Nieuwe hulp kabinet voor vluchtende Rohingya

Het kabinet zal opnieuw hulp bieden aan de vluchtende bevolking van Myanmar. Minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) geeft daarmee gehoor aan de oproep van het Internationale Rode Kruis, dat als enige internationale organisatie toegang heeft tot het noorden van de provincie Rakhine. Die waarschuwt dat er voor een substantieel deel van de noodzakelijke humanitaire hulp op korte termijn nog geen financiering is. ‘De situatie van veel mensen daar is ronduit dramatisch. We kunnen eenvoudigweg niet laten gebeuren dat die nog verder verslechtert,’ aldus Ploumen.

De nieuwe bijdrage van het kabinet bedraagt 1 miljoen euro voor ontheemden binnen Myanmar. Daarnaast wordt ook 1 miljoen euro vrijgemaakt voor vluchtelingen die naar Bangladesh zijn uitgeweken. Allen zoeken een veilig heenkomen nadat in de provincie Rakhine eind augustus onlusten zijn uitgebroken tussen een gewapende Rohingya groep en het Myanmarese leger, waarbij ook burgers niet ontzien worden en er veel berichten zijn over ernstige mensenrechtenschendingen begaan door militairen. Met grote humanitaire problemen in Myanmar en grensgebieden als gevolg. De bijdrage van het kabinet valt samen met extra hulp van andere landen, zoals de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk.

Vrouwen

Naar schatting zijn in Rakhine nu honderdduizenden mensen op de vlucht of verkeren anderszins in een kwetsbare positie. De meesten van hen behoren tot de Rohingya, een moslim minderheid in Myanmar. Los van het geweld is gebrek aan toegang voor hulporganisaties een groot probleem, bemoeilijkt door de autoriteiten in Myanmar. Alleen het Rode Kruis kan via zijn kanalen mensen in nood bereiken, zij het lang niet optimaal. De nadruk ligt daarbij op voedsel, drinkwater, latrines, medische assistentie en onderkomens. Ploumen: ‘Er wordt ook gerapporteerd over sexueel geweld en verkrachtingen. Verbetering van de veiligheid van vrouwen is daarom prioriteit.’

Verder wordt dus 1 miljoen euro beschikbaar gesteld voor noodhulp aan vluchtelingen die de grens over zijn getrokken naar Bangladesh. Volgens de VN verblijven daar nu meer dan 500.000 mensen, veel meer dan de huidige opvangcapaciteit. Eerder al maakte het kabinet ook 1 miljoen euro vrij voor deze groep. Ploumen: ‘Om de alsmaar groter wordende humanitaire nood het hoofd te bieden is het van levensbelang dat de situatie in Rakhine zich normaliseert en hulporganisaties daar nu snel toegang krijgen. Daarom blijft druk van de internationale gemeenschap op het leger en de autoriteiten in Myanmar onverminderd nodig.’ De hulp aan de vluchtelingen in Bangladesh wordt besteed via het World Food Programme (WFP) van de VN.