Teeven stuurt wetsvoorstel elektronische detentie naar Tweede Kamer

Staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie wil dat gedetineerden alleen buiten de penitentiaire inrichting kunnen verblijven als ze zich goed gedragen. Ook wil hij dat ze buiten de inrichting onder elektronisch toezicht staan. Dit betekent dat bestaande externe vrijheden voor gedetineerden, zoals het penitentiair programma en het penitentiair verlof, gaan verdwijnen. Alleen het incidenteel verlof blijft gehandhaafd. Een en ander blijkt uit het wetsvoorstel elektronische detentie dat vandaag bij de Tweede Kamer is ingediend.

De bewindsman schrijft in zijn reactie op het advies van de Raad van State dat de detentiefasering weliswaar wordt afgeschaft, maar dat zijn maatregel degelijk is onderbouwd. Hij is het dus niet eens met de Raad van State. Met de maatregel wordt juist ingezet op een goede voorbereiding op de terugkeer naar de samenleving. Bovendien sluit het wetsvoorstel aan bij het stelsel van ‘promoveren en degraderen’, dat inhoudt dat goed gedrag kan worden beloond en verkeer gedrag kan worden gecorrigeerd.

De voorbereiding van gedetineerden op hun terugkeer in de samenleving vraagt allereerst de inzet van de gedetineerde zelf. Teeven legt daarom meer nadruk op de eigen verantwoordelijkheid van de gedetineerde, diens gedrag en motivatie. Maar hierbij wordt rekening gehouden met de veiligheid van de samenleving en de belangen van slachtoffers en nabestaanden. Tijdens de elektronische detentie is sprake van een zinvolle dagbesteding in de vorm van arbeid of deelname aan (gedrags) trainingen onder begeleiding van de reclassering.

Wetenschappelijke inzichten over straffen laten zien dat gecontroleerde terugkeer naar de samenleving effectief kan zijn als deze wordt gecombineerd met activiteiten gericht op gedragsverandering. In de huidige detentiefasering is dit niet het geval, maar bij de invoering van elektronische detentie juist wel.

Betrokkenen moeten de handen uit de mouwen steken en zelf werk of een opleiding vinden. Als dat (nog) niet is gelukt, worden ze waar mogelijk ingezet voor dienstverlening ten behoeve van de samenleving zoals onderhoud aan overheidsgebouwen en monumenten. Gaat het mis of houdt betrokkene zich niet aan de regels, dan eindigt de elektronische detentie en volgt insluiting in een penitentiaire inrichting.

In de ogen van de bewindsman dient daarom in het belang van de samenleving te allen tijde toezicht te worden gehouden op veroordeelden aan wie het verblijf buiten de penitentiaire inrichting is toegestaan. Door de toepassing van elektronische detentie wordt voorzien in aanvullende waarborgen voor een veilige en op beperking van de recidive gerichte executie van vrijheidsstraffen.

Met de toepassing van elektronische detentie kan naar het oordeel van de bewindsman een besparing van € 16 miljoen op verantwoorde wijze worden gerealiseerd, als onderdeel van het Masterplan DJI 2013-2018.