Promoveren/degraderen gaat door

Het onlangs ingevoerde systeem van “promoveren/degraderen” in het gevangeniswezen is rechtmatig. Het Gerechtshof te Den Haag oordeelde dat geschillen over dit systeem dienen te worden voorgelegd aan de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ). Eerder had de RSJ al geoordeeld dat het nieuwe stelsel niet in strijd is met de wet.

Dinsdag 16 december 2014 heeft het Gerechtshof uitspraak gedaan over het promoveren/degraderen-systeem. Het nieuwe beleid is door staatssecretaris Teeven op 1 maart 2014 ingevoerd om de eigen verantwoordelijkheid van gedetineerden te bevorderen.

Het Hof heeft de zaak van 59 gedetineerden alsnog niet-ontvankelijk verklaard en het vonnis van de voorzieningenrechter van de rechtbank Den Haag van 24 juni 2014 vernietigd. In dit vonnis had de voorzieningenrechter geoordeeld dat het plusprogramma in strijd was met de Penitentiaire beginselenwet. Daarmee haalde deze rechter een streep door het nieuwe systeem van promoveren en degraderen.

Het Gerechtshof is het niet eens met deze uitspraak. Niet de civiele rechter maar de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ) is de bevoegde instantie om te oordelen over geschillen inzake het nieuwe systeem van promoveren en degraderen. Op 26 november 2014 oordeelde de RSJ al dat het nieuwe systeem niet in strijd is met de Penitentiaire beginselenwet.