Toespraak van Commandant der Strijdkrachten bij het Captains Dinner Veiligheid

Toespraak van Commandant der Strijdkrachten, Generaal T.A. Middendorp, bij het Captains Dinner Veiligheid op 12 december 2013, te Tilburg.

Ik wil u hartelijk danken voor de uitnodiging om vanavond het woord tot u te richten.

Het is immers niet niks dat ik mag spreken op een avond waar we Don Berghuijs herdenken én

eren, met een naar hem vernoemde Veiligheid Award.

Alhoewel speechen tussen het voorgerecht en het hoofdgerecht in óók een extra uitdaging

betekent:

Om Winston Churchill maar te citeren:

“There are two things that are more difficult than making a dinner speech: Climbing a wall which

is leaning toward you, and kissing a girl who is leaning away from you”.

En toch ga ik een poging wagen. Dat was immers mijn opdracht.

Excellentie, dames en heren, ik geloof in VRIJHEID door VEILIGHEID.

Veiligheid stelt ons in staat te leven. Elke dag weer.

Mijn kinderen zijn niet bang om ontvoerd te worden als zij ’s avonds laat gaan stappen.

Mijn vrouw is niet bang beroofd te worden als zij alleen over straat loopt.

U en ik kunnen stemmen op elke politieke partij, zonder in de gevangenis te belanden.

Veel mensen in Nederland staan daar vaak niet bij stil.

Want veiligheid is hier haast vanzelfsprekend. Gelukkig maar!

Wij leven in een land waar we ruim een halve eeuw geen watersnoodramp hebben gehad, waar

geen grote rellen plaatsvinden, en waar maffiabendes niet de dienst uitmaken.

In een land waar het aantal moorden 1,1 per 100.000 inwoners is, oftewel de helft van het

wereldwijde gemiddelde.

En in een land dat in de top tien staat van bijna elke lijst van ‘Meest Gelukkige Landen’.

Dat maakt mij als inwoner van Nederland niet alleen blij, maar ook trots.

Natuurlijk kennen we in ons land misdaad en calamiteiten. Dat hoef ik u niet te vertellen.

Maar als mijn huis leeggeroofd is, gaat de politie op zoek naar de daders.

Als mijn huis in brand staat, komt de brandweer blussen.

En wat als hier vandaag of morgen een grootschalige ramp of crisis plaatsvindt, zoals een

grieppandemie, een elektriciteitsuitval of een cyberaanval, ook dan komen de

veiligheidspartners in actie!

Gemeente, politie, brandweer, provincie, ambulancedienst, GGD, GGZ, huisartsen, ziekenhuizen,

Ministeries… U!

TwentyFourSeven kan Nederland op U rekenen.

Dat moeten we in Nederland koesteren.

Want we weten allemaal: Een ramp, of een crisis, kan plotseling plaatsvinden en komt vaak uit

onverwachte hoek.

Neem het voorval onlangs met de levensgevaarlijke chemische stoffen in Ede.

Een overleden man, een gepensioneerd natuurkundeleraar, had chemische stoffen

achtergelaten in dozen in zijn kelderbox.

Zijn broer kwam erachter door een brief, waarin hij onder meer refereerde aan het zeer

gevaarlijke mosterdgas. Bekend van de Eerste Wereldoorlog.

Het is een vloeistof dat kan leiden tot blindheid en doofheid, blaren in de longen veroorzaakt bij

inademing, en bij hoge dosering zelfs dodelijk is.

Je moet er niet aan denken wat er gebeurt als deze stoffen vrijkomen in een

appartementencomplex!

Gelukkig lichtte de broer van de overleden man meteen de brandweer in.

Ook de politie werd ingeschakeld.

Toen bleek dat de situatie stabiel was stelden de hulpdiensten en de autoriteiten een plan van

aanpak op.

Bewoners uit de buurt werden geïnformeerd, het appartementencomplex werd ontruimd, en de

brandweer richtte een ontsmettingstraat in.

Maar dat niet alleen. De gemeente Ede stelde ook een informatienummer in.

De Veiligheidsregio Gelderland-Midden opende een Twitter-account voor de laatste stand van

zaken.

En Cees van der Knaap, de burgemeester van Ede, ging bij buurtbewoners langs.

Een mooi voorbeeld van een veilige, snelle en goed gecoördineerde actie waardoor burgers zich

beschermd voelen!

Natuurlijk gaat veiligheid boven alles.

Daarom was er ook nog een meting nodig om er helemaal zeker van te zijn dat er geen

gevaarlijke stoffen waren vrijgekomen.

En bij die meting, u voelt ‘m misschien al aankomen, kon Defensie ondersteunen!

Met onze Chemische, Biologische, Radiologisch en Nucleaire-eenheid uit Vught die altijd stand

by staat.

Deze eenheid is speciaal bedoeld voor dit soort gevaren maar heeft ook de beschikking over

moderne oefen- en trainingsfaciliteiten die door u gebruikt kunnen worden.

Zodat we samen, in geval van een ramp met chemische, biologische, radiologische of nucleaire

stoffen, hét verschil kunnen maken.

Dames en heren, het voorval in Ede toont samenwerking in optima Forma!

Brandweer, gemeente en politie die samen onze burgers veiligheid bieden.

En die, indien nodig, Defensie oproepen ter ondersteuning.

Dat is precies hoe Defensie voor u van meerwaarde kan zijn!

Defensie heeft gegarandeerd extra handen, materieel en specialisten ter beschikking, waar u

een beroep op kunt doen mocht er een ramp of een ongeval plaatsvinden.

Wat er ook gebeurt.

Zo werden wij bijvoorbeeld vorige maand gebeld toen een goederenwagon was ontspoord in

Borne.

Hierdoor reed geen één trein meer op het traject tussen Almelo en Hengelo.

De ProRailmedewerkers hadden de taak om de ontspoorde wagon snel weg te halen, maar de

wielen waren uit de rails gelopen.

En een wagon optillen van veertig ton, dat doe je niet zomaar.

Bovendien was de plek van het ongeval zeer moeilijk te bereiken vanwege de drassige grond.

Onze ondersteuning was dus nodig.

Wij stuurden daarom onze militairen van de Genie op pad, samen met twee

wegenmattenleggers, zevenhonderd meter wegelementen en een hijskraan.

De militairen legden na aankomst meteen een noodweg aan, zodat de hijskraan naar de

ontspoorde wagon kon worden gereden.

Nadat de wagon was opgetild plaatsten de medewerkers van ProRail de noodwielen eronder.

Hierdoor kwam het spoor snel weer vrij.

Dames en heren, dit voorbeeld uit Borne is geen uniek geval. We zijn al vaker ingezet om te

helpen bij ontspoorde wagons.

In april vorig jaar bijvoorbeeld, toen een goederentrein ontspoorde in Europoort.

En in 2009, toen een aantal locomotieven ontspoorden onder een viaduct in Rotterdam.

Het verzoek tot Defensie-inzet, met mankracht, wegenmatten, en twee bergingstanks, kwam

destijds van niemand minder dan Don Berghuijs.

Hij kende de mensen en legde de contacten, waardoor het bevoegd gezag snel de bijstand kon

aanvragen.

Zo kon Defensie ook snel ter plekke zijn!

Naast de ondersteuning bij ontspoorde wagons zijn er natuurlijk nog vele andere voorbeelden te

noemen van onze inzet in Nederland.

We hebben nou eenmaal unieke capaciteiten in huis door onze uitzendingen in het buitenland.

We hebben helikopters om grote branden te blussen

Specialistische zoekcapaciteit om verborgen geld, wapens, drugs of vermiste personen te

traceren.

Een analyseteam om grote brokken data te verwerken.

F-16’s om dijkstructuren te controleren.

Simulatie om u op incidenten voor te bereiden.

Patrouilleschepen om drugssmokkel te onderscheppen en verdachten te arresteren, zoals vorige

week nog het geval was voor de haven van Rotterdam.

En we hebben Command- en Control capaciteiten in huis, én manieren om dit trainen.

We zien dan ook dat steeds meer autoriteiten de weg naar Defensie weten te vinden.

Deuren worden geopend en nieuwe initiatieven ontstaan.

Zo zijn we nu in gesprek met de burgemeester van Leiden om een pilot te draaien, waarbij

Defensie de veiligheidsregio probeert te assisteren bij een opleidingsprogramma.

Opleiden en trainen is tenslotte één van onze kernprocessen.

Wij hebben specifieke expertise voor scenario’s, we hebben trainers en we hebben evaluatoren.

Stel nou dat we, net als de pilot met Leiden, zo ook de handen ineen kunnen slaan met alle

Veiligheidsregio’s?

En een gezamenlijke organisatie tot stand brengen?

Zou dat niet een prachtig voorbeeld zijn van multidisciplinaire samenwerking in de koude fase?

Maar misschien loop ik op de feiten vooruit.

Want ik merk ook dat er soms schroom is om onze hulp in te roepen.

Misschien heeft het te maken met zorgen om afhankelijk te zijn van een ander.

Misschien heeft het te maken met vooroordelen.

Misschien heeft te maken met angst voor concurrentie.

De angst voor concurrentie zou een begrijpelijke gedachte zijn.

Zeker in deze tijden van bezuinigingen.

Maar het maakt het wel lastig opereren.

Bovendien is het niet uit te leggen aan de belastingbetaler.

In tijden waarin ieder dubbeltje moet worden omgedraaid zit je als burger niet te wachten op

een overheid die dure specialismen twee keer aanschaft.

Dat kost miljoenen euro’s!

Terwijl Defensie de specialismen al in huis heeft én civiele autoriteiten graag en gegarandeerd

ondersteunt.

Willen we ons land van dienst zijn, en onze burgers ook in de toekomst blijven beschermen, dan

moeten we concurrentie echt zien te voorkomen.

Veiligheid bereiken we niet door muren te bouwen.

Veiligheid bereiken we door deuren te openen.

Laten we daarom de handen ineenslaan als het gaat om het gebruik van specifiek materieel.

En laten we de handen ineen slaan als het gaat om het hebben van bepaalde kennis en kunde.

Het gaat immers om het effect wat we samen willen bereiken:

Meer veiligheid voor de belastingbetaler!

Dames en heren, ik ben geen Commandant der Strijdkrachten op zoek naar nieuw werk.

Ik vind het wel van groot belang dat we kansrijke gebieden beter benutten, dat we voortdurend

blijven kijken naar hoe we onze samenwerking kunnen verbeteren, versterken en veranderen.

Wat is beter dan één hulpdienst? Twee hulpdiensten!

Wat is beter dan twee hulpdiensten? Twee hulpdiensten die samenwerken!

Samen kunnen, nee moeten, we die responsieve autoriteiten zijn.

Dat kenmerkt ook het gedachtegoed van Don Berghuijs, de grondlegger van de eerste

Veiligheidsregio in Nederland.

Ik heb nog regelmatig zaken met hem gedaan.

Don was een militair, hij is net als ik gevormd aan de KMA in Breda. Maar na de hogere militaire

vorming besloot Don om zijn carrière voort te zetten bij de brandweer.

Don was erop gericht om hulpdiensten beter en doelmatiger te laten samenwerken.

Om zo grootschalig optreden, het verlenen van bijstand, en het opschalen bij crises te

verbeteren.

Don streefde samenwerking misschien ook na, omdat hij iedereen zo goed kende.

Ook dat kan hét verschil maken.

Een bekende uitspraak van Don was niet voor niets: “Kennis is belangrijk, kennissen zijn

belangrijker!

Als je iemand kent is er al een basis. Er is vertrouwen.

En vertrouwen is de basis voor iedere relatie.

Het betekent dat je geloof hebt in iets of iemand, en van daaruit handelt.

Dames en heren, elkaar leren kennen, en elkaar vertrouwen.

Dat zou ook ons doel moeten zijn!

We kunnen het de burgers niet uitleggen als we elkaar bij een calamiteit niet goed weten te

vinden.

Deze avond biedt ons een kans om samen kritisch te spreken over verdere samenwerking.

Laten we die kans aangrijpen en meer deuren openen.

Tenslotte hebben we allemaal hetzelfde doel: We dienen onze samenleving namens de

overheid.

Ik hoop dan ook dat we elkaar na vanavond nóg beter kennen. Zodat we elkaar kunnen vinden

op de momenten die ertoe doen.

Ik hoop dat we van elkaar kunnen leren. Om initiatieven in de toekomst nóg beter op elkaar te

laten aansluiten.

Ik hoop dat we persoonlijke relaties aangaan. Want voor kennissen onder elkaar is er altijd wel

twee minuten tijd.

Ik reik u graag de hand!

Dank u.