Vereenvoudiging ri&e-regels voor kleine bedrijven

Op 1 april veranderen de regels in de Arbowet voor de risico-inventarisatie en –evaluatie (ri&e) die een werkgever moet opstellen. De wijzigingen zijn van toepassing op werkgevers met ten hoogste 25 werknemers. Het wordt voor hen gemakkelijker en goedkoper om aan de ri&e-verplichting te voldoen. Het is voor deze groep bedrijven niet meer verplicht deskundige hulp in te schakelen bij het laten toetsen van hun ri&e, mits zij gebruik maken van een ri&e-instrument dat voor hun branche is opgesteld.

Een ri&e levert een belangrijke bijdrage aan goede arbeidsomstandigheden in een onderneming. In de ri&e legt de werkgever vast welke risico’s werk oplevert voor zijn werknemers. In een plan van aanpak, dat deel uitmaakt van de ri&e, beschrijft de werkgever welke maatregelen hij neemt om deze risico’s te minimaliseren.

Het opstellen van een ri&e is een wettelijke verplichting. Het resultaat moet worden getoetst door een arbokerndeskundige. Vanaf 1 april geldt deze verplichting echter niet meer voor bedrijven met ten hoogste 25 werknemers. Zij hoeven geen deskundige hulp meer in te schakelen bij het laten toetsen van hun ri&e, op voorwaarde dat zij gebruik maken van een ri&e-instrument dat is aangemeld bij de Stichting van de Arbeid. Dat betekent dat zij minder kosten hoeven te maken.

Ook moeten werkgevers vanaf 1 april werknemers de mogelijkheid bieden om de ri&e van het bedrijf in te zien. Branches hebben de afgelopen jaren, met betrokkenheid van arbodeskundigen, ri&e-instrumenten ontwikkeld waar kleine bedrijven gebruik van kunnen maken. Via het Steunpunt RI&E-instrumenten op www.rie.nl zijn deze instrumenten beschikbaar. Met deze vereenvoudiging van wetgeving wordt een betere naleving van de ri&e-verplichting beoogd en besparen bedrijven met ten hoogste 25 werknemers administratieve lasten.