Nieuwe verhouding tussen overheid en inwoners

De verhouding tussen de overheid en de inwoners van Nederland verandert de komende jaren ingrijpend. Taken die het Rijk nu nog centraal uitvoert voor mensen die ondersteuning nodig hebben, gaan naar de gemeenten, dicht bij de mensen om wie het gaat. De overheid waardeert initiatieven die mensen nemen en neemt onnodige hindernissen weg. De overheid biedt goede dienstverlening - vooral digitaal, via internet - en geeft ruim informatie. In een efficiënte en slanke overheidssector passen geen exorbitante topsalarissen.

Dat zijn de hoofdpunten uit de ontwerp-begroting van Binnenlandse Zaken van minister Plasterk.

Taken naar gemeenten

Het overhevelen van taken van het Rijk naar gemeenten bij het ondersteunen van mensen die dat nodig hebben, is een historische operatie. Het Rijk wil minder centraal regelen, gemeenten krijgen er belangrijke taken bij: zorg bieden aan huis of met voorzieningen, hulp bij het vinden van werk (of het verstrekken van een uitkering) en de jeugdzorg. Mensen krijgen ondersteuning op maat, dichtbij, geboden door de gemeente die hun situatie kent.
Tegelijkertijd is het bestuurlijk en financieel een grote operatie: gemeenten moeten die nieuwe taken goed aankunnen. Zij kunnen daarvoor met elkaar samenwerken of - op eigen initiatief - fuseren tot nieuwe, krachtige gemeenten. Het Rijk biedt de gemeenten financieel en organisatorisch maximale vrijheid hun nieuwe taken uit te voeren.
Voor de provincies is het belangrijk dat zij taken en bevoegdheden hebben op de schaal waarop zij in hun regio's de economische en ruimtelijke taken moeten uitvoeren. Voor de noordvleugel van de Randstad ligt er inmiddels een concreet voorstel voor het samenvoegen van Noord-Holland, Utrecht, en Flevoland.

Andere verhoudingen

De inwoners van Nederland moeten kunnen vertrouwen op een efficiënte, dienstverlenende overheid.

  • Als mensen in hun eigen wijk of stad een initiatief hebben, zal de overheid dat zo veel mogelijk ondersteunen. Lastige regels moeten dan geen hindernis vormen.
  • Vanaf 2017 kan iedereen zijn zaken met de overheid digitaal regelen. Iedereen krijgt daarvoor een berichtenbox voor elektronische post van de overheid. Het huidige DigiD om veilig contact met de overheid te leggen werkt met een wachtwoord of een sms-code. Er komt een voorstel voor een zwaardere beveiliging met een DigiD-kaart.
  • Door minder regels en procedures kunnen burgers, bedrijven en mensen die in de publieke sector werken de komende jaren 2,5 miljard euro besparen. Daarnaast leveren minder regels ook meer gemak op.
  • Democratie: makkelijker stemmen vanuit het buitenland, een onderzoek naar betrouwbare stemcomputers, de wet over financiering van politieke partijen ook voor lokale partijen, minder provinciale bestuurders,  een nationaal actieplan over grondrechten.
  • Openheid: iedereen moet zo gemakkelijk mogelijk informatie van de overheid kunnen krijgen. Dat is een recht. Geheimhouding kan alleen als uitzondering, als daar een goede reden voor is. Ook data die overheden hebben, moeten zo veel mogelijk beschikbaar zijn voor hergebruik.
  • Integer en veilig bestuur: de bescherming van klokkenluiders is essentieel; zo nodig krijgen het adviespunt klokkenluiders en de onderzoeksraad integriteit overheid versterking.
    Fysiek en verbaal geweld tegen mensen die een publieke taak vervullen is onacceptabel. Het programma tegen dat geweld gaat door, volgend jaar met speciale aandacht voor preventie en voor het lokale bestuur.
  • Topinkomens: bij een efficiënte en slanke (semi)overheid passen geen exorbitante salarissen. Het maximum voor bestuurders gaat omlaag naar het ministerssalaris (nu nog 130% daarvan), en uiteindelijk moet die norm ook gelden voor niet-bestuurders.
  • Een moderne overheid heeft breed en flexibel inzetbare ambtenaren, die ook makkelijk de overstap van de ene naar de andere baan kunnen maken.
    Om het goede voorbeeld te geven komen er in de publieke sector per jaar 2.500 gehandicapten in dienst.

Nationale veiligheid, AIVD

Risico's en bedreigingen voor de nationale veiligheid hebben steeds meer een internationaal karakter. Daarnaast spelen ontwikkelingen in de ict-technologie een steeds grotere rol.
De Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) heeft daarbij vooral aandacht voor instabiele regio's aan de buitengrenzen van Europa, het tegengaan van (de verspreiding van) massavernietigingswapens, jongeren die in het buitenland meedoen aan de gewapende jihad, en het tegengaan van digitale spionage, cyberterrorisme en economische spionage.
Volgens het regeerakkoord moet de AIVD het de komende jaren met minder geld doen: een bezuiniging die stapsgewijs oploopt tot 68 miljoen. De eerste stap (23 miljoen) is ingevuld, vooral door te snijden in de organisatie (vooral ondersteunende taken, maar gedeeltelijk ook operationeel). Dit zal ongeveer 200 arbeidsplaatsen kosten (op de huidige 1.495). Verdere bezuinigingsmaatregelen voor de jaren na 2015 zijn in voorbereiding.