Verbreding A12 Utrecht-Veenendaal

Speech van de minister van Infrastructuur en Milieu, Melanie Schultz van Haegen, starthandeling verbreding A12 Utrecht Lunetten-Veenendaal, maandag 31 januari 2011, Driebergen.

Dames en heren,

De A12 heeft een lange staat van dienst.
De oudste snelweg van Nederland.
Daterend uit de jaren dertig, toen het eerste stuk van Den Haag tot Utrecht werd aangelegd.
Na de oorlog werd de weg telkens een stukje verlengd naar het oosten.
Het is bij mijn weten ook de eerste snelweg ter wereld die voorzien is van vluchtstroken.

Dit is dus een bijzondere weg in de geschiedenis van de Nederlandse mobiliteit.

Het is ook een bijzondere weg als je ‘m bekijkt in zijn ruimtelijke omgeving.

Vanaf Utrecht kom je eerst door het gebied van de Kromme Rijn.
Vervolgens door de Utrechtse Heuvelrug (daar zitten we hier in Driebergen middenin).
En verderop volgt de Gelderse Vallei.

De A12 loopt door bijzonder gebied en is tegelijkertijd broodnodig voor onze economie.
Het is dé Oost-West-route van Nederland.
Een van de belangrijkste verbindingen met onze grootste handelspartner Duitsland.

Een verbinding die ernstig hapert, want een aantal delen van de A12 scoort hoog in de file top vijftig. Bijvoorbeeld het stuk Utrecht-Bunnik.
Dat levert overlast op voor de mensen in de buurt. Sluipverkeer, luchtvervuiling en extra lawaai.

Heel veel belangen komen hier dus samen.
De belangen van de omgeving en de mensen die hier wonen.
De belangen van natuur en landschap.
De belangen van de automobilist.
En van ons bedrijfsleven.

Ik ben trots dat we vandaag hier aan de oostkant van Utrecht concreet aan de slag gaan om de A12 beter te maken.
Sneller, stiller en veiliger over een afstand van bijna dertig kilometer.
Terdege rekening houdend met alle belangen die hier spelen.
Het gaat om vier projecten die in elkaars verlengde liggen, Van Utrecht Lunetten tot aan Veenendaal. We pakken die in samenhang aan.

Wat gaat er gebeuren?

Allereerst gaan we zorgen dat het verkeer weer kan doorstromen.
Er komen rij- en spitsstroken bij.
Het resultaat is dat er straks in de spits van Utrecht tot aan Driebergen vier rijstroken beschikbaar zijn en van Driebergen tot Veenendaal drie.

Die verbreding levert forse extra capaciteit op.
Concreet kunnen er straks per uur anderhalf keer zoveel voertuigen over de weg rijden als nu, zonder dat de zaak vastloopt.
Tussen Driebergen en Bunnik zelfs twee keer zoveel.

Dat levert tijdwinst op voor automobilisten en ondernemers.
Maar ook de omgeving heeft er baat bij.
Minder uitstoot van auto’s in de file.
Minder sluipverkeer over de regionale wegen.
Minder lawaai. Om het geluid te verminderen leggen we over bijna het gehele traject een tweede laag stil asfalt aan.

Doorstroming is een belangrijk doel.
Maar even belangrijk is dat we de kans benutten om deze verbinding zo goed mogelijk in te passen in zijn omgeving.
Met oog voor het landschap en de natuur.

Daarom combineren we de verbreding van de weg met meer dan 25 eco-voorzieningen: ecoducten, faunapassages en wildtunnels. Daarmee doen we iets tegen de versnippering van het landschap.

Zo maken we iets verderop een ecoduct van ruim 50 meter breed over de weg en het spoor. Dat ecoduct (het Mollebos) gaat deel uitmaken van de Ecologische Hoofdstructuur.
Goed voor reeën en andere dieren, maar ook een schaapherder met zijn kudde kan er gebruik van maken.

We gaan ook speciale verlichting aanbrengen, zodat er minder licht lekt naar de omgeving. Dat doen we om zo min mogelijk inbreuk te maken op landschap en natuur.

Goed dat Marco Glastra van Stichting het Utrechts Landschap bij ons is vandaag.
Marco, je hebt in de aanloop van dit project veel contact gehad met RWS.

Ik begrijp heel goed dat het voor een organisatie als het Utrechts Landschap niet vanzelf spreekt om mee te denken over een weg. Niet alles wat wenselijk is, is ook haalbaar.
Des te meer waardering heb ik voor de constructief-kritische inbreng van jou en je collega’s. Samen met jullie hebben we denk ik een goed resultaat geboekt. Ik ben benieuwd hoe jouw kijk op de zaken is. Straks zul je die met ons delen.

We praten nu over het resultaat van dit project.
Maar ik wil ook nog iets zeggen over de route daar naartoe.

Volgens onze oorspronkelijke planning zouden de eerste auto’s eind 2014 over de verbrede weg kunnen rijden.
Ik moet u melden dat we die planning niet gaan halen.
Het wordt begin 2013.
Bijna twee jaar eerder dan verwacht.

Ik ben er trots op dat we met de aannemer - Poort van Bunnik - een uitgekiend contract hebben kunnen sluiten. Een contract waarbij we optimaal gebruik maken van de expertise uit de markt om deze klus snel, goed en duurzaam uit te voeren.
In totaal is met dat contract 260 miljoen euro gemoeid.

We denken daarbij vanuit de totale levenscyclus van de weg. Dus inclusief het onderhoud dat in de komende decennia nodig zal zijn.
Daardoor is de belastingbetaler uiteindelijk beter en goedkoper uit.

En ook de omgeving en het milieu zijn erbij gebaat. Het werk wordt uitgevoerd op een manier die zo min mogelijk milieubelasting oplevert.
•    Zand wordt zoveel mogelijk per schip aangevoerd;
•    Oud asfalt en betonpuin worden hergebruikt;
•    Funderingen worden met zo weinig mogelijk lawaai aangebracht: schroeven en trillen in plaats van heien.
Met de vier projecten tussen Utrecht en Veenendaal die vandaag in één keer van start gaan, staat onze teller op 24 gestarte spoedprojecten.
Nog zes te gaan.

Ik wil iedereen die hard gewerkt heeft om alles in gereedheid te brengen van harte bedanken. De aannemer wens ik heel veel succes. U kunt nu ‘los’.

Over twee jaar ligt hier een mooiere, bredere weg, ontworpen met respect voor het landschap en de natuur. Een verrijking voor dit prachtige deel van Nederland.