Toespraak minister-president Balkenende herdenking mr. E.H. Toxopeus in de Eerste Kamer
De minister-president heeft een toespraak gehouden bij de herdenking van minister van Staat mr. E.H. Toxopeus in de Eerste Kamer.
Met het overlijden van mr. Edzo Toxopeus verliest de Nederlandse samenleving een politicus en bestuurder van formaat die zich vier decennia lang met hoofd en hart heeft ingezet voor de publieke zaak.
Al enkele jaren na zijn overstap van de Bredase gemeenteraad naar de Tweede Kamer werd hij in 1959 minister van Binnenlandse Zaken in het kabinet-De Quay. Zelfbewust en met een goed oog voor de bestuurlijke vraagstukken van die tijd werkte hij met succes aan een nieuwe Provinciewet, aan de modernisering van de gemeentefinanciën en aan de kwaliteit van de ambtelijke dienst. Hij deed dat met kennis van zaken en een zeker pragmatisme, maar ook met de gevatheid en charme die hem zo eigen waren. Kwaliteiten die hem ook daarna, als fractievoorzitter van de VVD in de Tweede Kamer, goed van pas kwamen.
Edzo Toxopeus genoot van politiek en alles wat erbij kwam kijken - en hij straalde dat ook uit. Desondanks koos hij er in 1970 bewust voor om Commissaris van de Koningin in Groningen te worden - de provincie waar hij door familiebanden mee was verbonden. 'Ik ben toch liever bestuurder', zei hij bij zijn aantreden. 'Er moet iets uit mijn handen komen.'
Wat bij deze keuze zeker meespeelde, is dat Toxopeus zich meermalen kritisch heeft uitgelaten over de culturele revolutie van de jaren zestig. Onverschilligheid, onwetendheid en onverdraagzaamheid waren hem een gruwel en hij was er de man niet naar om te zwijgen. Sommigen plakten hem om die reden het etiket 'conservatief' op, maar zij hadden het mis. Daarvoor had Edzo Toxopeus de vrijheid te hoog in het vaandel staan. Maar wel met oog voor de positie van de ander. Of zoals hij het zelf ooit zei: 'Het komt altijd weer aan op de persoonlijke verantwoordelijkheid van de enkeling. Alleen de drager hiervan is werkelijk voor de vrijheid geboren.' Zo stond Edzo Toxopeus in het leven.
In Groningen zag men hem in 1980 niet graag vertrekken. Maar de Raad van State en vooral een uitgesteld pensioen lonkten. Edzo Toxopeus was op zijn 62e nog niet klaar, vond hij zelf. In het Nieuwsblad van het Noorden verscheen bij gelegenheid van zijn afscheid een portret, waaruit ik één citaat wil aanhalen omdat het Toxopeus ten voeten uit tekent. 'Hij probeerde een brug te slaan met behoud van ieders gezicht, ook wanneer het ging om iemand die helemaal geen gezicht had.'
Het zit er allemaal in: zijn respectvolle omgang met mensen, zijn overtuigingskracht, maar ook zijn humor en mildheid. 'Tox' noemde de Groningers hem en wie de Groningers een beetje kent, weet hoeveel warmte en waardering daar achter schuilgaat.
In 1985 benoemde het toenmalige kabinet Edzo Toxopeus tot Minister van Staat. Die hoge eer kwam hem toe - niet alleen en niet eens in de eerste plaats vanwege zijn lange staat van dienst, maar vooral vanwege zijn wijsheid, ervaring en nuchtere oordeel. Tot op het laatst heeft hij in deze functie de Nederlandse samenleving gediend.
Mevrouw de Voorzitter,
Namens het kabinet betuig ik mijn diepe respect aan een man die gedurende lange jaren en in vele functies zeer veel voor ons land heeft betekend. Met het overlijden van Edzo Toxopeus komt er een einde aan een lang en vruchtbaar leven, in dienst van het algemeen belang. Laat dat troost bieden aan zijn kinderen, kleinkinderen en andere nabestaanden. Naar hen gaan onze gedachten vandaag in de eerste plaats uit. Ik wens hen alle kracht toe bij de verwerking van dit grote verlies.