Rechtsstaatsopbouw moet uitgaan van verbinding

Het belang van rechtsstaatsopbouw in andere landen voor Nederlandse belangen als veiligheid, economie, rechtsorde en internationale samenwerking. Dit onderwerp stond centraal tijdens een conferentie die de Directie Europese en Internationale Aangelegenheden (DEIA) organiseerde op maandag 30 januari. De bijeenkomst was een groot succes, mede door een scherpe speech van voormalig minister van Justitie Ernst Hirsch Ballin.

Brede opvatting

Prof. Ernst Hirsch Ballin opende de conferentie met een speech waarin hij het belang van rechtsstaatsopbouw benadrukte en er onder andere op wees dat het begrip ‘Nederlands belang’ breed opgevat moet worden: niet in de zin van wij en zij, maar verbindend. We moeten naar rechtsstaatsopbouw kijken als een win-winsituatie en niet als een zero sum game. Als alleen Nederland er belang bij heeft zal de inzet, naast amoreel, uiteindelijk ineffectief blijken. Zo sprak hij over het voorbeeld van de door Frontex gegeven training van de Libische kustwacht en vroeg zich af of idealen en belangen altijd in harmonie waren. Hij wees voorts op het feit dat het bij rechtsstaatsopbouw essentieel is te werken aan het herstellen van vertrouwen in de rechtsstaat.

Van grensmanagement tot gevangeniswezen

Rond 7 hoofdthema’s van rechtsstaatsopbouw discussieerden de ongeveer 120 deelnemers vervolgens in werkgroepverband. De thema’s liepen uiteen van grensmanagement en georganiseerde misdaad tot gevangeniswezen en meetbaarheid van het rendement van projecten.

Deze discussies leidden tot interessante conclusies die met een panel van experts op het gebied van rechtsstaatsopbouw besproken zijn. Zo herkende Roelof Haveman (BZ, Nederlandse Ambassade te Mali) dat in fragiele staten rechtsstaatsopbouw “een kwestie van lange adem is”, dat de bestrijding van corruptie essentieel is en dat voor meetbare resultaten “een referentiekader en een beleidsvisie op lange termijn onmisbaar zijn”. Rechter Fons Orie (Joegoslaviëtribunaal (ICTY) en Speciaal mechanisme voor Internationale Tribunalen (MICT) was van mening dat langetermijndenken niet absoluut is: het hangt af van de aard van het project en de situatie van de staat die de ondersteuning ontvangt. Ook werd tijdens de discussie benadrukt dat culturele inbedding van groot belang is, uiteraard met de internationale mensenrechtennormen als uitgangspunt.

Kernconclusies

Enkele kernconclusies van de conferentie:

  • Rechtsstaatsopbouw is een grondwettelijke opdracht en een kwestie van idealisme, maar is ook in het belang van Nederland en VenJ. Zo hebben wij behoefte aan betrouwbare partners in de strijd tegen terrorisme en georganiseerde misdaad en hebben we baat bij stabiliteit en duurzame ontwikkeling in de wereld om ons heen.
  • Nederlandse professionals en experts uit het VenJ-veld worden veel gevraagd voor missies en projecten. We hebben de wereld veel te bieden. De buitenland-ervaring is ook verrijkend voor de professionals en experts zelf en dus voor hun organisaties.
  • Een investering in rechtsstaatsopbouw moet uiteraard worden afgewogen tegen andere investeringen op VenJ terrein, dit is dan een afweging tussen verschillende Nederlandse belangen en niet tussen een Nederlands belang en een buitenlands belang.
  • Voor een professionele en effectieve rechtsstaatsopbouw moet gewerkt worden aan het wegwerken van knelpunten die door beleidsdirecties, taakorganisaties en rechterlijke macht worden ervaren, bijvoorbeeld op het gebied van capaciteit.