Toespraak van minister Kamp bij de onthulling van de Sojoez capsule

Toespraak van minister Kamp (EZ) bij de onthulling van de Sojoez capsule in Noordwijk op 19 september 2016.

Your Excellency, dames en heren, jongens en meisjes,

Het heelal heeft altijd de fantasie van de mens geprikkeld. In 1969 zat de hele wereld aan de tv gekluisterd toen Neil Armstrong als eerste mens voet op de maan zette. Nu dromen mensen van wonen op Mars. Ze hoeven daar in elk geval niet van honger om te komen: we weten intussen dat je op Marsgrond groente kunt verbouwen.

Wat we in 1969 niet konden voorzien, is dat we de ruimte ook voor heel andere doeleinden zouden gebruiken, namelijk voor communicatie. Zonder ruimtevaart zouden we bijvoorbeeld niet mobiel kunnen bellen. Het aantal toepassingen van ruimtevaarttechnologie, en de daarbij horende mogelijkheden om geld te verdienen, groeit snel.

Een mooi voorbeeld van zo’n toepassing is Tropomi, een Nederlands meetinstrument dat begin volgend jaar met een Russische draagraket de ruimte in gaat. Tropomi meet straks elke dag, van elke plek op de wereld, de luchtkwaliteit. Het KNMI maakt daar vervolgens luchtkwaliteitskaarten van. Zo kunnen we precies zien waar op de wereld de luchtvervuiling en de broeikasgassen zitten, en ook wat de bronnen zijn van die vervuiling. Dat is belangrijk om de afspraken na te komen die we eind vorig jaar in Parijs hebben gemaakt om ons klimaat te beschermen.

De ruimtevaartindustrie kan ons dus helpen maatschappelijke problemen op te lossen. Niet alleen de opwarming van de aarde, maar ook bijvoorbeeld het dreigende tekort aan voedsel voor de groeiende wereldbevolking. Denk aan boeren die met behulp van satellietdata precies weten hoeveel water en mest hun land nodig heeft. Zo kunnen ze de grond beter gebruiken en meer produceren, met minder schadelijke gevolgen voor het milieu.

Omdat het zoveel oplevert, steken overheden veel geld in de ruimtevaart. Ondernemingen profiteren daarvan. Internetbedrijven als Google en Amazon, niet meer weg te denken uit onze samenleving, zouden er niet zijn zonder overheidsinvesteringen in communicatietechnologie. Ook Nederlandse bedrijven moeten die kansen pakken om ruimtevaarttechnologie te gelde te maken.

Een bedrijf dat dat goed doet, is Nelen & Schuurmans. Dat ontwikkelt bijvoorbeeld, op basis van satellietgegevens, modellen die voorspellen waar in de Mekongdelta in Vietnam overstromingen de meeste overlast zullen veroorzaken.

Of het bedrijf Isis, een spin-off van de TU Delft, dat onder meer nanosatellieten produceert die veel taken tegelijk kunnen uitvoeren. Daarmee borduurt het op succesvolle wijze commercieel voort op de bestaande ruimtevaarttechniek. Deze industrie staat nog in de kinderschoenen, maar de mogelijkheden zijn eindeloos en wachten erop om verder te worden benut.

Om die kansen te pakken, heb je goed geschoolde mensen nodig. In Nederland dreigt een tekort aan mensen met een technische opleiding. Daarom hebben we onder meer het Techniekpact in het leven geroepen. Bedrijfsleven en onderwijs werken hierin op regionaal niveau samen om scholieren en studenten te stimuleren te kiezen voor bètatechnische studies en beroepen. En het werkt, meer studenten melden zich aan. Maar we moeten daarop blijven hameren, zodat steeds meer jongeren kiezen voor een baan in de techniek. Ik kijk dus ook naar jullie!

Iemand die zich daar, als ambassadeur van het Techniekpact, hard voor maakt, is André Kuipers. André is de perfecte ambassadeur, ik denk dat alle Nederlandse scholieren hem wel hebben gezien toen hij aan boord van het internationale ruimtestation ISS door de ruimte reisde. Als iemand kinderen en jongeren kan laten zien wat voor interessante dingen je kunt doen met een technische opleiding, is hij het wel.

Des te mooier is het dat we vanaf nu hier in Space Expo de capsule kunnen zien waarin André met zijn collega’s Don Pettit en Oleg Kononenko de ruimte in reisde. Het ministerie van Economische Zaken heeft er graag aan meegewerkt om dat voor elkaar te krijgen. Ik hoop dat veel mensen de capsule zullen bezoeken en dat kinderen en jongeren daardoor geïnspireerd zullen raken. Wie weet verbouwen zij dan nog eens groente op Mars.

Dank u wel.