Toespraak minister Schultz bij start van Binnenvaart Logistiek Nederland (BLN) in Lantaarn/Venster in Rotterdam

“Ik ben heel blij dat het u gelukt is om de BLN tot stand te brengen. U kwam van ver. Er waren ooit zo’n tien brancheorganisaties. Nu zijn er nog twee grote: BLN en CBRB. Dat is een flinke stap voorwaarts! Maar ik zeg daar tegelijk bij dat ik blijf stimuleren dat er één grote brancheorganisatie komt. Want dat is en blijft de belangrijkste voorwaarde voor een betere toekomst.”  Dat zegt de minister vanmiddag bij het startevenement van de BLN in Rotterdam.

Beste mensen,
Wat goed dat u hier allemaal bent! Best bijzonder voor ondernemers die bijna altijd onderweg zijn. 
Het ís vandaag ook - met de start van de Binnenvaart Logistiek Nederland  - een bijzonder moment. We zetten een flinke stap vooruit naar een sterke sector. Een stap die hoop moet geven op een betere toekomst.
En ik zeg dat laatste zo nadrukkelijk omdat dat zicht op een betere toekomst ook zo verbonden is met deze plek.
Want iets verder waar nu Hotel New York zit zat vroeger de Holland Amerika Lijn. En daar verzamelden zich begin vorige eeuw duizenden Europeanen om zich te laten inschepen.
Ze kwamen overal vandaan maar hadden één ding gemeenschappelijk: hoop op een betere toekomst.
De symboliek lijkt me helder.
De boodschap ook.
Want als we een beter perspectief willen voor de binnenvaart, dan moeten we in beweging komen. Initiatief nemen om ervoor te zorgen dat er een gezonde toekomst is voor de modernste vloot van de wereld.
Voorwaarde nummer één is: een sterke brancheorganisatie. Ik ben heel blij dat het u gelukt is om de BLN tot stand te brengen.
U kwam van ver. Er waren ooit zo’n tien brancheorganisaties. Nu zijn er nog twee grote: BLN en CBRB. Dat is een flinke stap voorwaarts en daarvoor heb ik veel waardering!

Maar ik zeg daar tegelijk bij dat ik blijf stimuleren dat er één grote brancheorganisatie komt.
Want dat is en blijft de belangrijkste voorwaarde voor een betere toekomst. Niet voor niets was dit het belangrijkste advies van de Binnenvaartambassadeur in 2010. Zijn hoofdargument telt nog steeds.

Met één brancheorganisatie kan de sector een sterke vuist maken, niet alleen naar andere partijen zoals de verladers, maar ook naar de politiek.

Ook ík ben gebaat bij een goed georganiseerde sector die meedenkt. Het helpt mij - maar u ook -  bijvoorbeeld om het beleid uitvoerbaar te maken.
Denk aan tal van lopende punten, bijvoorbeeld huisvuil-inzamelen, regelgeving op het gebied van LNG, standpunten voor EU-regelgeving.

Dat wil niet zeggen dat mijn keuzes altijd de uwe zijn.
Ik weet bijvoorbeeld dat u anders aankijkt tegen de inzameling van huisvuil. Ik vind het redelijk om daarvoor een bijdrage te vragen in de vorm van een vrijwillig betaald abonnement. Dan moet er wel een goed dekkend netwerk zijn voor het inzamelen.
Vorige week is er overleg geweest tussen uw sector en medewerkers van Rijkswaterstaat. De afspraak is dat we samen met u gaan kijken hoe we tot een nog beter netwerk van inzamelen kunnen komen zonder dat de kosten te hoog worden.  
Ook hierbij geldt dus dat uw kennis van de praktijk het beleid effectiever en beter uitvoerbaar kan maken. En daar hebben we allebei iets aan.
Uw denkkracht is ook nodig om tot een goede visie te komen op de binnenvaart: welke ambities zijn haalbaar? Welke keuzes moeten we maken?
Zeer actueel, want ik wil dit najaar met een maritieme strategie komen waarin onze ambities op het gebied van zeehavens, zeevaart én binnenvaart staan. Ik maak graag gebruik van uw ideeën hierover.

Hoe kijk ik aan tegen die toekomst?
Op welke manier kunnen we bouwen aan een gezonde toekomst voor de binnenvaart?
Heel belangrijk is vast te stellen dat er kansen liggen. Nederland en de binnenvaart horen bij elkaar.

Kijk naar ons verleden: de ontwikkeling van de spoorwegen in de 19e eeuw heeft in Nederland lang op zich laten wachten, juist omdat we zo’n hele sterke binnenvaart hadden! Dat moet vertrouwen geven!
Maar het gaat niet vanzelf.
De binnenvaart kan zichzelf vooruit helpen door een flink aantal uitdagingen op te pakken. 
Als eerste noem ik: kom tot meer samenwerkingsverbanden van binnenvaartondernemingen.
Er zijn vele onderzoeken en rapporten verschenen. Onderzoek van Panteia over markttransparantie, een rapport van de Universiteit van Antwerpen van het Droge Lading Comité, etc.
De rode draad was: versterk de samenwerking!
Samenwerking levert efficiencyvoordelen. Ladingen kunnen beter worden gebundeld en georganiseerd.
Het is ook een middel om de overcapaciteit tegen te gaan.
Een eenmansbedrijf moet altijd doorvaren. In een samenwerkingsverband kun je  makkelijker een deel van de vervoerscapaciteit niet inzetten bij mindere vraag. Het maakt minder kwetsbaar.
Dit is het moment om vanuit de sector stappen te zetten op dit vlak.
Het initiatief vanuit het Droge Lading Comité is een goed voorbeeld. Maar de stap naar echte pool-of coöperatie-vorming moet nog plaatsvinden.
Ik weet dat BLN deze initiatieven wil steunen en ik hoop dat het niet bij woorden blijft.

Als tweede uitdaging voor de sector noem ik opleiding en scholing.
De plannen en initiatieven voor meer opleiding en scholing zijn er wel. Maar het uitblijven van een CAO maakt het financieel draagvlak daarvan onzeker.
Voor het algemeen verbindend verklaren van een CAO is het nodig dat meer ondernemingen zich aansluiten bij één van de twee brancheorganisaties. 
Daarom roep ik alle ondernemers op die zich nog niet hebben aangesloten bij één van de twee brancheorganisaties: sluit u aan! Zorg dat er een CAO kan komen! Het maakt uw sector wezenlijk sterker!

Als derde uitdaging noem ik: benut de sterke kanten van de binnenvaart.
Duurzaamheid is altijd een sterk punt geweest. De binnenvaart heeft tot nu toe een voorsprong ten opzichte van het wegtransport.
Maar het wegvervoer loopt de achterstand snel in. Steeds meer verladers kiezen voor duurzaamheid.
Daarom moet de positie van de binnenvaart steeds worden verkend en versterkt. Schonere brandstof is een kans. Daarom zijn we nu bezig om de regelgeving voor LNG aan te passen, ook om het u makkelijker te maken om te kiezen voor LNG.

Wat kunt u van mijn kant verwachten?
Over mijn ambitie wil ik graag helder zijn: als ik één ding graag wil bereiken dan is het wel een sterke binnenvaart.
Daarmee maken we Nederland sterker, concurrerender en beter bereikbaar.
Daarom blijf ik investeren in een goede infrastructuur.

  • Per jaar besteden we 800 miljoen aan onderhoud en uitbreiding van capaciteit.
  • We pakken de belangrijkste knelpunten op de rijksvaarwegen aan, zoals op de Maas, bij de Beatrixsluis en de overnachtingshaven bij Lobith.

Maar met meer infrastructuur alleen komen we er niet.
We zullen ook de verladers moeten verleiden om voor slimmere oplossingen te kiezen en bestaande infrastructuur beter te benutten.
Mooi voorbeeld is Twente.
Daar komen betere binnenhavens. We gaan de Twentekanalen verdiepen en verbreden zodat ze toegankelijk worden voor grotere schepen.
Maar tegelijkertijd heb ik met het bedrijfsleven daar afgesproken dat zij meer goederen over water vervoeren. In 2015 halen we 350 vrachtwagens per dag van de weg op het water. In 2020 zijn dit er 900 per dag!
Ik blijf dit stimuleren en een goed georganiseerde binnenvaart helpt daarbij enorm.
Daarnaast zet ik mij in om de wet- en regelgeving te moderniseren. Dat kan alleen op internationaal vlak en daar is dus steun voor nodig van andere landen.

Goed voorbeeld zijn de bemanningsregels.
De huidige regels passen niet meer bij deze tijd. Zo zijn bepaalde voorgeschreven functies aan boord technisch niet meer nodig, bijvoorbeeld de functies van machinist/motordrijver en volmatroos.
Voor sommige voorgeschreven functies bestaan ook zelfs geen opleidingen meer.
De regels zijn te star en vormen een belemmering voor modernisering.
Dat komt de concurrentiepositie van de binnenvaart niet ten goede.
Op initiatief van Nederland zijn nu de eisen over de bemanningsregelgeving en de vaar- en rusttijden opgenomen in de agenda van de CCR (Centrale Commissie voor de Rijnvaart) voor 2014-2015.
De regelgeving is nog niet herzien, er zal nog overtuigingskracht nodig zijn, maar de eerste stap is wel gezet.

En daarmee – tot slot - wil ik graag weer de sfeer oproepen die ik in het begin opriep en die past bij deze plek en dit moment:
“Hoop op een betere toekomst “
Een gezonde binnenvaart maakt Nederland sterker en meer concurrerend.
De binnenvaart hoort bij Nederland. Dat is altijd zo geweest. Het verleden moet vertrouwen geven, maar geen blind vertrouwen. We moeten in beweging blijven.
En vandaag markeren we een belangrijke stap voorwaarts met de vorming van de BLN. Een zeer veelbelovende stap voorwaarts. Een stap die smaakt naar meer. Dank u wel.