Uitreiking Henri Sijthoffprijs

Toespraak van minister Jan Kees de Jager bij de uitreiking van de 58e FD Henri Sijthoff-prijs aan drie ondernemingen die zich onderscheiden met hun financiële verslaglegging.

Op 13 oktober had ik de eer en het genoegen om in het Nieuwe Luxor Theater in Rotterdam een TEDxTalk te houden voor 1200 studenten. Ik heb toen gepraat over ondernemerschap en politiek, of eigenlijk: over een ondernemer in de politiek. Ja, over mijzelf dus…. Wat ik vooral duidelijk wilde maken was dat je altijd je kansen moet grijpen. Maar ik moest natuurlijk ook vertellen dat het echt niet meevalt om van vrije jongen ‘stas’ en, een paar jaar later ‘MinFin’ te worden…

Mijn eerste dag als staatssecretaris kan ik me nog goed herinneren. Het was een zonnige februaridag in 2007, en de chauffeur liep met een hele grote, hele zware tas voor me uit naar de auto. Ik vroeg hem wat hij dat weekeinde van plan was met die grote tas. Maar het was dus niet zijn tas, het was mijn tas. En die tas was er iedere dag. En vaak was er zelfs meer dan één. Vol met stukken om te lezen, besluiten om te nemen  en feiten om te onthouden. Want je gaat als bewindspersoon niet alleen over een hoop zaken, je moet over al die zaken ook steeds weer vragen beantwoorden en verantwoording afleggen. Kabinetscollega’s, Kamerleden en kiezers vragen me steeds het hemd van het lijf. Daar heb ik als voormalig ondernemer zeker aan moeten wennen. Maar het is goed dat het moet. Open zijn over je beleid, over het waarom en het hoe, heeft grote voordelen. Want door transparant te zijn kun je mensen overtuigen.

En dat is niet alleen zo in de politiek. Dat is niet alleen zo als het gaat om belastingbetalers. Ook aandeelhouders willen inzicht in het reilen en zeilen van de onderneming waar zij in hebben geïnvesteerd. Want ook zij hebben stemrecht: zij kunnen stemmen met hun portemonnee. Dat is voor ondernemingen zeker iets om rekening mee te houden.

Een belangrijk middel om uw aandeelhouders en andere stakeholders aan u te binden is transparantie: openheid over geld en goederen, mensen en wensen, doelen en middelen. Daarom vond ik het belangrijk om hier vanavond te zijn. Bij de uitreiking van de alweer 58ste FD Henri Sijthoff-Prijzen. Want een jaarverslag moet meer zijn dan een jaarlijks ritueel. Een jaarverslag moet meer zijn dan een stapel staafdiagrammen met een nietje erdoor. Een jaarverslag moet echt laten zien wat een onderneming echt heeft gedaan. Dat is in het belang van de onderneming zelf, in het belang van bestuurders en beleggers, maar ook in het belang van de economie en de maatschappij in brede zin. De financiële crisis heeft daar een harde les van gemaakt.

Ik weet dat staafdiagrammen met een nietje erdoor vrijwel verleden tijd zijn, zeker bij de bedrijven die op de shortlist stonden voor de Sijthoffprijzen. Jaarverslagen zijn duidelijk steeds meer ook een visitekaartje voor het bedrijf. Glanzend papier, mooie plaatjes en zelfs kwartaalberichten voor op de iPad. U kunt er een hoop creativiteit in kwijt. En die creativiteit zien we nu eenmaal liever in een opgeleukt jaarverslag dan in opgeleukte jaarcijfers…. U heeft vast de oproep gehoord van Ronald Gerritse, voorzitter van de AFM. Hij riep banken en overheden op om meer openheid te geven over financiële risico’s van de huidige schuldencrisis. Dat deed hij niet zomaar. We hebben namelijk moeten constateren dat ongeveer 10 van de 52 belangrijkste financiële instellingen in Europa de boekhoudregels op een bijzondere manier weten te interpreteren. Ik ben daarom blij dat er dit jaar twee financiële instellingen genomineerd waren voor de Sijfhoff-prijzen.

Om creatief boekhouden te voorkomen zijn nog maar een paar jaar geleden allerlei nieuwe regels ingevoerd. U weet vast nog waarom. Enron, Worldcom, Ahold … In Nederland hebben deze boekhoudschandalen onder meer geleid tot de corporate governance-regelgeving en codes, de Wet Toezicht Accountantsorganisaties en de Wet toezicht financiële verslaggeving. De werking van deze laatste wet en het toezicht van de AFM zijn net geëvalueerd. De resultaten van die evaluatie heb ik een paar weken geleden naar de Tweede Kamer gestuurd. De conclusie van de evaluatie is dat de Wet toezicht financiële verslaggeving positief heeft bijgedragen aan de kwaliteit van de financiële verslaggeving. Met een paar kleine aanpassingen en wat aanscherpingen in de uitvoering van het toezicht kunnen we met deze wet wat mij betreft weer een hele tijd vooruit.

Ik vertel niets nieuws als ik zeg dat verantwoordelijkheid, transparantie en vertrouwen onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn: vertrouwen bestaat niet zonder transparantie; transparantie bestaat niet zonder verantwoordelijkheid. Om precies te zijn de verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen van een onderneming. Maar ook: de verantwoordelijkheid van de externe accountant. Sinds jaar en dag moeten grotere ondernemingen hun jaarrekening en jaarverslag laten controleren door een externe accountant. Goedkeuring van de controlerende accountant is ook één van de beoordelingscriteria voor de Henri Sijthoff-prijs. Dus het is zeker een belangrijke vraag hoe het nu gesteld is met de kwaliteit van die controle, hoe veel die externe handtekening waard is? Het antwoord lijkt te zijn: niet zo goed en niet zo veel. Net als in de tijd van de boekhoudschandalen is het werk van de controlerend accountant weer een paar schaduwtinten rijker. Onder de jaarverslagen van de financiële instellingen die vanaf 2007 wankelden en dankzij flinke overheidsinjecties ternauwernood overeind bleven, stonden keurig de handtekeningen van hun accountants…. Hadden accountantskantoren de problemen kunnen voorzien? Of waren de verwachtingen die aan accountants werden gesteld te hooggespannen?

Er wordt op dit moment volop gepraat over de rol van de controlerend accountant. Niet alleen in Nederland, maar ook binnen de Europese Unie. Zo is er een Groenboek van de Europees Commissie met uiteenlopende en soms vergaande voorstellen om de professionaliteit en onafhankelijkheid van accountants beter te regelen. Als reactie hierop heb ik laten weten dat ik een voorstander ben van duidelijke ge- en verboden als het gaat om de combinatie van advies- en auditwerkzaamheden bij dezelfde onderneming. Dat is ook de conclusie van het onlangs gepubliceerde rapport van de AFM: ‘Prikkels voor kwaliteit accountantscontrole’. Daar staat in dat aan bestaande wet- en regelgeving wordt voldaan, maar dat er behoefte is aan meer eenduidige en restrictieve normen die vooral ook goed toetsbaar moeten zijn door de AFM: de accountant moet niet alleen daadwerkelijk onafhankelijk zijn, maar moet ook de schijn vermijden dat hij niet onafhankelijk zou zijn.

En laten we één ding niet vergeten: het zijn de ondernemingen die kiezen welk accountantskantoor ze inhuren. De vraag is of ze de juiste keuze maken of beter: of ze genoeg weten om de juiste keuze te maken. Is er genoeg informatie voorhanden over de kwaliteit die accountantskantoren leveren? Zijn accountants net zo transparant als we willen en verwachten? Ik ben hierover in gesprek met de AFM en de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants. Later deze week debatteer ik hierover met de Tweede Kamer.

Dames en heren, ik ben er van overtuigd dat het bestaande systeem van checks and balances een belangrijke bijdrage levert aan de kwaliteit van de financiële verslaggeving. Ik ben er ook van overtuigd dat er binnen de bestaande wet- en regelgeving nog voldoende ruimte is voor verbetering van de kwaliteit van de accountantsfunctie. De toezichthouder speelt hierbij een belangrijke rol. Onderzoeksrapporten van de AFM laten zien dat er op dat gebied al belangrijke vorderingen zijn gemaakt. Waar het om gaat is eigenlijk heel eenvoudig: in de ze turbulente tijden hebben we behoefte aan verantwoordelijke bestuurders, toezichthouders en accountants. Alleen zo kunnen we zorgen voor vertrouwen, kunnen we terugvinden wat we kwijt leken te zijn: de basis van iedere boekhouding, de balans. De balans tussen vertrouwen en controle, verantwoordelijkheid en transparantie.

Ik feliciteer de winnaars van de FD Henri Sijthoffprijzen 2011! U geeft mij het vertrouwen dat we de balans weer zullen vinden!