoop ik snel met u de volgende stappen te kunnen zetten.

Economie en ecologie gaan hand in hand. Daarom hoort de aanleg van de 750 hectare natuur- en recreatieterrein onlosmakelijk tot dit project. Daar tornen we niet aan. Een deal is een deal.
Dat is ook het uitgangspunt bij het vinden van draagvlak bij de invulling van de natuuropgave in de polder Albrandswaard.
Ik heb er vertrouwen in dat ook dat onderdeel van het project Maasvlakte 2 gaat lukken.

Aandacht voor natuur is nodig om het leefklimaat in deze regio aantrekkelijk te houden. Een stevige economie berust op meer pijlers dan alleen een sterke haveninfrastructuur. Even belangrijk is een aantrekkelijke stad waar mensen graag wonen en werken.

Ik ken uw zorgen over de arbeidsmarkt in Rotterdam. Veel laagopgeleide mensen, te weinig HBO’ers, een mismatch tussen vraag en aanbod, oude wijken die in de versukkeling raken. Dat alles schaadt ook uw toekomstkansen.

Met u maak ik me daar zorgen over.
We moeten waarborgen dat Rotterdam in alle opzichten aantrekkelijk blijft. Dat betekent: investeren in de kwaliteit van de ruimtelijke omgeving, in voldoende groen, in goede woningen, in onderwijs en innovatie, in een stad met karakter.
‘Stadshavens’ is een goed voorbeeld van waar het naartoe moet. Het Rotterdam Climate Initiative (Rotterdam als klimaatneutrale stad) is een ander goed voorbeeld. Daar werken wij graag samen met u naartoe.

Een aantrekkelijke stad is ook een bereikbare stad. U weet dat we flink aan de slag gaan hier.

Dit jaar gaan we van start met de verbreding van de A15 tussen het Vaanplein en de Maasvlakte. Die verbrede A15 is aan het eind van deze kabinetsperiode (in 2015) volledig klaar.
Ik beloof u dat we ons uiterste best gaan doen om de hinder overdag tijdens de bouw tot een minimum te beperken.

U heeft met zijn allen ook steeds gepleit voor een Nieuwe Westelijke Oeververbinding. Eind dit jaar hoop ik in overleg met de betrokken overheden een voorkeursbesluit nemen.
Voorwaarden zijn: voldoende draagvlak in de regio en financiering. Zoals u weet maakt private financiering deel uit van de verkenning. We praten hierover al met partijen.
Dit is een kans die we niet mogen missen om de bereikbaarheid van Rotterdam structureel op een hoger plan te brengen.

Voor wat betreft de bereikbaarheid per spoor, ben ik blij dat de Betuweroute zijn toegevoegde waarde bewijst. Het aantal goederentreinen groeit volgens verwachting.

Ik ga ervan uit dat het derde spoor Emmerich-Oberhausen er gewoon komt.
Van de kant van het Bundesministerium wordt dat consequent bevestigd.
Vorige week heeft staatssecretaris Scheurle dat nog eens herhaald. Het werk aan de plannen gaat dus gewoon door. Over de timing zullen we nog wel wat discussie hebben.

Bouwen is en blijft hard nodig. Maar ik wil daarnaast een stevig accent gaan zetten op het beter en efficiënter gebruiken van onze kostbare infrastructuur.

De capaciteit van onze vaarwegen, ons spoor en ook onze wegen blijft onderbenut. Dat is economisch, maatschappelijk en ruimtelijk gezien niet te verkopen. Als dit binnen uw bedrijf zou spelen, zou u zeker in actie komen. Dus u begrijpt mijn inzet vast.

Misschien wordt het tijd de proeven met vrachtvervoer buiten de spits weer nieuw leven in te blazen.
Door de crisis hebben die op een laag pitje gestaan. Ik wil u graag oproepen hierover mee te denken.
We moeten toch kunnen komen tot 7 x 12 uur benutting in plaats van 5 x 8 uur.

Het is nodig dat we vervoersstromen beter bundelen. Dat we informatie delen, samenwerken en niet blijven hangen op de gebaande paden. Juist met een brede, onconventionele kijk op logistiek kan Nederland de internationale concurrentie voor blijven.

Wat er allemaal mogelijk is als we onze infrastructuur beter gaan benutten, laat de Verkeersonderneming zien.
Daarin werkt het ministerie samen met de regio en de haven aan een betere bereikbaarheid. 

Vooral in de ochtendspits richting haven zijn de positieve resultaten stevig merkbaar. De hoeveelheid verkeer op de weg is met 10 procent afgenomen. Hoe is dat gelukt?
•    Werknemers van aangesloten bedrijven kunnen 5 euro per dag verdienen als ze de spits mijden en bijvoorbeeld gebruik maken van collectief bedrijfsvervoer. Gemiddeld doen elke werkdag zo’n 700 automobilisten mee. Dat scheelt 7 procent verkeer in de ochtendspits. Meer dan we hadden verwacht.
•    Een andere mogelijkheid voor werknemers is: subsidie aanvragen voor een scooter of een elektrische fiets. Dat scheelt nog eens 3 procent in de ochtendspits. Er zijn zelfs bedrijven (Keppel Verolme) waar inmiddels een derde van de werknemers met een tweewieler naar het werk gaat.

Veel werkgevers (ik noem bijvoorbeeld ECT) denken en doen goed mee om de bereikbaarheid in deze regio te verbeteren. Anderen kijken de kat nog een beetje uit de boom. Tegen hen wil ik zeggen: blijf niet alleen mopperen over files. Kom óók samen met ons in actie.
Er is echt nog veel meer mogelijk als we de handen ineen slaan.

We moeten duurzaam denken. Het beter benutten van de schaarse ruimte en capaciteit is daarbij dringend nodig. Op de weg, op het land en op het water.

In dit opzicht kan ik u nog iets melden. Op dit moment gelden er bepaalde normen voor de afstand die schepen moeten bewaren ten opzichte van afgemeerde schepen langs de kade.

Het loont de moeite te bekijken of het mogelijk is op een veilige manier op kortere afstand van elkaar te varen.
Zo zouden we de kostbare ruimte beter kunnen benutten en kennis kunnen opdoen die ook internationaal van pas komt.

Daarnaast is het belangrijk dat we de kansen van vloeibaar aardgas als brandstof voor de binnenvaart vergroten. LNG is schoner en stiller dan diesel. Voldoende veilige vulpunten zijn dan natuurlijk wel een voorwaarde.

Op beide terreinen – betere benutting van het havenbekken en vloeibaar aardgas – werkt de haven van Rotterdam samen met het bedrijfsleven aan oplossingen.
Ik ben bereid deze initiatieven te ondersteunen in het kader van het ZeehavenInnovatieProject. Daarvoor stel ik zo’n 0,7 miljoen euro beschikbaar. 

Dames en heren, voor een gast tijdens uw nieuwjaarsbijeenkomst ben ik best lang aan het woord geweest.
Vergeeft u mij. Dat komt ook omdat ik enthousiast ben over wat er gebeurt in de Rotterdamse haven, en stevige ambities heb om de positie van Rotterdam samen met u verder uit te bouwen.

Zoals ik al zei: u bent de sleepboot van de Nederlandse economie.
Een behouden vaart voor u allemaal in 2011!

Dank u wel.