Toespraak van minister Bijleveld bij de uitreiking van de Herinneringsmedaille voor Humanitaire Hulpverlening in Nijkerk

Dames en heren, aangetreden militairen en collega’s van de politie,

6 september 2017.

Die dag zullen we niet snel vergeten…

Het was namelijk de dag, dat de orkaan Irma - Sint-Maarten teisterde.

Sommigen hier hebben het meegemaakt.

Het geloei van de wind, de regen die horizontaal voorbij raasde, en dakpannen en brokstukken erachteraan…

En dan de chaos, die achterbleef.

Boten aan land;

Auto’s op elkaar;

Vliegtuigen op de kop;

Masten als luciferhoutjes geknapt;

Een haven die een meter onder water ligt;

Geen bereik met je telefoon, geen internet;

En huizen verwoest of zelfs helemaal verdwenen… Gewoon weg gewaaid.

‘Het leek wel een scene uit een bizarre Hollywoodfilm’, zoals één van de collega’s al zei. ‘Uit Armageddon of zo’.

Kortom, voor onze mensen geen tijd om te acclimatiseren.

‘Je zet de knop’ om, zoals iemand treffend zei. ‘En je staat om 6 uur ‘s ochtends op, eet wat, en dan volle bak aan de slag. Tot 7 / 8 uur ’s avonds - tot het donker wordt’.

En dat elke dag weer.

En mannen en vrouwen…

… wat ik zelf zo bijzonder vind aan uw werk, zo indrukwekkend, is dat voor uw inzet eigenlijk geen vast plan bestaat.

Er staat nergens beschreven wat je moet doen bij natuurgeweld…

Wat je moet doen bij chaos. Als niets het meer doet, en burgers radeloos zijn.

Hoe zorg je dan voor orde en veiligheid? Hoe zorg je ervoor dat mensen het overleven? Dat mensen gered worden? En ook weer verder kunnen gaan?

Daar heeft u voor gezorgd. U bent meteen in actie gekomen. U hebt geïnventariseerd - soms geïmproviseerd - en bovenal samengewerkt en keihard door gezet.

Tijdens, en vooral na die verschrikkelijke stormen.

Ik denk bijvoorbeeld aan onze mariniers, die op straat patrouilleerden om plunderingen tegen te gaan…

…die gevangenen lieten luchten…

…die voedsel, water en medicijnen uitdeelden…

…en die schaduwplekken creëerden voor mannen, vrouwen en kinderen die urenlang in de brandende zon stonden te wachten.

Ik denk aan onze mensen van luchtmobiel, die het vliegveld bewaakten…

… die puin ruimden van de landingsbaan…

… die wegen vrij hielden voor politie en ambulance, en die hielpen bij de evacuatie van patiënten en toeristen.

Ik denk aan onze mensen van het Damage Assessment Team, die meteen na de storm wisten vast te stellen welke hulp waar nodig is, en hoeveel tijd dat zou kosten. Waardoor anderen, zoals de genie, snel in actie konden komen.

Ik denk aan het combat camera team, die met onze helikopter - de NH90 - opnames maakte vanuit de lucht, waardoor iedereen wist waar hulp nodig was. Beelden die overigens maar wat graag gebruikt werden door CNN en de NOS.

Ik denk aan de vliegende crews van de luchtmacht, die de eerste transporten konden uitvoeren toen het vliegveld weer open was…

En aan ons medisch personeel die - samen met mariniers en luchtmobiel - bejaarden en hulpbehoevenden langere tijd hebben verzorgd.

Ik denk aan de genie, die bijna duizend truckladingen puin weghaalden… …ziekenhuizen repareerden…

…en daken van scholen herstelden, zodat kinderen weer les konden krijgen. De genie die ook meteen speelgoedtoestellen weer in orde maakte, en mensen hielpen bij het provisorisch opbouwen van hun huis. Zoals het huis van een jonge, arme vrouw met MS, die ongelooflijk dankbaar was dat zij een nieuw opstapje kreeg - een helling - waar ze nu met haar rolstoel in-en-uit haar huis kan rijden... Iets wat haar broer tot tranen toe ontroerde.

Ik denk aan onze helikopterbemanning en de dokter, die met name op Dominica op toen nog onbereikbare plekken medische hulp, voedsel en water wisten te brengen. En daar ook nog naar vermiste Nederlanders hebben gezocht.

Ik denk aan onze mensen van de Zeeland, die na ‘Maria’ hulp hebben geboden op Dominica, met een boardingteam van mariniers.

En aan onze mensen van de staf die ervoor hebben gezorgd dat lokale autoriteiten en hulporganisaties - zoals het Rode Kruis en het World Food Program - gecoördineerd optraden.

Ik denk aan de mensen van de Koninklijke Marechaussee, die de evacuatie op het vliegveld hebben gecoördineerd…

… en samen met de lokale politie hebben gepatrouilleerd, en ook plunderaars en criminelen hebben opgespoord. 

Ik denk aan onze mensen van het bevoorradingsschip de Karel Doorman, die materieel aanvoerden, zoals shelterwoningen, bulldozers, graafmachines, zendmasten, watertankwagens, schoolmeubilair en medische apparatuur. En die ervoor zorgden dat alle voeding, al het water en alle medische voorzieningen ook over de eilanden werden verspreid.

Ik denk aan de mensen van de vloot, die tig jerrycans hebben gevuld op hun schip, bij alle kraantjes die ze maar konden vinden. Om zo het zeewater dat omgezet was tot drinkwater uit te delen aan de eilandbewoners.

104 duizend liter(!) in totaal heeft u zo weg gegeven. Evenveel als wat duizend mensen per dag gebruiken.

Hierdoor konden mensen niet alleen gered worden met drinkwater, maar konden bijvoorbeeld ook dialyse patiënten behandeld worden in lokale ziekenhuizen.

Ik denk aan soldaat Van Leuken en soldaat van der Laan, die ’s nachts in actie zijn gekomen na een steekpartij…

… en het slachtoffer hebben geholpen - en naar het ziekenhuis hebben gebracht.

Ik denk aan de monteurs en de techneuten van de vloot, die naast hun werk op het schip ook vrijwillig het eiland op gingen om gebouwen van stroom te voorzien. Zoals babyklinieken.

Ik denk aan alle mensen van de logistiek, zoals luitenant Lisa Smit, die bij hielden wie en wat er binnen kwam, en ervoor zorgden dat spullen goed terecht kwamen.

Lisa die aanvankelijk dacht voor 2 weken weg te gaan, maar uiteindelijk 2 maanden bleef omdat haar inzet daar nodig was. ‘Dan klaag je niet, je doet het gewoon’, zei ze daar zelf over.

Ik denk ook aan alle collega’s die ervoor hebben gezorgd dat onze eigen mensen even bij konden komen.

Zo werd geregeld dat de mariniers en mannen van luchtmobiel na vijf dagen even konden douchen op het schip de Karel Doorman.

En kregen zij ook een warme maaltijd en een stretcher om op te slapen. Even wat anders dan bijvoorbeeld slapen op de transportbanden van het vliegveld, bij temperaturen van 30 graden.

En ik denk tot slot aan al onze mensen die vanuit Curaçao en Nederland bijgedragen hebben. Collega’s die hier vandaag niet staan, maar die zich ook 24/7 hebben ingezet!
Mannen, vrouwen,

De voorbeelden houden eigenlijk niet op.

Zoveel is mij wel duidelijk.

Wat een teamwork.

Wat een inzet.

En wat een bikkels.

Trots, is voor mij eigenlijk het woord dat hier het beste past.

Ik ben trots.

Als mens. Als Nederlander.

En nu ook als minister van Defensie.
En ik denk…

… – nee ik weet eigenlijk wel zeker – dat de mensen van de Bovenwindse Eilanden en Dominica jullie ook heel dankbaar zijn.

Dat bleek ook wel uit alle hartverwarmende reacties. En de hoeveelheid maaltijden, pizza’s en barbecues die jullie kregen aangeboden, ook al hadden de mensen zelf bijna niets meer.

Dan weet je, waar je het voor doet…

En dan weet je ook dat je mensen misschien wel weer wat hoop hebt gegeven. Om zelf verder te gaan. Om zelf de handen uit de mouwen te steken…

Of, zoals een inwoner van Sint Maarten zo mooi tegen 1 van u zei:

‘We are down, but we are not out’.

‘Het maakt ons niet uit, hoe erg het er hier aan toe gaat. Wij eilandbewoners komen er altijd wel bovenop. Het heeft alleen tijd nodig’.

En net op het moment dat hij dat zei, kwam er een veegploeg langs…

… een veegploeg van jongens die illegaal op het eiland verblijven, maar die nu bezig waren de straten schoon te vegen, en oude mensen te helpen.

Dat maakte indruk.

Het is in feite eenzelfde soort mentaliteit als ook militairen kennen.

Je gaat door waar anderen stoppen. Voor de samenleving. Voor mensen in nood.

Rest mij nog uw thuisfront te bedanken.

Uw partners, ouders, kinderen of vrienden.

Mensen die hier helaas niet allemaal aanwezig konden zijn, maar die ik vanaf deze plek toch hartelijk wil bedanken.

Want dames en heren… ook u verdient alle lof…

Uw dierbare moest toch maar even halsoverkop vertrekken.

De meeste militairen kregen immers slechts 1 of 2 dagen van tevoren te horen dat ze hun spullen moesten pakken.

En hup, voordat u het wist waren ze al weg. Op een plek waar net een orkaan had geraasd, of nog moest razen.

U stond er toen thuis alleen voor. En dat is alles behalve gemakkelijk.

Daarom wil ik u bedanken…

Zonder uw steun. Zonder uw doorzettingsvermogen, geen missies en geen inzet.

Dat weten we allemaal!!

Dan geef ik nu graag nog het woord aan Korpschef Erik Akerboom, en aan gouverneur Holiday van Sint Maarten.

Dank u wel.