Toespraak minister-president Rutte tijdens de Nationale Schoolleiders Top

Openingstoespraak van minister-president Rutte tijdens de Nationale Schoolleiders Top op 7 november 2015 in Rotterdam.

Dames en heren,

Een bekende Amerikaanse managementgoeroe zei ooit: 'Management is de dingen goed doen; leiderschap is de goede dingen doen.' En ik geloof dat dit precies is waar het vandaag over gaat. Dus niet alleen over de vraag hoe netjes binnen de lijntjes te kleuren en de regels te volgen. Maar ook over manieren om alle mogelijkheden in ons onderwijssysteem maximaal te benutten, zodat docenten en leerlingen optimaal kunnen presteren. Heel zwart-wit gesteld: het is belangrijk om te zorgen voor een sluitende schoolbegroting en te voldoen aan het aantal lesuren. Maar andere mensen beter maken, dat is echt de kern van uw functieomschrijving. En wat zijn er veel schoolleiders die aan deze functieomschrijving voldoen.

Zo was ik paar weken geleden met Sander Dekker op het Comenius College in Capelle aan de IJssel. De rector daar is Hans Neven, die hier vandaag ook aanwezig is. Op deze school hebben ze het initiatief genomen om voor de mavo en havo een businessopleiding op te zetten, waar kinderen één dag per week heel concreet leren wat er allemaal bij komt kijken om ondernemer te zijn.

Het idee ontstond toen de school naar aanleiding van het relatief hoge percentage zittenblijvers een gesprek voerde met leerlingen. Het mocht soms wel iets concreter, was de boodschap. En ik hoorde dat tijdens ons bezoek ook terug van Hans Neven en zijn team: de businessopleiding is opgezet voor kinderen die vragen om praktisch onderwijs. Scholieren aan de businessopleidingen hebben niet per se de hoogste cijfers, maar wel vaak het hoogste woord en in motivatie doen ze voor niemand onder. Ik kan u vertellen: het enthousiasme en succes spat er van af. Zozeer zelfs dat de andere leerlingen op school steeds vaker zeggen: dat willen wij ook.

Ik geef nog een voorbeeld, en wel dat van Arend Smit, rector van het Corlaer College in Nijkerk en ook hier aanwezig. Arend runt een excellente school die leerlingen in alles voorbereidt op de kennissamenleving. Dus zowel in zelfstandigheid, als in competenties en in leermiddelen. Het is bijvoorbeeld de eerste school op het Europese vasteland waar alle kinderen werken met chromebooks, die volledig 'in the cloud' opereren. En wat ook bijzonder is: in de onderbouw werkt de school met vakoverstijgende thema's, zodat leerlingen bijvoorbeeld bij natuurkunde leren wat energie is terwijl het een uur later bij aardrijkskunde over olie en gas gaat. U begrijpt, dat vraagt het een en ander van de flexibiliteit van docenten en dus van de overtuigingskracht van de rector.

Dames en heren, wat deze voorbeelden laten zien is dat een schoolleider het verschil kan maken tussen slecht en goed en tussen goed en excellent onderwijs. Ze zijn moeiteloos aan te vullen met heel veel andere verhalen over u en uw collega's. Verhalen over passie en bevlogenheid, over inspiratie en transpiratie, over echt luisteren naar leerlingen en docenten, over ruimte maken en vertrouwen geven, over maatwerk en vernieuwing. U gaat die termen vandaag vast nog vaker horen. Maar waar het op neerkomt: op scholen met een goede directeur of rector zijn grosso modo ook de docenten en de lessen beter. En dat is ook logisch, want in Nederland hebben schoolleiders - terecht - een grote invloed op het leerplan, het personeelsbeleid, de financiën en al die andere zaken die samen de onderwijskwaliteit bepalen.

Uit toonaangevend Amerikaans onderzoek blijkt dat de schoolprestaties van leerlingen voor een kwart afhankelijk zijn van de kwaliteit van de schoolleider. Dat is gigantisch. En ook al lijkt het me niet verstandig dit soort cijfers 1-op-1 van toepassing te verklaren op de Nederlandse situatie, het bevestigt wel wat we allemaal intuïtief aanvoelen en in de praktijk ook zien. Uw werk doet er toe. En misschien wel meer dan ooit. 

En dat zeg ik ook uit persoonlijke ervaring, als een van uw personeelsleden. Want gelukkig heeft Sander Dekker voor mij een uitzondering gemaakt en mag ik als onbevoegd docent nog steeds elke week een paar uur maatschappijleer geven op het Johan de Witt College in Den Haag. Dat doe ik natuurlijk onder het toeziend oog van een bevoegde collega. Het is een van de beste besluiten die ik ooit heb genomen. Het kost me een paar uur per week, maar het levert me veel en veel meer op aan inspiratie en energie. Niet in de laatste plaats omdat de vorige en huidige directeur, Kars Veling en Hans Huizer, op mijn school een cultuur hebben geschapen van 'elitevorming onder talentvolle scholieren' zoals ik dat wel eens heb genoemd. In zo'n omgeving is leraar zijn echt het mooiste beroep van de wereld. Met schoolleider als goede tweede natuurlijk.

Nu is het bijna een cliché om te zeggen dat er in het onderwijsveld veel in beweging is en dat er de komende jaren veel op u af komt. Maar dat heb je met clichés: ze kloppen wel. Alleen al in de sectorakkoorden onderwijs is het een al vernieuwing en verbetering wat de klok slaat. Hoe zetten we moderne leermiddelen effectief in? Hoe houden we het curriculum bij de tijd? Hoe krijgen we meer universitair geschoolde docenten? En hoe organiseren we de kwaliteitszorg van de klas tot de bestuurskamer? Om dit soort vragen gaat het en voor het antwoord wordt in de eerste plaats naar u gekeken.

Het goede nieuws is: u hoeft dat wiel niet helemaal opnieuw uit vinden en al helemaal niet in uw eentje. Daarvoor bent u simpelweg met teveel en het is goed dat u hier met zijn allen bij elkaar bent om van elkaar te leren, ideeën uit te wisselen en nieuwe contacten te leggen. Het is ook heel goed dat hier een aantal leiders uit het bedrijfsleven en uit de wereld van de sport en cultuur aanwezig is om hun ervaringen te spiegelen aan die van u. Want het onderwijs is natuurlijk geen afgesloten biotoop, geen instelling met een hoge muur er omheen, maar onderdeel van de samenleving.

Wat ik voor vandaag een goede uitkomst zou vinden, is als u aan het einde van de dag allemaal naar huis gaat met minimaal 1 concreet idee, één verbetering die u vanaf maandag op uw eigen school gaat invoeren. Of zoals een van de initiatieven in het veld, de Stichting leerKRACHT, dat noemt: 'Elke dag samen een beetje beter.' Dat lijkt me een mooie doelstelling, die helpt om ervoor te zorgen dat de dingen in het onderwijs niet alleen goed worden gedaan, maar dat er ook nog meer ruimte ontstaat om de goede dingen te doen.

Tot slot, Ik heb me echt op vandaag verheugd en ik geniet ervan om hier te kunnen zijn en zo meteen ook een paar sessies mee te maken. Het is volgens mij een publiek geheim dat ik een groot zwak heb voor het Nederlandse onderwijs. We hebben een van de beste onderwijssystemen ter wereld. En daar ben ik trots op. Maar onze ambitie moet zijn om mee te draaien aan de top van landen met excellent onderwijs. Dat is een permanente opdracht waarin u een cruciale rol speelt. De norm ligt dus hoog vandaag, maar dat mag een beetje schoolleider natuurlijk niet afschrikken. Ik wens u heel veel plezier, veel inspiratie en veel succes in uw prachtige werk.

Dank u wel.