Zijlstra: krachtige maatregelen hoger beroepsonderwijs

Het stelsel dat de kwaliteit van en het toezicht op het hbo regelt heeft niet gewerkt zoals het zou moeten. Sommige instellingen hebben laten zien dat ze de grote mate van vrijheid die het stelsel ze biedt niet aankunnen. Staatssecretaris Zijlstra accepteert dit niet en grijpt hard in, laat hij weten in zijn reactie op de rapporten van de Inspectie van het Onderwijs over de alternatieve afstudeertrajecten.

Krachtig ingrijpen is nodig om het vertrouwen in het functioneren van het stelsel te herstellen, aldus Zijlstra in de reactie die hij naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Hij heeft daarbij vooral het belang van de studenten voor ogen – zowel zij die al zijn afgestudeerd als de toekomstige studenten. ,,Het zou onverteerbaar zijn als studenten de dupe worden van de situatie die nu is ontstaan. Daarom moeten we nu stevig optreden en schoon schip maken. De waarde van diploma’s moet boven alle twijfel verheven zijn.’’

InHolland

Naast de maatregelen die Zijlstra eerder al aankondigde, zoals een boete voor Inholland voor de onrechtmatig verstrekte diploma’s en de aankondiging dat hij een begin maakt met de procedure voor intrekking van de accreditatie van vier zeer zwakke opleidingen bij Inholland, komt hij nu met een pakket aan ingrepen in het stelsel. De meest in het oog springende maatregelen zijn landelijke toetsen voor zogeheten kernvakken en alle docenten in het hbo minimaal een mastergraad.

Stelsel

Met de landelijke toetsen introduceert Zijlstra een kwaliteitsminimum in het hbo. Dat begint ermee dat voor elke opleiding wordt vastgelegd wat een student minimaal moet weten. Om een voorbeeld te geven: de basisprincipes van de economie zijn algemeen geldend, of een student nu bedrijfseconomie doet of een marketingopleiding. Dus kunnen studenten van al die opleidingen dezelfde landelijke toets voor het kernvak economie maken. Zijlstra trekt hier 8 miljoen euro voor uit.

Goed onderwijs begint bij de docenten. Zijlstra vindt dan ook dat alle docenten in het hbo een hogere opleiding moeten hebben dan degenen aan wie zij lesgeven – minimaal een mastergraad dus. Daarnaast kondigt Zijlstra een reeks maatregelen aan om de controle op de kwaliteit van het onderwijs te verscherpen: zo gaan visitatiepanels weer in de klas kijken hoe er wordt gedoceerd, worden managers met een financiële taak geweerd uit examencommissies en verliest de instelling het recht om leden in het visitatiepanel te benoemen.

Toezicht

Het sluitstuk van het pakket maatregelen is de rol die de Inspectie van het Onderwijs krijgt. Waar de NVAO eens in de zes jaar een instelling en een opleiding accrediteert, gaat de inspectie in de tussenliggende periode toezicht houden op de kwaliteit van het onderwijs. Concreet houdt deze nieuwe vorm van toezicht in dat de inspectie continu risicofactoren in de gaten houdt, zoals onderwijsrendement, tevredenheid van studenten en medewerkers, omvang en spreiding van opleidingen over vestigingen, de ‘leeftijd’ van opleidingen en schommelingen in studentenaantallen en rendementen. Gebeurt hier iets opvallends, dan kan de inspectie besluiten om op locatie onderzoek in te stellen.