Toespraak minister Schultz van Haegen ter gelegenheid van het 12,5 jarig bestaan van het Nederlands Watermuseum

"Ik zie musea met hun expertise als belangrijke partners in de opgave om het waterbewustzijn te vergroten. Leren over water gaat het best door het te beleven op een uitdagende, aantrekkelijke plek."
Het Nederlands Watermuseum in Arnhem vierde op 19 januari 2017 zijn 12,5 jarig bestaan. Bij die gelegenheid hield minister Schultz van Haegen een toespraak.

 

Dames en heren,

Wat leuk om hier weer te zijn!
In 2004 mocht ik dit museum openen. Ik weet nog goed dat ik toen hard op een scheepstoeter moest blazen.
Ik zal u vandaag de muziek besparen. Zo meteen openen we de zolder. De zolder om te overleven als het water stijgt.
Een prachtig jubileumcadeau. En heel actueel ook. U kent vast de televisieserie ‘Als de dijken breken’.
Het is gedramatiseerd, maar de kern van het verhaal is levensecht: een waterramp kan een samenleving letterlijk verlammen.
Je zag mensen wegvluchten van huis en haard. Of ze gingen hoog en droog op zolder zitten.
Verticaal evacueren is bij een overstroming vaak de beste oplossing.

En hier in het Nederlands Watermuseum leer je vanaf vandaag spelenderwijs hoe je dat echt doet, evacueren naar een hogere etage. Want als je een paar dagen op zolder moet doorbrengen, ben je op jezelf aangewezen. Dan moet je de juiste spullen bij de hand hebben.
Wat zit er allemaal in het overlevingspakket? Welke keuzes maak je?
-    De autosleutels of een zaklamp?
-    De iPad of een transistorradio?
-    De fotoalbums of flessen water?

Als de stroom uitvalt, is een Playstation misschien niet de allerbeste keuze. Gelukkig blijft het hier allemaal zonder gevolgen.
Ik ben dol op dit soort doe-musea.
Dat zeg ik ook als moeder die haar kinderen wel eens meeneemt naar een museum. Er zijn dagen dat ze niet meteen een gat in de lucht springen.
Maar musea waar je lekker dingen kan doen en zo wat kunt leren, die doen het altijd goed.

Het Nederlands Watermuseum laat je al 12,5 jaar het water zien, voelen, beleven.
Een museum dat ons ervan bewust maakt dat ons water een goede vriend kan zijn.
Maar soms ook een boze buurman, of zelfs onze ergste vijand.  
Dat waterbewustzijn is belangrijk. En het wordt steeds belangrijker:
-    Het klimaat verandert.
-    Het weer wordt extremer.
-    Het regent vaker, langer en heviger.

De presentatie van Gerrit Hiemstra bewijst dat we ons goed moeten voorbereiden.
Als overheid doen we dat ook:
-    Sinds 1 januari hebben we nieuwe normen voor onze waterkeringen. Met de nieuwste inzichten houden we de waterkeringen op de juiste sterkte.
-    Het programma Ruimte voor de Rivier is bijna afgerond. Hiermee gaven we het water op 34 plekken de ruimte en beschermen we
4 miljoen inwoners van het rivierengebied.
-    Door ons land water- en klimaatbestendig in te richten, bereiden we ons voor op klimaatverandering achter onze duinen en dijken.

We hebben het goed voor elkaar in Nederland.
Een paar jaar geleden gaf de OESO een pluim voor onze wateraanpak. Daar mogen we trots op zijn.
Maar er was ook zorg. Juist omdat onze wateraanpak van wereldklasse is, zijn we ons niet bewust van de risico’s. Een ramp is nooit uit te sluiten. Er is geen waterdichte garantie op droge voeten.

De kritiek van de OESO hebben we ter harte genomen. Het is belangrijk dat mensen de risico’s van water kennen. En iedereen weet hoe je moet handelen:
-    Wat je moet doen bij een overstroming;
-    hoe we het water schoon houden;
-    hoe we omgaan met hitte in de stad, en;
-    welke maatregelen je zelf kan nemen om wateroverlast te beperken.

In het programma Ons Water werken we met heel veel partners aan meer bewustwording.
-    Door online platforms zoals Onswater.nl en Overstroomik.nl.
-    Door op veel plekken in ons land de Week van Ons Water te organiseren.
-    Door educatie over ons water in de klas.

Ik zie musea met hun expertise als belangrijke partners in de opgave om het waterbewustzijn te vergroten. Leren over water gaat het best door het te beleven op een uitdagende, aantrekkelijke plek.

Andere Nederlandse watermusea zijn hier vandaag ook aanwezig. Er wordt goed samengewerkt. Ik zie volop kansen als watermusea hun samenwerking uitbouwen.
Ik weet dat het Nederlands Bureau voor Toerisme onlangs een water-route is gestart voor toeristen uit binnen- en buitenland. Naar het voorbeeld van de Van Gogh-route. Om toeristen over heel Nederland te spreiden en het overvolle Amsterdam te ontlasten.
En dat werkt!

Nederland is het land van Rembrandt en Van Gogh. Van molens en tulpen. Van kaas en klompen.
Maar Nederland is ook het land van water. Water is overal. Daarom verdient dit land mooie musea die bezoekers uit binnen- en buitenland de magie van het water laten beleven.
 

Dames en heren,

Vandaag vieren we 12,5 jaar Nederlands Watermuseum.
Hét watermuseum van Nederland. Alle wateronderwerpen komen hier samen. En U weet als geen ander hoe je mensen het water kunt laten beleven.
Soms neemt u die taak letterlijk…

Ik ga even terug naar de zomer van 2014. Het had veel geregend en in Arnhem stonden veel straten blank.
Ook hier. Duizenden liters regenwater stroomden zo het museum in. Hier beneden stond het water tot boven de enkels. Het werd letterlijk het WATERmuseum.
Maar er gebeurde hier iets moois.
U raakte niet in paniek.
U kreeg juist een goed idee.
U bestelde zandzakken. Heel veel zandzakken.

En u vroeg aan de museumbezoekers te helpen met het vullen van de zandzakken. Iedereen mocht zijn naam op een zandzak schrijven en samen ging u de gesigneerde zandzakken stapelen.
Samen met de bezoekers bouwde u een wal tegen het water. De pers dook bovenop het nieuws. De bezoekersaantallen stegen harder dan het water. Het zandzakken vullen was een regelrechte topattractie.
Actief meehelpen het water buiten de deur te houden is de ultieme vorm van waterbewustzijn.
Ik weet zeker dat ‘De Zolder’ – net als het zandzakken vullen – weer veel mensen naar dit museum trekt.
Het goede nieuws is dat uw voeten hier zeker droog blijven.
Ik feliciteer het Nederlands Watermuseum met dit jubileum. Op naar de 25 jaar!

Dank u wel.