Persconferentie minister-president na ministerraad 16 september 2011

Letterlijke tekst van de persconferentie van minister-president Rutte na afloop van de ministerraad op 16 september 2011.

MINISTER-PRESIDENT RUTTE:
Goedemiddag. Vandaag op de agenda veel onderwerpen op het terrein van veiligheid en immigratie. Onder het motie van het kabinet ‘grenzen stellen, grenzen handhaven’, hebben we eigenlijk het grootste deel van de agenda daarvoor ingeruimd, op het gebied van veiligheid, asiel, immigratie. Om ons land veiliger te maken, komen we met een heel pakket aan maatregelen op het terrein bijvoorbeeld van het invoeren van minimumstraffen, het steviger aanpakken van identiteitsfraude, een verbod op gelaatsbedekkende kleding. Op deze manier willen we ook echt invulling geven aan de belangrijke aspecten van het veiligheidsbeleid van het kabinet. Dat doen we ook op het gebied van immigratie en asiel. We komen vandaag met vijf wijzigingsvoorstellen die het vreemdelingenbesluit actualiseren en ook in belangrijke mate aanscherpen. Natuurlijk blijven we als Nederland vluchtelingen opvangen die terecht een beroep doen op onze bescherming, maar helaas, er wordt ook misbruik gemaakt van onze gastvrijheid. Dat moeten we hard aanpakken. We treden harder op tegen criminele vreemdelingen en illegaal verblijf in Nederland wordt strafbaar. Wie zich niet houdt aan onze spelregels is hier niet langer welkom en kan vertrekken. Dat is een duidelijke boodschap in deze maatregelen. Daarnaast gaan we de regels voor gezinsmigratie aanscherpen. Alleen het kerngezin, dus de partner en de minderjarige kinderen komen nog in aanmerking voor gezinsmigratie. Nou, daarmee zetten we eigenlijk in gang een heel belangrijk deel van alle aangekondigde maatregelen uit het regeer- en gedoogakkoord waar het gaat om het migratie- en asielbeleid. Op deze manier denken wij een selectiever en restrictiever beleid ten aanzien van immigratie, asiel en illegaliteit. Ten slotte scherpen we ook de vereisten aan voor wat betreft naturalisatie, ook dat is een belangrijke afspraak uit het regeer- en gedoogakkoord. Personen moeten laten zien dat ze het Nederlanderschap waard zijn en waar mogelijk afstand doen van de andere nationaliteit. Hiermee wordt verkrijging van het Nederlanderschap weer wat het moet zijn: de bekroning van een geslaagde deelname aan de Nederlandse samenleving. Vanochtend, heel vroeg vanochtend, diep vannacht, diep in de avond, is een belangrijke stap gezet op het terrein van de pensioenen. De Tweede Kamer schaarde zich in ruime meerderheid achter het pensioenakkoord dat sociale partners en het kabinet in juni hebben ondertekend. Ik ben oprecht blij dat het akkoord er nu ook is en dat er ook in de Kamer steun voor is. We moeten wel onder ogen zien dat er natuurlijk belangrijke verschillen bestonden aan de ene kant tussen het kabinet en de werknemersbonden, en aan de andere kant tussen het kabinet en een aantal politieke fracties in de Tweede Kamer. Dat hoort ook bij een minderheidskabinet en dan kan je ervoor kiezen om met de rug naar elkaar te blijven staan, of je kunt proberen in het belang van Nederland er toch uit te komen. Gisteravond is dat gelukt en ook op een aantal belangrijke onderdelen hebben we elkaar de hand gereikt, is er constructief samengewerkt en daarmee heeft uiteindelijk ook de PvdA ja gezegd tegen het pensioenakkoord zoals het er ligt, met alle aanpassingen die juist ook door de PvdA zijn bereikt. Ik moet zeggen dat Kamp, minister Kamp zich tot het uiterste heeft ingespannen om dat resultaat te bereiken, hij heeft er verschrikkelijk hard aan getrokken. Dat heeft hij gedaan met heel veel andere mensen, bijvoorbeeld de voorzitters van de bonden en de werkgevers organisaties, ook moet ik zeggen met een aantal grote fracties en kleinere fracties, ook dus de PvdA. Dit is goed voor Nederland. De urgentie om de oudedagsvoorziening toekomstbestendig te maken, om ons pensioenstelsel toekomstbestendig te maken valt niet te onderschatten. Tegelijkertijd valt niet te onderschatten het belang van een goed functionerend overleg tussen kabinet, Tweede Kamer en sociale partners. Het woord waar het om het pensioenakkoord gaat is nu zoals u weet aan de federatieraad van de FNV, en we wachten de conclusies daar af.

WESTER:
Meneer Rutte, het stof is een beetje neergedaald als het gaat om de Miljoenennota die gisteren is uitgelekt. Hoe beoordeelt u de eerste reacties?

RUTTE:
Zoals u weet ga ik daar niet op in. Het kabinet heeft een afspraak gemaakt met de voorzitter, ikzelf, met de voorzitter van de Tweede Kamer. Ik namens het kabinet, de voorzitter van de Tweede Kamer namens de fracties, om de motie Van Gent uit te voeren, dus de stukken openbaar te maken…

WESTER:
Dat is gelukt.

RUTTE:
Dat is gelukt, iets te vroeg vervelend genoeg, maar goed anders was dat vandaag gebeurd. De afspraak was de stukken openbaar maken, dan zouden we vervolgens allen onze mond houden. De voorzitters van de fracties doen dat niet, het kabinet doet dat wel dus ik kan op die vraag niet ingaan. Dat betekent dat we volgend jaar op dinsdag de stukken openbaar maken.

WESTER:
Maar als je kijkt naar het beeld dat ontstaan is, hoe zou u willen omschrijven dat Nederland ervoor staat op dit moment?

RUTTE:
U stelt die vraag in de context van de stukken rondom Prinsjesdag en dus ingaan op die vraag, dan ga ik toch in op de stukken van Prinsjesdag en daarmee zou ik de afspraak schenden die we gemaakt hebben.

WESTER:
Geert Wilders heeft gezegd dat 2012 het jaar van de waarheid wordt en dat hij dan ook moet bezien of verdere samenwerking met u en het CDA nog zinvol voor hem is. Schrikt u daarvan?

RUTTE:
Nee, ik denk dat dat voor ons allemaal geldt. Elk jaar is het jaar van de waarheid en je moet altijd met elkaar kijken of zo’n samenwerking - die uitstekend verloopt op dit moment - of die ook in de toekomst uitstekend blijft verlopen. Ik heb geen enkele aanleiding om aan te nemen dat dat niet zo is. Maar het is altijd verstandig om je regelmatig af te vragen of het nog steeds goed gaat en op dit moment gaat het uitstekend.

WESTER:
Als u met een extra pakket aan bezuinigingen moet komen waar u met minister Verhagen al op gespeculeerd hebt, dan zegt Wilders: dat moet ik nog even zien.

RUTTE:
Ja, ten aanzien van wel of geen extra bezuinigingen verwijs ik naar de stukken waar ik verder geen commentaar op kan leveren tot dinsdag. En waar het in algemene zin gaat om de begrotingsregels daar heb ik twee weken geleden een heel college over gegeven hier, die staan ook keurig in het gedoogakkoord en die veronderstel dus nu voor bekend.

VAN DER HEYDE:
Aansluitend meneer Rutte, het lijkt wel of meneer Wilders zich nu toch een beetje distantieert alsof hij eventjes toch niets te maken wil hebben met die Miljoenennota. Ergert u zich daar niet een beetje aan?

RUTTE:
Kijk de heer Wilders kiest zijn woorden, maar de samenwerking verloopt goed, de afspraken worden over en weer goed uitgevoerd en zo werkt dat. En verder kiest iedereen natuurlijk toon en zijn woorden en ja, ik ben niet verantwoordelijk voor welke woorden hij kiest, maar ik vind dat de samenwerking prima verloopt.

VAN DER HEYDE:
Hij heeft het dus zelf over een verstandshuwelijk, minister Verhagen heeft het over een latrelatie. Hoe zou u de relatie willen omschrijven?

RUTTE:
Goede samenwerking, tussen de drie partijen. Ja.

BREEDVELD:
Als ik daar even op in mag haken, ieder jaar is het jaar van de waarheid maar Wilders zegt dat wel met een andere context. Dat ging natuurlijk over Europa, vooral over Europa en mogelijk extra bezuinigingen waar vooralsnog helemaal geen sprake van is. Dat Europa, in hoeverre voorziet u een probleem als het gaat om de samenwerking met gedoogpartner PVV?

RUTTE:
In algemene zin over Europa hebben we die debatten allemaal gevoerd, en daar hebben we geen afspraken over, dus daar hebben we geen samenwerking met de gedoogpartner.

BREEDVELD:
Maar Wilders heeft daar wel heel duidelijk een bandbreedte aangegeven als het gaat om het afdragen van autonomie zegt hij: dat is voor ons een brug te ver.

RUTTE:
Daar vaart het kabinet op de motie Slob in de Tweede Kamer die daar volstrekt duidelijk over is en volgens mij ook iets zegt over al of niet overdracht van soevereiniteit. Dus dat is allemaal tot je dienst. En waar het gaat om die begrotingsregels, daar hebben we met zijn drieën voor getekend en die staan in de stukken. En daar heb ik zoals ik net tegen de heer Wester zei een paar weken geleden nog uitvoerig college over gegeven.

BREEDVELD:
Toch zijn de woorden van Wilders verregaander dan wat u nu schetst. Hij zegt: het is ons doel - net als uw doel - om het kabinet de rit uit te laten zitten…

RUTTE:
Ja, daar zijn we het volledig over eens.

BREEDVELD:
Maar niet tegen elke prijs zegt hij.

RUTTE:
En daar zijn we het ook volledig over eens.

BREEDVELD:
Hij doelt dan met name ook op Europa, dat dan toch werkt als een splijtzwam in de samenwerking.

RUTTE:
Ik zou zeggen: die splijtzwam is zo groot en zichtbaar voor iedereen, want daar zijn we het namelijk niet over eens. Maar daar hebben we ook geen samenwerking op, op Europa, dus ik zie het probleem niet.

BREEDVELD:
Ondanks het gebrek aan afspraken hierover als het gaat om de samenwerking, zegt hij toch: er kan ook wel eens een einde aan die samenwerking komen als het kabinet te ver richting wat hij noemt een eurofiele politiek gaat.

RUTTE:
Ja het is allemaal als-dat-scenario’s. Dit is een kabinet wat als het om Europa gaat een hele pragmatische koers vaart. Europa is wat ons betreft in de eerste plaats gezamenlijk met zijn allen heel veel geld verdienen, heel veel welvaart creëren. En ook een Europa wat zich aan de afspraken houdt, ook daar is het grenzen stellen, grenzen handhaven. Dat zijn de voorstellen die wij vorige week gedaan hebben - die goed gevallen zijn in Europa en op heel veel plekken ook weerklank vinden - namelijk afspraken om de handhaving van het Stabiliteits- en Groeipact stevig ter hand te nemen. Dat is een verzoek van de Kamer ook geweest, breed tot en met PVV gedragen, dat verzoek van SP tot en met PVV hebben wij ingevuld. Verder als het om Europa gaat, voor de heer Wilders gaat de buitenlandse politiek niet verder dan Vlaanderen en Israel, dus over Europa kom je met hem niet veel verder dan Antwerpen.

BREEDVELD:
Toch heeft hij oprecht zorgen als het gaat om de koers van het kabinet. U zegt ik herken dat niet?

RUTTE:
Dat zorgen die zelfs meneer Roemer heeft, maar ik heb met meneer Roemer ook geen afspraken over Europa, dus ik vind het niet zo interessant.

BREEDVELD:
Hij geeft daar ook een grens bij aan, we werken politiek samen, ook al hebben we hier geen afspraken over gemaakt, maar toch, als het kabinet te ver afdrijft van mij dan heeft het kabinet een probleem.

RUTTE:
Ik heb die afspraken niet gezien, en voor zover hij bedoelt de mate waarin je soevereiniteit overdraagt, ik heb al gewezen op de motie Slob die is voor ons een richtsnoer voor ons Europees beleid, een motie die ons aanspreekt, die ook CDA en VVD hebben getoond. Die motie zegt: je moet niet doorgaan met soevereiniteit overdragen, dat steun ik. Tegelijkertijd zeggen we ook met zijn allen, je moet er wel voor zorgen dat je dat europact handhaaft. Daar hebben we al soevereiniteit overgedragen, alleen hebben we nooit die afspraken ingevuld. Wat wij gedaan hebben vorige week is een aantal voorstellen gedaan die er in voorzien dat die dat deel wat niet ingevuld is, die afspraken om dat Stabiliteits- en Groeipact te handhaven, om die afspraken ook uit te voeren. Dat is volgens mij Kamerbreed gesteund. Inclusief de PVV

HOEDEMAN:
Meneer Rutte, u laat zich graag voorstaan op open en direct communiceren. Nou verschijnt het belangrijkste beleidsdocument van dit kabinet en u loopt vijf dagen met meel in de mond rond. Kunt u dat uitleggen aan buitenlandse ambtgenoten en vindt u dat nou echt handig geregeld?

RUTTE:
Kijk, er is een motie van de Kamer, de motie Van Gent, en die motie zegt: die embargoregelingen hebben we nou jaren lang mee geëxperimenteerd, die werken niet. Dus toen ik begon hebben Gerdi Verbeet de Kamervoorzitter en ikzelf tegen elkaar gezegd: het is nu een aantal jaren geprobeerd met de beste bedoelingen maar die mislukten allemaal, die embargoregelingen, dus dat doen we niet meer. Dan zijn er twee smaken. Dan is de volwassen optie je doet het op vrijdag of er is de optie van dinsdag. Op vrijdag werkt alleen als dan ook kabinet en Kamer zeer terughoudend zijn en alle ruimte laten aan maatschappelijke organisaties om te reageren, zodat die reacties onderdeel zijn van het debat over de Algemene Politieke Beschouwingen. Nu reageerden fractievoorzitters toch, en ik heb daar verder, ik vind het jammer, maar aan de andere kant, dat is hun goed recht. Die afspraak is natuurlijk voor mij makkelijker te handhaven in het kabinet dan voor mevrouw Verbeet in de Tweede Kamer. Want die verhouding tussen haar en fractievoorzitters is een andere dan tussen mij en mijn collega’s in het kabinet. Wij houden ons wel aan de afspraak, maar wij hebben gezegd dat betekent volgend jaar dat alles op dinsdag komt. En dat betekent waarschijnlijk dat de Kamer zal zeggen: dan kun je niet zo snel een Algemene Beschouwingen doen op woensdag, wat misschien ook weer in een aantal fracties jammer wordt gevonden. Maar goed daar ga ik dan niet over. Ik ga over de publicatie van de stukken en volgens jaar zullen ze dan op dinsdag komen.

SOMMER:
Nog een vraag over de pensioenen. U was daar gisteravond bij, wat zijn nu precies de concessies die zijn gedaan aan de PvdA en dreigt door die concessies niet uiteindelijk een regeling te ontstaan waar iedereen uiteindelijk gewoon met 65 met pensioen kan gaan?

RUTTE:
De belangrijkste concessie gisteravond aan de PvdA heeft te maken met mensen met een lager inkomen die hun hele leven hard gewerkt hebben. Die hele specifieke groep, daarvan heeft Henk Kamp toegezegd aan de PvdA dan ga ik zoeken, ga ik regelen dat voor die groep het ook mogelijk wordt als daar de pensioenleeftijd naar 67 gaat in 2025, dat ook voor die groep het mogelijk is om met een beperkte korting toch eerder te stoppen. Dus dat is een kleine groep.

SOMMER:
[onverstaanbaar, red]

RUTTE:
Ja dat moet dus nog allemaal precies bekeken worden, maar het feit is wel dat de houdbaarheidswinst van het pensioenakkoord een veel grotere is dan de houdbaarheidswinst van het oorspronkelijke gedoogakkoordstuk. Dus er zit een enorme ruimte in. Een stukje daarvan hebben we gisteravond moeten weggeven als een concessie aan de PvdA. Dat gaan we dus helemaal uitwerken. Maar de grote kracht van het pensioenakkoord zit hem erin dat de pensioenfondsen dus dadelijk echt meteen al kunnen gaan rekenen, niet met de pensioenleeftijd van 65 maar van 67 en daarna zelfs leeftijdvolgend. Tegelijkertijd hebben we nu geregeld met zijn allen in Nederland dat als het economisch slecht gaat, of economisch heel goed gaat, dat dan niet plotseling die pensioenpremies de andere kant op bewegen waardoor bijvoorbeeld bij een economische teruggang je te maken hebt met ineens veel hogere pensioenpremies. Ik heb dat zelf meegemaakt in 2002 toen ik staatssecretaris was en verantwoordelijk voor de pensioenen, dat je dan ineens ziet er is een economische dip. En vervolgens kwamen de pensioenfondsen in de problemen, die moeten dan de premies verhogen en het effect is dat dat weer negatief uitwerkt op de economie. Dus die premiestabiliteit is van enorm groot belang.

SOMMER:
Nog even terug naar die groep, die gesteund wordt hè en die zware beroepen die toch met 65 kunnen…

RUTTE:
Nee, het zijn mensen met een laag inkomen die hun hele leven hard gewerkt hebben, dat is ook gedaan omdat je ook moet concluderen uit de eerdere discussie dat, ja, sommigen vinden dat u een zwaar beroep hebt, sommigen vinden van mij dat ik een zwaar beroep heb, we vinden waarschijnlijk allebei dat de stratenmaker een zwaar beroep heeft, maar het precies omschrijven van die groep blijkt lastig. (onverstaanbaar, red) zijn we het er snel over eens dat dat niet zo is, maar voor de rest wordt dat dan ingewikkeld.

SOMMER:
Tot welk inkomen is dat lage inkomen?

RUTTE:
Nee, dat moet dus verder worden uitgewerkt, dit is gisterenavond laat een concessie aan de Partij van de Arbeid en Henk Kamp heeft in het debat gezegd dat ga ik nu verder uitwerken in een brief aan de Kamer in de komende maanden. Dat is waar wij goed contact over houden met de Partij van de Arbeid en die concessie, die afspraak wordt gestand gehouden (slecht verstaanbaar, red.)

SOMMER:
Maar betekent dat dat de Partij van de Arbeid in zee kan zijn gegaan met een oplossing die een enorm open eind heeft, want het is niet duidelijk hoeveel het gaat kosten en niet duidelijk welke groep (onverstaanbaar, red.)?

RUTTE:
Nee, maar wat betreft de kosten, ik ga daar nu niet openlijk over speculeren, maar we kennen de brandbreedtes daarvan en die zijn acceptabel en dat vreet een stukje weg van de houdbaarheidswinst van het Pensioenakkoord ten opzichte van het oorspronkelijke kabinetsvoorstel, maar er is nog steeds een enorme extra houdbaarheidswinst op langere termijn vanwege het pensioenakkoord. Maar nogmaals, een stukje daarvan zit nu in deze concessie, dat moet je gewoon erkennen. En verder zal Henk Kamp het uitwerken, samen met de Partij van de Arbeid en die partij zal echt op deze afspraak, zal echt…

SOMMER:
(slecht verstaanbaar, red.) moet ik dan denken aan 50 miljoen of 100?

RUTTE:
Ik ga over die bandbreedtes niets zeggen omdat ik echt nu wil dat Henk Kamp ook even de tijd heeft, in nauw overleg natuurlijk met betrokkenen, om dat verder uit te werken. Maar wij kennen ongeveer de bandbreedtes daarvan.

WESTER:
Meneer Rutte, u moet gezien de samenstelling van het kabinet regelmatig nu zaken doen met de oppositie, zoals gisteren ook weer. Destijds bij de missie Kunduz zei u dat door de inbreng van GroenLinks de missie beter was geworden. Zegt u nu door de inbreng van de Partij van de Arbeid dat de uitwerking van het Pensioenakkoord beter is geworden?

RUTTE:
Dan moet ik het allemaal nog eens een keer op de tong proeven en op de hand wegen. Het is er in ieder geval niet slechter van geworden, het heeft in ieder geval gezorgd voor een groter draagvlak. Er lag een pensioenakkoord van sociale partners en kabinet waar wij ons goed in konden vinden. Er zijn daarna al wat concessies gedaan om ervoor te zorgen dat ook een meerderheid, hopen wij, in de FNV, hopelijk een zo groot mogelijke meerderheid in de FNV, ermee kan leven. Gisteren was het van belang om ook te zorgen voor een parlementaire meerderheid. Deze concessies zijn allemaal binnen de rode contouren die nodig zijn om te trekken om te zeggen nou dit is wat wij zeer verdedigbaar achten, er ligt echt een heel goed pensioenakkoord en ook na deze concessies is dat zo. En de grote meerwaarde is dat het draagvlak verruimd is. Ik denk voor de Partij van de Arbeid dat ze zullen zeggen: ja, dit is nu een veel beter pensioenakkoord en voor ons geldt: het is nog steeds een heel goed pensioenakkoord en een breed draagvlak.

WESTER:
De buit is binnen?

RUTTE:
Nou, dat zou nog moeten blijken, of ook de FNV natuurlijk ‘ja’ zegt, dat hoop ik van harte. En dan zou ik niet in die termen willen spreken, maar willen zeggen dat in het belang van Neerland en onze economie en ook het behoud van het goede model in Nederland van overleg tussen sociale partners en kabinet, hier iets heel belangrijks is gebeurd gisteravond.

VAN DER HEYDE:
Meneer Rutte, nog even over het pensioenakkoord. Als ik het goed begrijp dan zit daar weer een verschuiving van geld van mensen die zouden kunnen sparen die een wat hoger inkomen hebben, in generieke mate, moeilijk gezegd, naar mensen met een lager inkomen. En dat bedrag zou oplopen tot bijna een miljard euro, klopt dat?

RUTTE:
Nee, dat klopt niet en het is wel zo dat we om het, want dat hangt ook samen met de precieze vormgeving van de concessie van gisteravond, dus dat kan ik zo niet bevestigen. Wat wel zo is, is dat er natuurlijk in de laatste weken gekeken is, hoe kun je ook dat draagvlak krijgen bij de achterban van de FNV en bij de Partij van de Arbeid en dan moet je bepaalde concessies doen, die ik zeer verdedigbaar vind en die ervoor zorgen dat er, ja, een breed draagvlak is.

VAN DER HEYDE:
Maar u  bent eigenlijk voortdurend aan het nivelleren op deze manier.

RUTTE:
Nou, dat valt hele erg mee en ik ga nu verder niet in op het koopkrachtbeeld, want dan zou ik iets zeggen over de Prinsjesdagstukken, maar in algemene zin geldt voor dit kabinet dat wij natuurlijk hele moeilijke maatregelen nemen die, als je als overheid maatregelen neemt, vooral ook die mensen raken met een lager inkomen, omdat daar de meeste overdracht naartoe plaatsvindt. Als de overheid iets doet gaat dat vaak ook naar mensen die er zwak voorstaan, in de sfeer van een uitkering, omdat ze ziek zijn, in de sfeer van bepaalde bijdragen die daarmee te maken hebben. Als je daar op in moet grijpen heeft dat altijd daar effecten. Maar ik vind het ook zeer verdedigbaar dat je vervolgens probeert om die effecten enigszins solidair in de samenleving te spreiden. Dus in algemene zin, ik (onverstaanbaar, red) wat het kabinet voorstaat, in deze sfeer, daar kan ik geen commentaar op geven.

VAN DER HEYDE:
Maar tot slot, mijn beeld gisteren was dat het kabinet bereid was om alles toe te zeggen aan de Partij van de Arbeid om dit voor elkaar te krijgen.

RUTTE:
Nee, dat is echt niet zo. Nee, hoor, ik moet zeggen er is heel stevig onderhandeld een aantal dagen lang, door Henk Kamp met de Partij van de Arbeid, ik heb daar af en toe een klein stukje van mogen meemaken, nou dat ging er af en toe stevig aan toe, maar ook respectvol over en weer. Omdat het kabinet precies weet waar onze maximale rek zit, daar zijn we ook niet overheen gegaan, maar de Partij van de Arbeid heeft wel die maximale rek proberen te zoeken en is daar een heel eind in gekomen en dat heeft uiteindelijk geleid tot een breed draagvlak en dat vind ik van grote waarde. Het is een minderheidskabinet, dus wij kunnen wel sterven in de schoonheid van ons eigen gelijk, maar uiteindelijk moet je ook ervoor zorgen dat je draagvlak krijgt en dat is hier gelukt.

VAN SOEST:
Ergert u zich ook aan de afbeeldingen op de gouden koets?

RUTTE:
Nee, nee, in tegendeel, ik vind hem prachtig de gouden koets.

VAN SOEST:
Het zou ook  niet vervangen moeten worden, het paneeltje?

RUTTE:
Nee.

VAN SOEST:
Zoals sommige partijen in de Tweede Kamer willen.

RUTTE:
Nee, hoor, daar ben ik helemaal niet voor. Het herschrijven van de geschiedenis, door de gouden koets te vernielen, daar ben ik niet voor.

VAN SOEST:
Wat vindt u van het pleidooi?

RUTTE:
Ik vind het bizar, echt bizar.

VAN DER WULP:
Mevrouw Veldhuijzen van Zanten heeft gisteravond in de Kamer toegegeven dat ze op het Plein bijvoorbeeld, haar bezuinigingen op het PGB wat rooskleuriger heeft voorgedaan dan die is; wat vond u van haar optreden gisteravond?

RUTTE:
Ik vond haar optreden heel goed. Het is een staatssecretaris die een ontzettend zware portefeuille heeft, zij komt uit die sector. Ze weet precies waar ze het over heeft. De AWBZ en in dit geval de WMO, het PGB, dat zijn hele moeilijke onderwerpen, waar je heel zorgvuldig moet opereren. Wat zij gisteren gezegd heeft is en ook spijt voor betuigd, is dat haar intenties niet goed zijn begrepen. Ze heeft niet gezegd ik heb daar verkeerde dingen gezegd, ze heeft gezegd: het spijt mij dat mijn intenties niet goed zijn begrepen. En ik vind het ook heel sterk dat ze dat in de Kamer ook gewoon uitspreekt.

VAN DER WULP:
Dat duurde wel eventjes, in het debat hield ze heel lang vol dat ze dat niet had gezegd en uiteindelijk komt ze daar toch op terug, maar dat vindt u een heel goed optreden?

RUTTE:
Ik vond haar optreden heel sterk, omdat u dan wel, we kunnen wel allemaal vanaf de bank daar commentaar op gaan zitten leveren, net zoals bij een voetbalwedstrijd en zeggen daar had je dit of daar had je zo, maar dit is een staatssecretaris die met onwaarschijnlijk veel passie een moeilijk onderwerp probeert te behartigen, zo goed mogelijk  probeert te doen voor de mensen. En ik vind dat daar iemand stond die in alle waardigheid en met alle kennis die portefeuille behartigt. En gewoon eerlijk tegen de Kamer zegt: luister, ik moet vaststellen dat, ja, mijn intenties niet goed begrepen zijn, daarvoor spijt. Nou, dat is ook sterk.

VAN DER WULP:
Kunt u zich dat voorstellen da u bijvoorbeeld onder druk van een joelend Malieveld dingen iets teveel zou toezeggen?

RUTTE:
Ja, maar deze vraag stelt u in de context van het debat van gisterenavond en dat wekt dus de indruk dat ik het met u vraag eens zou zijn en de insinuatie richting mijn collega. En ik deel die insinuatie niet

VAN DER WULP:
Heeft u ook over de PGB’s, heeft u zich ook afgevraagd, misschien ook na gisteravond, van zijn er niet gelegenheden geweest dat u deze bezuinigingen ook te rooskleurig heeft voorgesteld?

RUTTE:
Opnieuw, doet u allerlei insinuaties in uw vraagstelling die ik als ik door de vraag te beantwoorden ga sanctioneren, uw vraag klopt niet, uw insinuaties kloppen niet.

VAN DER WULP:
De PGB-bezuiniging doet pijn bij veel mensen, maar dat is nodig?

RUTTE:
Maar luister, we bezuinigen niet op het PGB, wat we doen is de extra kostenstijgingen tegenhouden. De gezondheidszorg de komende jaren, stijgt in kosten met, toen ik begon was het 45 miljard, aan het eind van deze periode is het 75 miljard. In deze kabinetsperiode komt er zo’n beetje 15 miljard bij. Wat we  nu gezegd hebben is: wat daar nog weer aan overschrijdingen bovenop komt, dat moeten we terugschroeven, En dat vraagt af en toe ook dat je ingrepen doet en dat vraagt ook dat je heel fundamenteel kijkt naar regelingen en bijvoorbeeld bij het PGB zegt: die was altijd bedoeld voor de mensen die anders in een verpleeghuis zouden komen en dat niet willen. Nou, voor die doelgroep blijft het PGB overeind en voor de andere groepen zoeken we naar goede oplossingen. En dat is verstandige politiek omdat je uiteindelijk solidariteit in de samenleving, waarbij gezonde mensen bereid zijn oplopend tot wel 4000 à 5000 euro netto per jaar op een modaal inkomen aan zorgpremie, AWBZ, wat via de werkgever afdraagt voor de zorg, bij te dragen aan mensen die niet gezond zijn, dat is solidariteit. Je kunt dat niet blijven oprekken door maar die zorgkosten eindeloos te laten stijgen en ze stijgen al in deze periode met 15 miljard, dus dit moet gewoon gebeuren. Er wordt niet op bezuinigd, we zorgen ervoor dat de overschrijdingen worden teruggedraaid.

JULIUS:
Meneer Rutte, er is een, de vraag is teveel aan onnodige regels. U kent misschien het boek  ‘De ontregelde samenleving’?

RUTTE:
Dat is niet van mijn partij.

JULIUS:
Nee, dat begrijp ik, daarom vraag ik juist, een wetenschappelijk instituut, dat kent u natuurlijk wel, dat heeft u ook, van het CDA en de professor kent u natuurlijk wel, Gradus en (onverstaanbaar, red.)

RUTTE:
Ja.

JULIUS:
Ik wou weten, heeft u het boek gelezen? Steunt u het CDA hierin? Een goede vraag vind ik, zou u die willen beantwoorden?

(…)
(Vanaf 15.40.30 uur slechte geluidskwaliteit opname)

RUTTE:
En ik hoop overigens dat dit gewoon wordt uitgezonden op 24, want ik begreep dat daar de vragen eraf gesneden worden en dat zou jammer zijn, je moet wel de hele persconferentie uitzenden.